Kleine Storingen Zelf Verhelpen; Voordat U De Hulp Van De Servicedienst Inroept - Gaggenau ry 495 Gebrauchsanleitung

Kleine storingen zelf verhelpen

Voordat u de hulp van de Servicedienst
inroept:
Controleer of u aan de hand van de volgende punten de storing kunt verhelpen.
U moet de kosten voor advies door de Servicedienst zelf dragen ook tijdens de garantieperiode!
Storing
Apparaat en binnenverlichting zijn
ingeschakeld, maar de
compressor werkt niet.
Het temperatuurgeregelde
verskoelvak is te warm.
Apparaat werkt niet. pp
Het apparaat werkt nog steeds
niet.
Levensmiddelen zijn te koud.
Levensmiddelen zijn te warm.
Het apparaat ruikt onaangenaam.
Het apparaat of de ijsbereider
veroorzaken onbekende of te luide
geluiden.
164
Eventuele oorzaak
Apparaat bevindt zich in de
ontdooimodus.
Temperatuur diepvriesruimte is te
hoog ingesteld.
Verskoelvak is verkeerd erin gezet.
Stekker zit niet in het stopcontact.
Apparaat werd via het
bedieningspaneel uitgeschakeld.
Zekering is doorgeslagen.
Stroomuitval.
Functiestoring in het apparaat.
Temperatuur is te laag ingesteld.
De deur kan niet goed gesloten
worden.
Temperatuur is te hoog ingesteld.
Ventilatierooster is geblokkeerd.
Deuren werden vaak geopend of
bleven te lang openstaan.
Er werden verse levensmiddelen
ingeladen.
Er zijn sterk ruikende levensmiddelen
ingeladen.
De binnenruimte van het apparaat is
vuil.
Dit is normaal.
Oplossing
Dit is normaal. 40 minuten wachten;
controleer of de compressor weer
inschakelt.
Temperatuur diepvriesruimte koeler
instellen.
Verskoelvak correct plaatsen.
Stekker in het stopcontact plaatsen.
Toets Ô van de diepvries of
koelruimte indrukken.
Zekering vervangen of weer
inschakelen.
Wacht tot er weer stroom is.
Eventueel contact opnemen met de
installateur of het elektriciteitsbedrijf.
Stekker uit het stopcontact halen of
de zekering uitschakelen. Contact
opnemen met de Servicedienst.
Temperatuur warmer instellen.
Apparaat met een waterpas
uitrichting. Zie "Apparaat stellen".
De levensmiddelen die het sluiten van
de deur hinderen opnieuw ordenen.
Positie van de laden controleren en
eventueel correct plaatsen.
Deurdichtingen en ligger controleren;
eventueel schoonmaken of
positionering corrigeren.
Temperatuur koeler instellen.
Levensmiddelen voor het
ventilatierooster wegnemen.
Wacht tot de temperatuur in het
apparaat is afgenomen.
De verse levensmiddelen moeten
eerst de juiste bewaartemperatuur
bereiken.
Inwikkelen of in luchtdichte
bewaardozen leggen.
Binnenruimte schoonmaken.