Werbung
Verfügbare Sprachen
Verfügbare Sprachen
1. Steek de stekker van het apparaat in het stopcontact.
2. Druk op de aan/uit-schakelaar (5) „I" (groene knop) om
het apparaat te starten.
3. Druk op de aan/uit-schakelaar (5) „0" (Rode knop) om
het apparaat uit te schakelen.
10.2.1. Thermobeveiliging
In geval van overbelasting en oververhitting schakelt de ge-
integreerde beveiligingsuitschakeling het apparaat om veilig-
heidsredenen uit.
1. Wacht ca. 15 minuten tot de motor is afgekoeld.
2. Start het apparaat opnieuw op door op de aan/uit-scha-
kelaar (5) „I" (groene knop) te drukken.
10.3 Verstellen van de trommel
(afb. 1, afb. 12a/12b)
Voor de productie van beton of mortel moet de betonmixer in
een specifieke mengpositie worden geplaatst. Alleen de juiste
mengpositie zorgt voor de beste mengresultaten en garan-
deert een probleemloze workflow.
1. Houd de zwenkgreep (1) altijd stevig vast om de trommel
(6) te verstellen.
2. Maak de zwenkinrichting los door de zwenkgreep (1)
naar u toe te trekken. Hierdoor komt de vergrendeling van
de rasterschijf (14) los.
3. Zwenk de mengtrommel (6) naar de uitsparing die over-
eenkomt met uw mix. De mengposities zijn op de ratel-
schijf (14) gemarkeerd door uitsparingen:
• Afb. 12a: Trommelstand voor de productie van mortel
• Afb. 12b: Trommelstand voor de productie van beton
4. Wanneer de trommel (6) zich in de gewenste positie be-
vindt, zet u de zwenkgreep (1) weer vast in de rasterschijf
(14).
10.4 Vullen (afb. 12a + 12b)
m LET OP!
Gevaar voor de gezondheid en verwondingen!
Het inademen van stof kan de gezondheid schaden. Raak ce-
ment of additieven niet aan zonder veiligheidshandschoenen.
-
Draag luchtwegbescherming.
-
Draag veiligheidshandschoenen en reik nooit in de draai-
ende mengtrommel.
m WAARSCHUWING!
Kantelgevaar!
Controleer voor het vullen of de betonmixer stabiel staat.
-
Gebruik de betonmixer alleen op een stevige, vlakke (niet
kantelende) ondergrond.
-
Verander de positie van de betonmixer niet tijdens het vul-
len of wanneer de trommel draait.
1. Druk op de aan/uit-schakelaar (5) „I" (groene knop) om
het apparaat te starten.
2. Controleer de mengstand op de ratelschijf (14):
• Afb. 12a: Trommelstand voor de productie van mortel
• Afb. 12b: Trommelstand voor de productie van beton
3. Vul het mengsel met een draaiende trommel (6). Vul de
trommel (6) niet te vol. Voorzichtig! Gevaar door be-
wegende delen!
4. Gooi het materiaal niet met grote kracht in de mengtrom-
mel om te voorkomen dat het aan de onderkant van de
trommel blijft hechten. Voer het materiaal in kleinere por-
ties toe.
5. Controleer vóór het vullen of de opening van de trommel
(6) dusdanig is uitgelijnd dat er geen mengproduct uit de
trommel (6) kan vallen.
Aanwijzing: Vraag advies aan een vakman voor de sa-
menstelling en kwaliteit van de mix.
10.5 Leegmaken (afb. 13a)
1. Ontgrendel de zwenkinrichting door de zwenkgreep (1)
naar u toe te trekken. Hierdoor komt de vergrendeling van
de rasterschijf (14) los.
2. Zwenk nu de trommel (6) langzaam omlaag om deze te
legen.
3. Plaats een voldoende grote houder (bijv. een speciekuip)
onder de trommel (6). Let op dat er geen mengproduct op
de grond terechtkomt.
11. Elektrische aansluiting
De geïnstalleerde elektromotor is bedrijfsklaar aangesloten.
De aansluiting voldoet aan de relevante VDE- en DIN-voor-
schriften.
De netaansluiting van de klant en het gebruikte verlengsnoer
moeten eveneens aan deze voorschriften voldoen.
11.1 Defecte elektrische aansluitkabel
Bij elektrische aansluitkabels treedt vaak schade aan de iso-
latie op.
Mogelijke oorzaken zijn:
• Versleten plekken, als aansluitkabels door venster- of deur-
openingen worden geleid.
• Knikken door een onvakkundige bevestiging of geleiding
van de aansluitkabel.
• Snijplekken omdat over de aansluitkabel is gereden.
• Beschadigde isolatie omdat de stekker uit het stopcontact
is getrokken.
• Scheuren door veroudering van de isolatie.
Dergelijke defecte elektrische aansluitkabels mogen niet wor-
den gebruikt en zijn levensgevaarlijk als de isolatie is bescha-
digd.
Controleer de elektrische aansluitkabels regelmatig op scha-
de. Let erop dat bij het controleren de aansluitkabel niet op
het elektriciteitsnet is aangesloten.
Elektrische aansluitkabels moeten aan de relevante VDE- en
DIN-voorschriften voldoen. Gebruik uitsluitend netsnoeren
met de aanduiding H07RN.
Op de aansluitkabel moet de typeaanduiding vermeld staan.
Voor de eenfase-wisselstroommotor adviseren wij om een ze-
kering C-curve 16 A of K-curve 16 A te gebruiken bij machines
met een hoge aanloopstroom (vanaf 3000 W)!
NL/BE
41
Werbung
