Herunterladen Diese Seite drucken

Simons Voss Technologies BS11.990501 Kurzanleitung Seite 24

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 5
16. Tegelijkertijd het moerschot van het buitenbeslag op het vierkant en de twee afstandhouders door de
boorgaten van de deur heen schuiven. Let er op dat hierbij het snoer van het binnenbeslag niet ingeklemd
of geknikt wordt.
17. Het 3-polige snoer van het buitenbeslag met het 3-polige snoer van het binnenbeslag verbinden. Dit kan
maar in één richting in elkaar worden gestoken. Hierbij niet aan de snoeren trekken maar de stekkers
behoedzaam in elkaar laten klikken.
18. Het 2-polige snoer van het binnenbeslag kan vrij hangen, maar mag bij de montage van de binnencover
niet ingeklemd of geknikt worden. Niet aan het snoer trekken. Dit dient optioneel voor de aansluiting van
de WaveNet-printplaat.
19. Buiten- en binnenbeslag tegen elkaar drukken zodat ze allebei uitgelijnd tegen de deur liggen.
20. Vanaf de binnenkant van de deur de meegeleverde schroeven door de boorgaten van het binnenbeslag
schuiven en stevig met de hand (ca. 5 - 7 Nm) monteren met de afstandhouders van het buitenbeslag.
21. Opletten dat de buitenkruk licht loopt, anders bestaat er eventueel een probleem met het steekslot of een
montagefout. Bij twijfel de componenten demonteren en opnieuw bij punt 10 beginnen.
22. Binnenkruk tot de aanslag op de binnenbuis schuiven.
23. Inbusschroef van de binnenkruk stevig met de hand (ca. 5-7 Nm) vastdraaien.
24. Cover over de binnenkruk schuiven.
25. De afdekking voorzichtig door de opening van de binnencover schuiven.
26. De cover over het binnenbeslag schuiven, zodat deze uitgelijnd tegen de deur aan ligt. De cover is niet
symmetrisch, let dus goed op de markering!
27. De afdekking voorzichtig in de cover vastklikken.
28. Cover over de buitenkruk schuiven.
29. De afdekking voorzichtig door de opening van de buitencover schuiven.
30. De cover over het buitenbeslag schuiven, zodat deze uitgelijnd tegen de deur aan ligt. De cover is niet
symmetrisch, let dus goed op de markering! (afbeelding 6)
31. De afdekking voorzichtig in de cover vastklikken.
OPTISCHE (HYBRIDE) / AKOESTISCHE FEEDBACK.
2 korte signalen / (SmartHandle-Hybride: 2 korte signalen + 2x kort blauw knipperen van de LED) voor
het vrijschakelen en een kort signaal na het uitschakelen: geeft normaal gebruik aan.
Alarmniveau 1 - zwakke batterijen: 8 korte signalen voor het vrijschakelen. Batterijen zijn binnenkort leeg.
Batterijen in de SmartHandle vervangen.
Alarmniveau 1 (Hybride - transponder-gebruik) - zwakke batterijen: 8 korte signalen voor het vrijschakelen.
Batterijen zijn binnenkort leeg. Batterijen in de SmartHandle vervangen.
Alarmniveau 1 (Hybride - SmartCard-gebruik) - zwakke batterijen: 8 korte signalen + LED knippert 8x kort
rood voor het vrijschakelen. Batterijen zijn binnenkort leeg. Batterijen in de SmartHandle vervangen.
Alarmniveau 2 - extreem zwakke batterijen: 30 seconden lang 8 korte signalen met telkens een seconde
pauze = noodbatterij-alarm: Batterijen zijn extreem leeg. METEEN de batterijen in de SmartHandle
vervangen!
Alarmniveau 2 (Hybride - transponder-gebruik) - extreem zwakke batterijen: 30 seconden lang 8 korte
signalen met telkens een seconde pauze = noodbatterij-alarm: Batterijen zijn extreem leeg. METEEN de
batterijen in de SmartHandle vervangen!
Alarmniveau 2 (Hybride - SmartCard-gebruik) - extreem zwakke batterijen: 30 seconden lang --> 8 korte
signalen + LED knippert 2x kort rood met telkens een seconde pauze = noodbatterij-alarm: Batterijen zijn
extreem leeg. METEEN de batterijen in de SmartHandle vervangen!
Actief: Na het eerste optreden van alarmniveau 2 kunnen er nog max. 50 activeringen met een
transponder worden uitgevoerd. Na het bereiken van dit aantal of na 4 weken gaat de Smart Handle
automatisch over tot de noodbatterij-opslagmodus. Vanaf dit alarmniveau bevindt de SmartHandle zich
in de zogenaamde opslagmodus (G1) of freezemodus (G2) en kan alleen nog met een SimonsVoss
programmeerapparaat of een G2-batterijvervangingstransponder (G2) worden bediend (voor meer
informatie, zie het manual SmartHandle).
Hybride: Na het eerste optreden van alarmniveau 2 kunnen er nog max. 200 activeringen met een
transponder/SmartCard worden uitgevoerd. Na het bereiken van dit aantal of na 2 weken gaat de Smart
Handle automatisch over tot de freezemodus. Vanaf dit alarmniveau kan de SmartHandle-Hybride alleen
nog met een SimonsVoss programmeerapparaat of met een G2-batterijvervangingstransponder bediend
worden (voor meer informatie, zie manual SmartHandle).
8 korte signalen na het vrijschakelen: wijzen erop dat de transponderbatterij leeg is. Transponderbatterij
moet vervangen worden!
24

Werbung

loading