Voor De Inbedrijfstelling - Kärcher CB 2 exclusiv 23 Originalbetriebsanleitung

Lees vóór het eerste gebruik
van uw apparaat deze originele
gebruiksaanwijzing, ga navenant te werk
en bewaar hem voor later gebruik of voor
een latere eigenaar.
Inhoudsopgave
Voor de inbedrijfstelling . . . . . . NL
Installatiebeschrijving . . . . . . . NL
Bedieningselementen . . . . . . . NL
Technische gegevens . . . . . . . NL
Werking . . . . . . . . . . . . . . . . . . NL
Buitenwerkingstelling. . . . . . . . NL
Onderhoud en reparatie . . . . . NL
Storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . NL
Garantie. . . . . . . . . . . . . . . . . . NL

Voor de inbedrijfstelling

Zorg voor het milieu
De verpakkingsmaterialen zijn re-
cyclebaar. Gooi het verpakkings-
materiaal niet met het huisvuil
weg, maar zorg dat het gerecy-
cled kan worden.
Oude apparaten bevatten waar-
devolle materialen die gerecycled
kunnen worden. Batterijen, olie
en gelijksoortige stoffen mogen
niet in het milieu terechtkomen.
Geef oude apparaten daarom bij
een geschikte verzamelplaats af.
Cardanolie niet in het milieu terecht laten
komen. Gelieve bodem te beschermen en
oude olie op een milieuvriendelijke manier
tot afval verwerken.
Mineraaloliehoudend afvalwater niet in bo-
dem, water of zonder voorbereiding in het
riool terecht laten komen. Gelieve plaatse-
lijk geldende wettelijke voorschriften en af-
valwaterreglementen in acht nemen.
In de besturing bevindt zich een
accu voor de stroomtoevoer van
de systeemklok bij stroomuitval.
Accu's bevatten stoffen die nicht
in het milieu mogen terechtko-
men. Gelieve deze daarom in te
leveren op de geschikte inza-
melpunten.
Aanwijzingen betreffende de inhouds-
stoffen (REACH)
Huidige informatie over de inhoudsstoffen
vindt u onder:
www.kaercher.com/REACH
Veiligheidsinstructies
Om gevaren voor personen, dieren en
voorwerpen te vermijden, gelieve voor het
eerste gebruik de bijlage te lezen:
- de gebruiksaanwijzing
- alle veiligheidsinstructies
- de betreffende landelijke wettelijke
voorschriften
- de veiligheidsinstructies bij de gebruik-
te reinigingsmiddelen (in de regel op
het verpakkingsetiket) te lezen.
Voor het gebruik van de installatie in de
Bondsrepubliek Duitsland gelden de vol-
gende voorschroften en richtlijnen (verkrijg-
baar via Carl Heymanns Verlag KG,
Luxemburger Straße 449, 50939 Keulen):
- voorschriften inzake ongevallenpreven-
tie „Algemene voorschriften" BGV A1
- veiligheid voertuigwasinstallaties
DIN 24446
- verordening inzake bedrijfsveiligheid
1
(BetrSichV).
3
Vergewis u ervan:
4
- dat u zelf alle instructies begrepen heeft
6
- dat alle gebruikers van de installatie op
6
de hoogte zijn van de instructies en
8
deze ook begrepen hebben.
8
In deze gebruiksaanwijzing worden de vol-
13
gende symbolen gebruikt:
23
GEVAAR
Verwijzing naar een onmiddellijk dreigend
gevaar dat tot ernstige en zelfs dodelijke li-
chaamsverwondingen leidt.
WAARSCHUWING
Verwijzing naar een mogelijke gevaarlijke
situatie die tot ernstige en zelfs dodelijke li-
chaamsverwondingen kan leiden.
VOORZICHTIG
Verwijzing naar een mogelijk gevaarlijke si-
tuatie die tot lichte verwondingen kan lei-
den.
LET OP
Verwijzing naar een mogelijke gevaarlijke
situatie die tot materiële schade kan leiden.
Voertuigwasinstallaties
Het bedienen, bewaken, onderhouden en
controleren van voertuigwasinstallaties
mag enkel uitgevoerd worden door perso-
nen die vertrouwd zijn met die werkzaam-
heden en met de gebruiksaanwijzing en
geïnformeerd werden over de gevaren die
