chanisme verwerkt extreme remkracht
vanaf de remgreep. Dit helpt om het
plotseling blokkeren van het wiel te
voorkomen en maakt de rem veiliger in
gebruik.
TERUGTRAPREM
Een correctie aan de terugtraprem is in
principe voorbehouden aan uw Batavus
dealer.
W I E L E N
LICHT EN STERK
Een fi etswiel is een mooi stuk techniek.
De velg, naaf en spaken vormen (in
combinatie met velglint, binnen- en
buitenband) samen een uiterst licht en
toch sterk wiel. Het is het belangrijkste
fi etsonderdeel dat ervoor zorgt dat
een fi ets lekker rijdt. Voor een lichte
'loop' zijn diverse zaken van belang
zoals goed opgepompte banden,
12
strak gespannen spaken en een goed
afgestelde, spelingsvrije naaf. Voor het
eerste onderdeel kunt u zelf zorgen, de
laatste twee zijn bij uw Batavus dealer
in goede handen. De vouwfi etsen zijn
uitgerust met 20" (inch) wielen of met
24" wielen.
SPAKEN
(34)
Spaken zijn een essentieel onderdeel
van de wielen. Een te slappe afstelling
kan de stabiliteit van de fi ets negatief
beïnvloeden of op termijn tot breuk
leiden. Het spannen van de spaken
is een zeer nauwkeurig werk. Laat
dit daarom bij voorkeur over aan uw
Batavus dealer. De spaken moeten
enkele weken na aanschaf voor het
eerst worden bijgesteld (maar u dient
dan wel enkele honderden kilometers
te hebben gereden).
B E L A N G R I J K
• Heeft het wiel een 'slag' of losse spa-
ken, dan lost uw Batavus dealer dit snel
op, waardoor verdere schade aan het
wiel voorkomen wordt.
• Laat uw dealer daarna regelmatig
controleren of de spanning van de
spaken in orde is.
• Bij sommige fi etsen zijn de aluminium
velgen uitgerust met een zgn. 'Safe-
tyline'. Dit is een slijtage-indicator die
aangeeft wanneer de velg versleten
is. Na veel en intensief remmen slijt de
zijkant van de velg zodanig af, dat er
uiteindelijk een 'strip' zichtbaar (of een
groef onzichtbaar) wordt. Dit betekent
dat de velg vernieuwd moet worden.
De Batavus dealer helpt u graag verder.
T E C H N I E K
EEN BAND PLAKKEN
1. Leg indien mogelijk de fi ets (goed
beschermd) zodanig op de zijkant, dat
het wiel met de lekke band vrij kan
draaien.
2. Controleer de buitenband op kleine
steentjes, stukjes glas of wellicht een
spijker.
Bij het verwijderen kunt u dan meteen
het lek gevonden hebben (controleer
later ook de buitenband aan de bin-
nenzijde op metaalsplinters e.d.).
3. Verwijder het ventiel en de velg-
moer. Druk de rand van de buitenband
naar het midden van de velg. Plaats de
eerste bandenlichter tussen band en
velgrand (niet in de buurt van het ven-
tiel). Zet de bandenlichter vast achter
een spaak.
4. Zet de tweede bandenlichter twee
spaken verder vast. Doe met de derde
bandenlichter hetzelfde (wederom
twee spaken verder). Maak de buiten-
band verder met de hand los (35).
5. Druk de ventielhouder naar binnen,
verwijder de binnenband en pomp