Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Omgevings- En Bedrijfsomstandigheden - Grundfos DMH 28X Installationsanleitung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für DMH 28X:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 70
3.6 AR-besturingseenheid
Functies van pompen met elektronica:
"Continu bedrijf" knop voor functietest en ontluchting van
doseerkop
Geheugenfunctie (slaat maximaal 65.000 pulsen op)
Twee-traps tank-leeg signaal (bijv. via Grundfos tank-leeg sensor)
Slagsignaal/voormelding leeg signaal (instelbaar), bijv. als een
feedback naar de regelkamer
Doseer besturingsfunctie (alleen met sensor - optioneel)
Membraanlekkagedetectie (alleen met sensor - optioneel)
Instellingen beveiligd met toegangscode
Aan/uit op afstand
Hall-sensor
Bedrijfsurenteller
Motorbewaking.
Bedrijfsmodi:
handmatig
Slagfrequentie: Handmatig instelbaar tussen nul en maximum
contactsignaalbesturing
Vermenigvuldigingsfactor (1:n) en deelfactor (n:1)
stroomsignaalbesturing 0-20 mA/4-20 mA
Instelling van de slagfrequentie proportioneel aan het stroom-
signaal. Weging van de stroomingang.
3.6.1 Ingangen en uitgangen
Ingangen
Contactsignaal
Stroom 0-20 mA
Aan/uit op afstand
Twee-traps tank-leeg signaal
Doseerbesturing en membraanlekkagesensor
Uitgangen
Stroom 0-20 mA
Foutsignaal
Slagsignaal
Bijna-leeg signaal
AR-besturingseenheid fabrieksinstellingen
Ingangen en uitgangen: NO (normaal open)
of
ingangen en uitgangen: NC (normaal gesloten).
Maximale belasting: 12 V, 5 mA
Maximale belasting: 22 Ω
Maximale belasting: 12 V, 5 mA
Maximale belasting: 12 V, 5 mA
Maximale belasting: 350 Ω
Maximale Ohmse belasting
50 V DC / 75 V AC, 0,5 A
Contacttijd/slag: 200 ms
Maximale Ohmse belasting:
50 V DC / 75 V AC, 0,5 A
3.7 Benodigde energie
Voeding voor AC-spanning
Nominale spanning
230/400 V
240/415 V
115 V
Maximum toelaatbare netspanningsimpedantie
(0.084 + j 0.084) Ω (testen conform DIN EN 61000-3-11).
Deze details gelden voor 50 Hz.

3.8 Omgevings- en bedrijfsomstandigheden

Toelaatbare luchtvochtigheid: max. relatieve vochtigheid:
70 % bij +40 °C, 90 % bij +35 °C.
De lokatie van de installatie moet overdekt zijn!
Voorzichtig
Niet buiten installeren!
3.8.1 DMH met motor gelabeld voor koelmiddeltemperatuur
-20 °C ≤ T
≤ 40 °C
amb
Toelaatbare omgevingstemperatuur: 0 °C (standaard) tot +40 °C
(voor een installatiehoogte tot 1000 m boven zeeniveau)
Pompen met minimaal T
amb
Toegestane opslagtemperatuur: -20 °C tot +50 °C.
3.8.2 DMH met motor gelabeld voor koelmiddeltemperatuur
-20 °C ≤ T
≤ 55 °C en met rvs of PVDF als materiaal
amb
voor de doseerkop
Toelaatbare omgevingstemperatuur: 0 °C (standaard) tot
+55 °C (voor een installatiehoogte tot 1000 m boven zeeni-
veau)
Pompen met minimaal T
amb
Toegestane opslagtemperatuur: -20 °C tot +55 °C.
N.B.
Bekijk het typeplaatje van de motor.
Alleen pompen met AR-besturingseenheid
Maximum toelaatbare netspanningsimpedantie: 0,084 + j 0,084 Ω
(testen conform EN 61000-3-11).
Toegestane afwijking van
nominale waarde
± 10 %
± 10 %
± 10 %
-20 °C beschikbaar op aanvraag
-20 °C beschikbaar op aanvraag
241

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis