Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Voorzorgsmaatregelen - Depuy Synthes SYMPHONY Bedienungsanleitung

Navigationsbereite instrumente
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 40
De voerdraad van het SYMPHONY OCT-systeem (K-draad) is een niet-genavigeerd instrument en
zal niet zichtbaar zijn op navigatiesystemen. Daarom moet de positie van de voerdraad nauwlettend
in de gaten worden gehouden om onbedoelde verplaatsing of verkeerde richting te voorkomen.
Fluoroscopische beeldintensivering van de voerdraad wordt aanbevolen. Als de positie van de
voerdraad niet effectief wordt gecontroleerd, kan dit leiden tot een breuk van de pedikel of het
wervellichaam, wat mogelijk kan leiden tot schade aan de omliggende neurovasculaire en
endoluminale structuren.

VOORZORGSMAATREGELEN

De navigatiering of navigatiering ST mag alleen worden aangesloten op instrumenten met een
geschikte navigatieringkoppeling.
Als het UNAS-onderdeel niet stevig kan worden aangesloten op het SYMPHONY-instrument voor
navigatie, kan een niet-navigerende techniek met behulp van fluoroscopie worden toegepast of kan
de procedure opnieuw worden ingepland.
Gebruik dezelfde traceer-arraygeometrie niet op meer dan één SYMPHONY-instrument voor
navigatie tegelijk.
Controleer de nauwkeurigheid van het instrument en van de anatomische registratie na kalibratie
en registratie, en regelmatig tijdens het gebruik van het instrument. U doet dit door de instrumenttip
op een identificeerbaar anatomisch herkenningspunt te plaatsen en de actuele locatie van de tip te
vergelijken met de locatie die wordt weergegeven door het navigatiesysteem.
Gebruik de traceer-arrays, navigatiering of navigatiering ST niet op flexibele instrumenten.
Als u een traceer-array op een instrument bevestigt met verwisselbare tips (bijv. schroeven die aan
schroevendraaiers zijn bevestigd), moet elke tip vóór gebruik worden gekalibreerd.
Telkens wanneer de traceer-array, navigatiering of navigatiering ST wordt vervangen, verplaatst
of verwijderd, moet het SYMPHONY-instrument voor navigatie opnieuw worden gekalibreerd op
nauwkeurigheid.
Zorg er tijdens het navigeren voor dat de traceer-array en het referentieframe/de referentie-array zijn
gericht op en zichtbaar zijn voor de camera.
Als de positie van het referentieframe/de referentie-array ten opzichte van de anatomie op enig
moment tijdens of na de registratie verandert, registreer de patiënt dan opnieuw.
Gebruik geen navigatie als een van de instrumenten gebogen of anderszins beschadigd lijkt te zijn.
Opmerking: Raadpleeg de gebruikershandleidingen van de fabrikanten van het navigatiesysteem voor
informatie over het gebruik van het referentieframe/de referentie-array, de instrumentkalibratiematrix
(ICM) en de reflecterende wegwerpmarkeerbollen.
Vóór klinisch gebruik moeten de artsen/chirurgen alle aspecten van de systeemhandleiding en
beperkingen van de instrumentatie kennen en begrijpen.
Voorafgaand aan elke chirurgische ingreep met behulp van de SYMPHONY-instrumenten voor
navigatie moeten artsen en gebruikers een trainingsprogramma van de navigatiesoftware doorlopen
met een vertegenwoordiger van de navigatiesoftware en ook anderszins grondig vertrouwd zijn met
de werking en het gebruik van de software.
163 of 256

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis