Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Algemene Beschrijving; Toepassingen; Bedrijfsomstandigheden; Geluidsniveau - Grundfos AP80 Vortex Montage- Und Betriebsanleitung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für AP80 Vortex:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 9
INHOUD
1.
1.1
1.2
1.3
2.
3.
4.
4.1
4.2
4.3
4.4
4.5
4.6
5.
5.1
6.
6.1
7.
7.1
7.2
8.
9.
Alvorens met de installatie te beginnen, dient u deze
installatie- en bedieningsinstructies zorgvuldig te be-
studeren. De installatie en bediening dienen volgens
de in Nederland/België geldende regels en met vak-
manschap plaats te vinden.

1. Algemene beschrijving

1.1 Toepassingen

GRUNDFOS AP80-pompen met vortex waaier zijn ontworpen
voor het pompen van:
rioolwater,
effluent,
afvalwater,
vuilwater met grote hoeveelheid vezels.
De pompen kunnen toegepast worden in de:
Woning- en utiliteitsbouw
Rioolwaterzuiveringstations
Rioolwaterputten
Industrie
Land- en tuinbouw
Door het compacte ontwerp zijn de pompen geschikt voor zowel
ondergedompelde, als voor droge permanente installatie (droge
opstelling geldt alleen voor pompen van 4,8 kW en groter). Bij
een ondergedompelde opstelling kunnen de pompen met behulp
van geleidebuizen met voetbochtsnelkoppeling worden geïnstal-
leerd. De pompen zijn ook leverbaar met een afzonderlijk voet-
stuk voor vrijstaande of mobiele installatie.
Pompen met een voetstuk en een flexibele afvoerslang zijn ook
geschikt voor tijdelijke opstellingen (als standby-pomp). Met het
handvat, de hijsogen of aan het gat in de motor, kan de pomp
eenvoudig worden verplaatst.
Bij een pomp, die bestemd is voor droge opstelling, wordt een
koelmantel geleverd voor koeling van de motor (droge opstelling
geldt alleen voor pompen van 4,8 kW en groter).
De AP80-pompen zijn uitgerust met een open waaier met een
vuildoorlaat van 80 mm.
40
1.1.1 Omgeving met explosiegevaar
Gebruik de explosieveilige versies van de AP-pompen voor toe-
Pag.
passingen waarbij explosiegevaar bestaat.
40
N.B.: De bevoegde instanties dienen per geval vast te stellen of
40
de explosieclassificatie van de pomp - EEx de IIB T4 - voor de
40
applicatie toereikend is.
40
N.B.: Installeer de afzonderlijke schakelkast/besturingskast in de
40
standaarduitvoering nooit in een explosiegevaarlijke omgeving.
40
40

1.2 Bedrijfsomstandigheden

1.2.1 pH-waarde
41
AP pompen in permanente opstellingen zijn geschikt voor het
41
pompen van vloeistoffen met een pH-waarde tussen 4 en 10.
41
41
1.2.2 Mediumtemperatuur bij ondergedompelde motor
41
Mediumtemperatuur: 0°C tot +40°C.
41
Kortstondig tot +60°C.
42
42
1.2.3 Mediumtemperatuur met koelmantel
42
Mediumtemperatuur: 0°C tot +40°C.
42
Kortstondig tot +60°C.
43
1.2.4 Soortelijke massa van de te pompen vloeistof
43
Maximale s.m. van de vloeistof: 1100 kg/m³.
43
44
1.2.5 Niveau van de vloeistof
44
Bij een pomp, die toegepast wordt voor ondergedompelde opstel-
ling, dient het laagste niveau zich altijd boven het pomphuis te
bevinden.
1.2.6 Bedrijf
Maximaal 20 maal starten per uur bij intermitterend bedrijf.
N.B.: Indien de pomp langer dan 1 uur per keer onafgebroken
moet draaien, terwijl de motor daarbij niet geheel is ondergedom-
peld, moet een koelmantel worden geïnstalleerd.

1.3 Geluidsniveau

Binnen de grenzen als vermeld in de Richtlijn van de Raad inzake
de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten
betreffende machines (98/37/EEG).

2. Veiligheid

Installatie in een put dient te worden uitgevoerd door
speciaal daartoe opgeleide personen.

3. Transport en opslag

Wanneer de pomp de fabriek verlaat, is deze zorgvuldig beves-
tigd in een stevige kartonnen verpakking. Deze verpakking mag
veiligheidshalve pas worden verwijderd, zodra de pomp wordt
geïnstalleerd.
Zorg ervoor dat de pomp niet kan rollen of omvallen.
Hijs de pomp altijd aan het handvat, de hijsogen of aan het gat in
de motor, echter nimmer aan de voedingskabel of de afvoer-
slang/persleiding.
Indien de pomp voor lange tijd wordt opgeslagen, dient te worden
gezorgd voor bescherming tegen vocht en te lage en hoge tem-
peraturen.
Na een lange opslagperiode dient de pomp te worden geïnspec-
teerd alvorens weer in bedrijf te worden gesteld. Zorg ervoor dat
de pompwaaier vrij kan draaien. Controleer de conditie van de
asafdichtingen en kabelinvoer.

4. Installatie

Zie de maattekeningen achterin deze instructies.
Breng het los meegeleverde typeplaatje bij de installatie aan.
Controleer voordat u de pomp gaat installeren het oliepeil in de
oliekamer, zie paragraaf 7. Onderhoud en service.

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis