Parameters Van Afzonderlijke Kranen Instellen; Parameterinstelling Via De Toestellijst - schell 00 500 00 99 Anleitung Zur Inbetriebnahme

Configuratie van de watermanagementserver

Parameters van afzonderlijke kranen instellen

2.7 Parameters van afzonderlijke kranen instellen
Bij de parameterinstellingen gebeuren hoofdzakelijk dezelfde instellingen die
ook handmatig op de kraan geprogrammeerd kunnen worden.
Bij verschillende kranen kunnen enkele extra functies echter enkel via de
SWS-software ingesteld worden (zie daartoe de montagehandleiding van de
betreffende kraan).
Bij de parameter 'Handmatige programmering (aan/uit)' kunt u instellen of de
handmatige programmering rechtstreeks bij de kraan al dan niet mogelijk is.
In de SWS-software kunnen de parameters van de afzonderlijke kranen op
twee manieren ingesteld worden.

1. Parameterinstelling via de toestellijst

2. Instelling via het grondplan
2.7.1 Parameterinstelling via de toestellijst
Pad: Apparaten — Alle apparaten — Kraan X— Configuratie
De apparaten/kranen van het watermanagementsysteem worden weergege-
ven in het submenu 'Alle apparaten'.
» Klik op de invoer in de lijst voor de volgende informatie en instelmogelijk-
heden voor de betreffende kraan:
– Informatie
– Modules
– Configuratie
– Diagnose
» Selecteer het menupunt 'Configuratie' om de parameters van de kraan in te
stellen.
Voor de beschrijving van de kraan en voor informatie over de installatie zijn
op het einde van de parameterlijsten volgende invoervelden beschikbaar:
– Beschrijving, toegewezen naam
Afb. 32: Parameterinstelling via de toestellijst
NL
91