Kärcher B 110 R Originalbetriebsanleitung Seite 73

Storing
Overbelasting aandrijfmotor 1. De helling is te groot.
Geblokkeerde aandrijfmotor 1. Controleer de wielen op blokkering, verwijder vreemde voorwerpen.
Accuniveau laag!
Accu leeg!
Open stoelcontact!
Schakel in!
Herstart het apparaat!
Laat het rijpedaal los!
Storing
Het apparaat kan niet gestart
worden
De waterhoeveelheid is on-
voldoende
Het zuigvermogen is te ge-
ring
Het reinigingsresultaat is on-
voldoende
De borstels draaien niet
Oplossing
a Bij reinigingsbedrijf: Stop de reiniging.
b Bij transport: Zoek een pad met een geringere helling.
2. De programmaschakelaar op "OFF" zetten.
3. Als de rijmotor oververhit is, minstens 15 minuten laten afkoelen, anders 10 seconden wachten.
4. Zet de programmaschakelaar op het gewenste programma.
1. Zet de programmakeuzeschakelaar op transportrijden.
2. Rij het apparaat rechtstreeks naar de oplader (of met een interne oplader naar het stopcontact).
Vermijd hellingen.
3. De accu opladen.
1. Zet de programmakeuzeschakelaar op transportrijden.
2. Rijd het apparaat via de kortste route naar de oplader (of bij interne oplader naar het stopcontact).
Vermijd hellingen.
3. De accu opladen.
1. Ontlast de bestuurdersstoel even zodat de besturing de functie van de stoelcontactschakelaar kan
controleren.
1. Veiligheidsschakelaar op "1" zetten.
1. De programmaschakelaar op "OFF" zetten.
2. Wacht 10 seconden.
3. Zet de programmaschakelaar op het gewenste programma.
1. Laat het rijpedaal los.
Storingen zonder weergave op het display
Oplossing
1. Op de bestuurdersplaats gaan zitten.
2. Voordat u de veiligheidsschakelaar inschakelt, uw voet van het rijpedaal nemen.
3. De veiligheidsschakelaar op "1" zetten.
4. De accu's controleren, eventueel opladen.
5. De programmaschakelaar op "OFF" zetten.
6. Wacht 10 seconden.
7. Zet de programmaschakelaar op het gewenste programma.
8. Rijd indien mogelijk alleen met het apparaat op een vlakke vloer.
9. Controleer eventueel de parkeerrem.
Als de storing toch weer optreedt, de klantenservice raadplegen.
1. Controleer het verswaterniveau, vul indien nodig de tank volledig zodat de lucht eruit gedrukt wordt.
2. Verwijder het filter voor vers water en reinig het.
3. Plaats het filter en schroef de afsluiting erop.
4. Alleen R-reinigingskop: Trek de waterverdeellijst van de reinigingskop af.
5. Alleen R-reinigingskop: Reinig het waterkanaal.
6. De slangen op verstopping controleren, eventueel reinigen.
1. De afdichtingen tussen de vuilwatertank en de deksel reinigen en op dichtheid controleren, even-
tueel vervangen.
2. De pluizenzeef op vervuiling controleren, eventueel reinigen.
3. De zuiglippen van de zuigbalk reinigen, eventueel omkeren of vervangen.
4. Sluit het deksel van de vuilwater-afvoerslang.
5. Sluit het deksel van het vuilwatertank-spoelsysteem.
6. De zuigslang op verstopping controleren eventueel reinigen.
7. De aanzuigslang op dichtheid controleren, eventueel reinigen.
8. De instelling van de zuigbalk controleren.
1. Stel voor de reinigingstaak het passende reinigingsprogramma in.
2. Gebruik passende borstels voor de reinigingstaak.
3. Gebruik een passend reinigingsmiddel voor de reinigingstaak.
4. De snelheid reduceren.
5. Stel de contactdruk in.
6. Stel de schraperlippen in.
7. De borstels op slijtage controleren, eventueel vervangen.
8. Controleer de wateruitvoer.
1. Verminder de contactdruk.
2. Controleer of een vreemd voorwerp de borstel blokkeert, eventueel het vreemde voorwerp verwij-
deren.
3. Laat de motor afkoelen als deze overbelast is.
4. De programmaschakelaar op "OFF" zetten.
5. Wacht 10 seconden.
6. Zet de programmaschakelaar op het gewenste programma.
7. Controleer of de stekker van het apparaat in de reinigingskop is gestoken.
Nederlands 73