verbonden zijn met de installatie.
Zelfbediening
Bij voertuigwasinstallaties met zelfbedie-
ning moet tijdens de bedrijfsgereedheid
een persoon bereiktbaar zijn die vertrouwd
is met de installatie en in geval van storin-
gen de maatregelen kan uitvoeren of be-
werkstelligen die noodzakelijk zijn voor de
vermijding van eventuele gevaren. Voor de
gebruiker van de installatie moeten goed
zichtbare instructies voor de bediening en
het reglementair gebruik van de installatie
op de wasplaats aangebracht zijn.
Deskundig gebruik
Om beschadigingen van voertuigen en de
installatie te vermijden, mogen enkel per-
sonenwagens en gesloten bestelwagens
gereinigd worden die beantwoorden aan de
gegevens in het hoofdstuk „Technische ge-
gevens/afmetingen", Voertuiggrensmaten.
Instandhouding
Instandhoudingswerkzaamheden mogen
in principe alleen bij een uitgeschakelde in-
stallatie uitgevoerd worden. Daarbij moet
de hoofdschakelaar beveiligd worden te-
gen opnieuw inschakelen door onbevoeg-
den (hangslot op de hoofdschakelaar aan-
brengen).
NL
Gevaarlijke stoffen
Bij de omgang met reinigingsmiddelencon-
centraten die voor de gezondheid schade-
lijke stoffen bevatten, moeten er veilig-
heidsmaatregelen getroffen worden. In het
bijzonder moeten veiligheidsbril, be-
schermhandschoenen en beschermende
kleding gedragen worden en moeten de
merkbladen/veiligheidsinformatiebladen
die bij de reinigingsmiddelen worden gele-
verd in acht worden genomen.
Betreden van de voertuigwasinstallatie
Onbevoegde personen mogen de voertuig-
wasinstallatie niet betreden. Er moet duide-
lijk en voortdurend gewezen worden op het
toegangsverbod.
Glijgevaar
In de installatie bestaat glijgevaar door nat-
tigheid op de grond en op installatiedelen.
Bij werkzaamheden aan de installatie moet
voorzichtig bewogen en geschikt schoeisel
gedragen worden. Klanten van de wasin-
stallatie moeten door geschikte borden ge-
wezen worden op het glijgevaar.
Bediening van de installatie
WAARSCHUWING
Om gevaren door foutieve bediening te ver-
mijden, mag de installatie alleen bediend
worden door personen die
- geïnstrueerd zijn in de hantering ervan
- hun capaciteiten voor de bediening be-
wezen hebben
- uitdrukkelijk voor het gebruik geautori-
seerd zijn.
De gebruiksaanwijzing moet toegankelijk
zijn voor elke bediener. De installatie mag
niet bediend worden door personen onder
18 jaar. Dat geldt niet voor leerlingen boven
16 jaar die onder toezicht staan.
WAARSCHUWING
Struikelgevaar door op de grond liggende
voorwerpen of leidingen.
Vóór de inbedrijfstelling van de installatie
op de wasplaats liggende voorwerpen ver-
wijderen.
Bij het gebruik van de installatie met kabel-
sleep op de grond moet gelet worden op
een zorgvuldige meevolgen van de leidin-
gen.
Reglementair gebruik
Deze wasinstallatie is voor de uitwendige
reiniging van auto´s met serie-uitvoering en
gesloten bestelwagens conform de para-
graaf (Technische gegevens/afmetingen",
uiterlijke voertuigafmetingen, bedoeld. Bij
het gebruik volgens de voorschriften horen
bovendien:
- de inachtneming van alle aanwijzingen
in deze gebruiksaanwijzing en
- de naleving van de inspectie- en onder-
houdsinstructies.
LET OP
Beschadigingsgevaar Bij gebruik van Carli-
te-borstels moet het voertuig manueel
voorgereinigd worden als de installatie niet
is uitgerust met een aanbouwset hogedruk!
De installatie moet door gekwalificeerd per-
soneel worden geplaatst. Bij de plaatsing
moeten de plaatselijk geldige veiligheids-
1
-
101