MedComp VASCU-PICC Gebrauchsanweisung Und Pflegetipps Seite 63

5.
Verwijder de spuit en plaats de duim op het einde van de naald om
bloedverlies of luchtembolie te voorkomen. Trek het flexibele einde van
de .018" gemarkeerde voerdraad terug door de opvoerder zodat enkel
het uiteinde van de voerdraad zichtbaar is. Steek het distale einde van
de opvoerder in de naaldcilinder. Voer de voerdraad op met voorwaartse
beweging in en voorbij de naaldcilinder in de bedoelde ader.
Opgelet: De lengte van de ingebrachte draad wordt bepaald door de grootte
van de patiënt. Controleer de patiënt door de hele procedure heen op
aritmie. De patiënt dient op een hartmonitor te worden aangesloten tijdens
deze procedure. Hartaritmieën kunnen het gevolg zijn als de voerdraad in
het rechteratrium terechtkomt. De voerdraad dient stevig vastgehouden te
worden gehouden tijdens deze procedure.
6.
Verwijder de naald en laat de voerdraad in de gewenste ader. Draai de
wikkel/dilator over het proximale uiteinde van de voerdraad in de gewenste
ader. Verwijder de voerdraad. Laat hierbij de wikkel en de dilator in de ader.
Opgelet: Buig de wikkel/dilator NIET gedurende de inbrenging daar buigen
de wikkel voortijdig zal doen scheuren. Houd de wikkel/dilator dicht bij
de tip (ongeveer 3 cm bij de tip vandaan) wanneer deze aanvankelijk door
het huidoppervlak wordt ingebracht. Om de wikkel/dilator naar de ader te
verplaatsen, pakt u de wikkel/dilator een paar centimeter (ongeveer 5 cm) boven
de oorspronkelijke vastpaklocatie opnieuw vast en duwt u de wikkel/dilator
omlaag. Herhaal de procedure totdat de wikkel/dilator volledig ingebracht is.
Opgelet: De wikkel nooit op zijn plaats laten als een verblijfskatheter. Dit
veroorzaakt letsel aan de ader.
7.
Maak het vergrendelende kraaggedeelte van de zijdelingse poort los en
trek het stilet terug voorbij het punt waar er ten minste ¼ inch (1 cm)
van de katheter moet worden afgesneden. Snijd de katheter tot een
lengte die bepaald wordt door de gemarkeerde voerdraad.
Opgelet: Probeer nooit het stilet door te snijden.
Opgelet: Trek het stilet altijd terug tot voorbij het uiteinde van de katheter
alvorens deze in te brengen.
8.
Van zodra u de gepaste katheterlengte en positie van het stilet bereikt
heeft, moet u het vergrendelende kraaggedeelte vastmaken om het stilet
op zijn plaats te houden.
9.
Verwijder de dilator van de wikkel.
10.
Breng de distale tip van de katheter in en door de wikkel totdat de
kathetertip op de juiste plaats in de gewenste ader zit.
11.
Verwijder de afscheurwikkel door deze langzaam uit het bloedvat te
trekken en deze uit elkaar te trekken door de lipjes vast te nemen (een
kleine draaibeweging kan helpen).
Opgelet: Trek het deel van de wikkel dat in de ader blijft zitten niet uit
elkaar. Trek de wikkel zo ver mogelijk achteruit en scheur de wikkel met
maar een paar centimeter tegelijk om schade aan het bloedvat te vermijden.
12.
Stel de katheter af onder fluoroscopie. Het distale uiteinde dient op
het niveau van de atrio-cavale junctie te worden geplaatst.
Opgelet: Klem niet het gedeelte van de katheter met het lumen af. Klem
alleen de verlenging(en) af. Geen getande forceps gebruiken; gebruik
uitsluitend de meegeleverde in-lijn klem(men).
13.
Maak het vergrendelende kraaggedeelte van de zijdelingse poort los.
Verwijder het stilet door lichtjes te drukken met een hand boven de
inbrengplaats en tegelijkertijd het stilet met de andere hand vast te
nemen en langzaam terug te trekken met een gelijkmatige beweging.
Verwijder de zijpoortadapter en vervang deze door een naaldloze
toegangspoort. Bevestig een spuit met zoutoplossing aan de naaldloze
toegangspoort, aspireer het lumen en irrigeer dan met zoutoplossing.
Verwijder de spuit alvorens de verlenging af te klemmen.
Opgelet: Als u moeilijkheden ondervindt of de katheter zwelt op als u het
stilet verwijdert, kan meer spoelen helpen. Het kan zijn dat de katheter
opnieuw gepositioneerd moet worden zodat het stilet verwijderd kan worden.
Opgelet: Probeer niet om het stilet er terug in te brengen eens dit
teruggetrokken werd.
Opgelet: Laat het stilet nooit zitten na het inbrengen van de katheter; dit
kan verwondingen veroorzaken. Verwijder zowel het stilet als de zijdelingse
adapter na het inbrengen.
-61-