Elektrische bedrading en besturing
De rangeerhulp is alleen geschikt voor aansluiting op 12 V-
accu's (gelijkstroom)!
Vóór aanvang van de werkzaamheden de accu en alle
externe stroomvoorziening afklemmen. Als u onzeker
bent over de elektrische aansluiting kunt u een gekwalificeerd
elektricien voor motorvoertuigen vragen de aansluiting aan te
leggen.
De elektrische installatie moet aan de technische en administra-
tieve bepalingen van het desbetreffende land van gebruik vol-
doen (bijv. EN 1648 -1). Nationale voorschriften en regelingen
moeten worden nageleefd.
Aan iedere motor zijn twee kabels met hoog vermogen voor-
gemonteerd voor de tractiemotor (6 mm²). De betreffende
aansluitkabels van de motor markeren (motor A of B – zie ook
aansluitschema) en provisorisch op de caravanondervloer naar
de geplande montageplaats van de besturing leggen. Een ge-
schikte plek voor de besturing is bijv. een bedopbergkast in de
directe omgeving van het rangeersysteem met een minimum-
afstand tot de accu van 40 cm.
De besturing in de opbergkast plaatsen en bevestigen met de
meegeleverde spaanplaatschroeven (5 x 16).
Op een afstand van ca. 150 mm van de aansluitstrip van de
besturing een gat met Ø 25 mm op de caravanvloer markeren
voor de doorvoer van de kabelstrengen.
Voor het boren op daaronder liggende chassisdelen op
gas- en elektrische leidingen letten!
Gat boren, kabels door de caravanvloer naar de besturing lei-
den en zodanig aanleggen dat deze (met name bij doorvoeren
bij metalen wanden) niet kunnen schuren. Gebruik hiervoor de
meegeleverde mantelbuizen om beschadigingen aan de kabels
te vermijden.
De tractiemotoren bewegen tijdens de werking. Ter
compensatie de kabels in dit bereik los met enige speling
bevestigen, om uitrekken van de kabels te vermijden. Er mo-
gen geen kabels over de besturing worden gelegd!
Kabels m.b.v. de meegeleverde klemmen en bouten aan het
chassis resp. de ondervloer bevestigen.
Gat in voertuigbodem afdichten met kneedbare carrosseriekit.
50
Aansluitschema
Montage
voor de as
Bovenaanzicht
B
A
Montage
achter de as
Bovenaanzicht
A
B
Aansluiting van de tractiemotoren
De motorkabels moeten zo worden aangelegd, dat afscheuren
resp. beschadigen van de kabels niet mogelijk is.
De motorkabel van de verder van de besturing verwijderde
tractiemotor inkorten. De motorkabel van de dichterbij gelegen
tractiemotor op dezelfde lengte inkorten. Voor een uniform
rijvermogen van de rangeerhulp dienen de beide motorkabels
van de tractiemotoren even lang te zijn! Overtollige kabel moet
zonder lus in golflijnen worden verlegd.
De motorkabels van de tractiemotor op de meegeleverde platte
stekkers klemmen. Klep van de aansluitstrip van de besturing
ontgrendelen door erop te drukken en kabels conform het aan-
sluitschema aansluiten (rood = plus, zwart = min). Let op de
juiste aansluiting!
Rangeerhulp RH 1
Tractie-
Tractie-
motor
motor
Accu
–
+
4
3
2
+
–
+
A
-
+
Afbeelding 26
Tractie-
Tractie-
motor
motor
Accu
–
+
4
3
2
–
+
–
B
-
+
Afbeelding 27
1
–
B
1
+
A