Koelruimte
De temperatuur in de koelruimte kan tussen +2 ºC en
+8 ºC worden ingesteld. Wij raden een instelling van
+5 ºC aan.
Levensmiddelen als volgt inruimen:
Op de legplateaus:
D
brood en gebak, klaargemaakte gerechten,
zuivelproducten, vlees en worst, conserven.
In de fruit en groenteladen:
D
groente, sla, fruit.
In het verskoelvak:
D
vis, gevogelte, vlees, worst en grote plateaus.
In de linkerdeur boven:
D
boter, kaas.
In de deuren (van boven naar beneden):
D
eieren, tubes, kleine flessen, grote flessen, melk,
pakken vruchtensap.
Attentie bij het inruimen
Warme gerechten en dranken buiten het apparaat
D
laten afkoelen.
Levensmiddelen goed verpakt of afgedekt inruimen.
D
Daardoor blijven het aroma, de kleur en de versheid
behouden. Bovendien wordt smaakoverdracht en
verkleuring van de kunststof delen voorkomen.
154
Fruit en groentevakken met regelbare
luchtvochtigheid
De luchtvochtigheid in de fruit en groenteladen kan
worden geregeld via regelbare ventilatieopeningen.
Instelling:
Regelaar naar
schuiven = hoge luchtvochtigheid.
D
Regelaar naar
schuiven = lagere luchtvochtigheid.
D
Attentie:
Fruit en groentevak altijd goed sluiten om de optimale
werking te garanderen.