Stihl iMOW 3.0 Gebrauchsanleitung Seite 237

21 Repareren
7
7
► Verwijder alle oude klingen/messen (7).
5
► Reinig de messchijf (5), de messendrager (6)
en de moer (4).
8
8
► Bevestig de nieuwe klingen/messen (8).
Plaats maximaal één kling/mes per L-pen (9).
De uitlijning van de klingen/messen is wille‐
keurig. De klingen/messen kunnen vrij rond de
L-pen bewegen.
6
► Breng de messendrager (6) aan.
► Schuif de messendrager (6) in de richting van
de pijl en waarborg dat alle drie de armen
(10) onder de L-pennen (9) zijn gepositio‐
neerd.
De messendrager (6) is vergrendeld.
► Plaats de messenschijf (5) in de maairobot.
0458-074-9601-A
7
4
6
8
10
10
9
► Draai de moer (4) met de wijzers van de klok
mee los.
► Draai de moer (4) rechtsom goed vast.
De hendels (3) klikken hoorbaar vast.
21 Repareren
21.1 Maairobot, accu, maaiwerk,
dockingstation en adapter
repareren
De gebruiker kan de maairobot, de accu, het
dockingstation en de adapter niet zelf repareren.
Beschadigde of versleten messen/klingen en het
maaiwerk kunnen worden vervangen.
► Als de maairobot, de accu, het dockingstation,
de laadkabel, de adapter of de aansluitkabel
beschadigd zijn: gebruik de maairobot, de
accu, het dockingstation, de laadkabel, de
adapter of de aansluitkabel niet en neem con‐
tact op met een STIHL dealer.
► Als een mes/kling beschadigd of versleten is:
► Stop de maairobot en activeer de vergren‐
deling.
► Vervang alle messen/klingen. De messen/
klingen kunnen niet worden geslepen.
9 ► Als de messchijf of de L-pennen op de mes‐
schijf zijn beschadigd of versleten:
► Stop de maairobot en activeer de vergren‐
deling.
► Vervang het maaiwerk.
► Als de waarschuwingsstickers onleesbaar of
beschadigd zijn: laat de waarschuwingsstic‐
kers door een STIHL dealer vervangen.
21.2 Begrenzingsdraad of leidraad
verlengen of repareren
De begrenzingsdraad of leidraad kan met behulp
van draadverbinders worden verlengd of gerepa‐
reerd.
De draadverbinders zijn gevuld met gel om
10
vroegtijdige slijtage of corrosie van de draadein‐
den te vermijden.
► Waarborg dat de begrenzingsdraden in totaal
niet langer zijn dan maximaal 850 m.
Nederlands
237