Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Installatie - ITT Lowara DLC Serie Installations- Und Bedienungsanleitungen

Tauchmotorpumpen
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 29
nl
Controleer bij ontvangst van de elektropomp of de doos of kist aan de buitenkant geen zichtbare beschadigingen vertoont.
Indien het product beschadigingen vertoont, moet onze dealer hier binnen 8 dagen na levering van op de hoogte gesteld
worden.
4.2
Het product uit de verpakking halen en verplaatsen
Gebruik geschikt gereedschap. De veiligheidsvoorschriften moeten in acht genomen worden. Hijs en
verplaats het product voorzichtig met behulp van geschikte hef- en hijswerktuigen. U kunt de oogbouten
gebruiken die op sommige modellen elektropompen aanwezig zijn.
De elektropomp mag nooit aan de motorkabel opgehesen worden.
LET OP
Controleer bij ontvangst van de elektropomp of de doos of kist aan de buitenkant geen zichtbare beschadigingen vertoont.
Indien het product beschadigingen vertoont, moet onze dealer hier binnen 8 dagen na levering van op de hoogte gesteld
worden.
4.3
Weggooien van het verpakkingsmateriaal
Als u het verpakkingsmateriaal niet voor andere doeleinden kunt gebruiken gooi het dan volgens de plaatselijke wettelijke
voorschriften die van toepassing zijn op de gescheiden afvalverwerking weg.
5.

Installatie

De installatiewerkzaamheden mogen uitsluitend door vakbekwaam en geschoold personeel uitgevoerd
worden.
Er moet geschikt gereedschap en geschikte beschermingsmiddelen gebruikt worden. De
veiligheidsvoorschriften moeten in acht genomen worden.
Voor wat betreft de keuze van de installatieplaats en de hydraulische en elektrische aansluitingen moeten de plaatselijke en/of
landelijke reglementen, wettelijke voorschriften en normen altijd in acht genomen worden.
5.1.1
Plaats
De meest voorkomende installatietypen zijn die waarbij een neerlaatsysteem gebruikt wordt voor vaste installatie of een
steunpoot voor meeneembare of halfvaste installatie (overhevelen, leegpompen van afgravingen).
Controleer of er geen obstakels zijn waardoor de pomp niet voldoende onder water geplaatst kan worden of obstakels waardoor
er niet voldoende ventilatie mogelijk is voor de goede werking van de motor. Er moet voor gezorgd worden dat er voldoende
ruimte rondom de pomp is om onderhoud eraan te kunnen plegen.
Let op datgene wat op de schema's in par. 10.5 getoond wordt.
5.1.1.1
Verankering (voor model met neerlaatsysteem voor vaste installatie)
Veranker de verbindingspoot van het neerlaatsysteem met speciale bouten stevig aan een betonnen fundering. Neem contact
op met onze verkoop- en servicedienst als u het aantal en de afmetingen (diameter) ervan wilt weten.
5.1.2
Keuze van de persleiding en balkeerklep
Gebruik leidingen die berekend zijn op de maximum bedrijfsdruk en de capaciteit van de pomp.
Er moet een balkeerklep (terugslagklep) op de verbindingsleiding met het openbare of particuliere rioolstelsel geïnstalleerd
worden. Op die manier wordt vermeden dat de vloeistof terugstroomt. Als er voor een kogelkraan gekozen wordt moet
gecontroleerd worden of deze kraan met een "zinkende (zware)" of "drijvende (lichte)" kogel uitgerust is. De keuze van de ene
of de andere oplossing heeft zijn uitwerking op de installatie en het gebruik ervan. De klep moet niet te dichtbij de elektropomp
geplaatst worden zodat de afsluiter van de klep door de stroming van de door de pomp verpompte vloeistof geopend kan
worden (behalve andersluidende aanwijzingen van de fabrikant). Beoordeel de drukverliezen van de leiding en van de
eventuele balkeerklep, indien aanwezig. Hierbij moeten altijd de plaatselijke en/of landelijke reglementen, wettelijke
voorschriften en normen in acht genomen worden.
5.1.3
Keuze van de schakelkast
De motoren moeten goed beschermd zijn tegen overbelasting en kortsluiting.
Controleer of de elektrische gegevens van de schakelkast overeenstemmen met die van de
LET OP
elektropomp. Als dit niet het geval is kunnen er storingen optreden en kan de beveiliging van de
elektromotor niet gewaarborgd worden.
Als u thermische relais gebruikt adviseren wij u om relais toe te passen die gevoelig zijn voor het ontbreken van een fase.
Sommige elektropompen zijn standaard of op aanvraag uitgerust met een thermische voeler (normaal
LET OP
gesloten, rust/verbreekcontact) die in de motor geplaatst is. Deze voeler moet door de schakelkast van
stroom voorzien worden met een spanning van niet meer dan 250 V d.c. en een stroomsterkte van niet
meer dan 1,6 A. Als deze voeler op een relais of een contactsluiter aangesloten is kan de elektropomp
uitgeschakeld worden als de motor te heet wordt (voeler open).
Sommige elektropompen zijn standaard of op aanvraag uitgerust met een voeler om de aanwezigheid
van water in de oliekamer waar te nemen. Deze voeler moet door de schakelkast van stroom voorzien
worden door middel van een elektronische module die de weerstandsverandering ervan waarneemt. Als
de module op een relais of een contactsluiter aangesloten is zal deze module ervoor zorgen dat de
elektropomp uitgeschakeld wordt als de aanwezigheid van water in de olie waargenomen wordt. (
10.6).
52
Informatie voor de installateur
Informatie voor de installateur
par.

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis