Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Stryker Neuroform EZ Gebrauchsanweisung Seite 32

Stent system
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 17
Opmerking: Let erop dat de inbrenghuls niet beweegt terwijl de stentplaatsingsdraad wordt
teruggetrokken. Beweging van de inbrenghuls terwijl de stent wordt teruggetrokken, kan erop wijzen dat
de RHV niet stevig genoeg is aangedraaid, waardoor de stent te vroeg kan expanderen in de connector
van de microkatheter.
19. Trek de microkatheter, als de stent goed genoeg is gepositioneerd, in een constante beweging
terug terwijl u de positie van de stentplaatsingsdraad handhaaft, zodat de stent kan expanderen
langs de aneurysmahals. De distale markeringen van de stent expanderen bij het verlaten van de
microkatheter. Controleer de positie van de geëxpandeerde stent.
Opmerking: Laat de stent niet expanderen als deze zich niet op de juiste plaats in het vat bevindt.
Opmerking: De arts kan het optionele torsie-instrument bevestigen aan het proximale uiteinde van de
stentplaatsingsdraad. Dit helpt bij de hantering en stabilisatie. Vergeet niet het torsie-instrument vast
te draaien om de stentplaatsingsdraad te borgen. Gebruik het torsie-instrument niet om torsie uit te
oefenen op de stentplaatsingsdraad, omdat de draad daar niet voor is bedoeld.
Opmerking: Gebruik de stentplaatsingsdraad niet om de stent tijdens de expansie uit de microkatheter
te duwen.
20. Voordat u de stentplaatsingsdraad verwijdert, dient u de microkatheter distaal van de stent te plaatsen
om de toegang via de stent in stand te houden. Verwijder het Neuroform EZ™-stentsysteem en werp
het weg.
21. Voer door de microkatheter een uitwisselingslengtevoerdraad op.
22. Verwijder de microkatheter van 0,027 in terwijl u de positie van de uitwisselingslengtevoerdraad
handhaaft en vervang de katheter met een geschikte microkatheter om te beginnen met de embolisatie
van het aneurysma.
aneurysma-embolisatie
23. Met de embolisatie van het aneurysma kan onmiddellijk worden begonnen. Standaardmicrokatheters
die voerdraden van 0,25 mm (0,010 in), 0,36 mm (0,014 in) of 0,46 mm (0,018 in) met een distale tip van
≤ 2 F kunnen opnemen, kunnen voorzichtig door de tussenruimtes van de stent worden gestoken om
embolisatiespiralen in het aneurysma aan te brengen.
Opmerking: Als u de geëxpandeerde stent passeert met een microkatheter met embolisatiespiraal, moet u
de markeringsbanden op de stent goed in het oog houden, om te voorkomen dat de stent losraakt.
24. Voer een standaardprocedure voor spiraalembolisatie uit met behulp van de daarvoor algemeen
aanvaarde technieken.
VraGEn En anTwOOrDEn
V: Wat is de optimale positie van de stent ten opzichte van het aneurysma?
A: Over het algemeen moet u proberen de stent zodanig te plaatsen dat de uiteinden in betrekkelijk
normale gebieden van het moedervat vastliggen. De stent ligt stabieler als beide uiteinden van de stent
in minstens 4-6 mm normaal vat verankerd zitten. Voor aneurysmata die zich bijvoorbeeld in de a. carotis
supraclinoïdeus bevinden, kan het beter zijn om de stent te bevestigen door het distale uiteinde in de
M1 te expanderen (a. cerebralis media, eerste segment) dan te proberen hem te expanderen in de paar
millimeter tussen het aneurysma en de ICA-vertakking (vertakking van de a. carotis interna).
Tijdens het expanderen van de stent moet er een weergave worden gebruikt die het moedervat distaal
van het aneurysma het beste toont, zodat het distale uiteinde van de stent nauwkeurig kan worden
geëxpandeerd ten opzichte van het aneurysma. Het is mogelijk dat dit niet dezelfde weergave is als de
weergave die is gebruikt voor het opvoeren van het Neuroform EZ-stentsysteem, of de weergave die
tijdens de embolisatie van het aneurysma is gebruikt.
Plaats het distale uiteinde van de stent zo nauwkeurig mogelijk ten opzichte van de aneurysmahals en
zorg ervoor dat minstens 4 mm van beide uiteinden van de stent langs het moedervat ligt. Controleer de
afmetingen van de aneurysmahals, zodat als aan de hand van tabel 1 de juiste stentmaat is bepaald, het
proximale uiteinde van de stent op de juiste plaats zal expanderen, ook als hij door de bochten in het vat
moeilijk te zien is.
V: Welke stentmaat moet ik kiezen als ik de stent in een vat wil plaatsen waarvan de diameters aan het
proximale en het distale stentuiteinde verschillen? Voorbeeld: de diameter van het vat neemt toe van
2 mm PCA tot 3,4 mm basilair.
A: Kies de stent die past bij het vat met de grootste diameter. In dit voorbeeld kiest u de stent van 3,5 mm.
Deze stent kan veilig in de kleinere PCA worden geëxpandeerd en zal stevig in de basilaire arterie
worden verankerd.
Black (K) ∆E ≤5.0
V: Is het expanderen van de stent over de vertakking van een vat een probleem? Kan de stent veilig
worden geëxpandeerd over de a. choroïdea anterior? Hoe zit het met lenticulostriate arteriën of rami
perforantes die hun oorsprong in het basilair hebben?
A: Er zijn tijdens het beperkte klinische onderzoek dat met deze stent is uitgevoerd geen nadelige gevolgen
waargenomen als gevolg van occlusie van een zijtak van het vat of emboli in "opgesloten" vaten (bij
26 patiënten werd t/m zes maanden follow-uponderzoek uitgevoerd). Er zijn zonder problemen stents
aangebracht die vanaf de M1 (a. cerebralis media, eerste segment) tot de ICA (a. carotis interna)
reikten.
V: Eén lus of verscheidene lussen van een spiraal (in het bijzonder bij een spiraal met een kleine diameter,
van bijvoorbeeld 2 mm) stulpt uit door de tussenruimtes van de stent en ik krijg hem niet meer terug op
zijn plaats. Wat raadt u aan?
A: Als het risico van het achterlaten van een gedeelte van de spiraal in het moedervat niet aanvaardbaar
is, kan een tweede stent in de eerste stent worden geplaatst om het uitstulpende spiraalgedeelte tegen
de vaatwand vast te zetten. Driedimensionale angiografie met een orthogonale weergave (d.w.z. "door
de loop van het geweer") kan van pas komen als u moet bepalen of een spiraallus wel of niet binnen
het lumen van de stent, in het moedervat, of tussen de vaatwand en de stent zit. Het is belangrijk om
nauwgezette aandacht te besteden aan heparinisatie en de toediening van plaatjesremmers.
V: Ik ben per ongeluk begonnen met het expanderen van de stent, maar hij zit niet op de plaats waar ik
hem wilde hebben. Wat raadt u aan?
A: Over het algemeen is de veiligste handelwijze om niet te proberen de stent opnieuw te plaatsen, maar
de stent verder te expanderen waar hij zit en daarna een tweede stent te expanderen op de gewenste
locatie. Een stent veilig expanderen beperkt vaatletsel tot een minimum, zelfs al gebeurt dit niet op de
gewenste locatie. Studies met proefdieren hebben aangetoond dat de stent binnen dertig dagen in het
endotheel wordt opgenomen.
V: Ik heb de plaatsing van de stent verkeerd beoordeeld en heb de stent geëxpandeerd met één uiteinde
naast het aneurysma, in plaats van in het normale gedeelte van het moedervat. Wat raadt u aan?
A: Neem het Neuroform EZ-stentsysteem uit de microkatheter terwijl de microkatheter op zijn plaats houdt.
Breng een tweede stent in en laat deze expanderen tussen de binnenkant van de eerste stent en het
normale gedeelte van het moedervat (elkaar overlappende stents). De tweede stent moet dezelfde of
een grotere diameter hebben dan de eerste.
GaranTIE
Stryker Neurovascular garandeert dat er redelijke zorg is betracht bij het ontwerpen en vervaardigen van dit
instrument. Deze garantie vervangt en ontkracht alle andere garanties die hier niet worden vermeld, hetzij
uitdrukkelijk, hetzij impliciet door de werking van de wet of anderszins, met inbegrip van, maar niet beperkt
tot, geïmpliceerde garanties van verkoopbaarheid of geschiktheid voor een bepaald doel. Hanteren, opslag,
schoonmaken en sterilisatie van dit instrument alsmede andere factoren in verband met de patiënt, diagnose,
behandeling, chirurgische ingrepen en andere zaken die buiten de macht van Stryker Neurovascular vallen,
zijn direct van invloed op het instrument en de resultaten die ermee worden verkregen. De aansprakelijkheid
van Stryker Neurovascular volgens deze garantievoorwaarden is beperkt tot het repareren of vervangen
van dit instrument; Stryker Neurovascular aanvaardt geen aansprakelijkheid voor incidentele of bijkomende
schade die direct dan wel indirect voortvloeit uit gebruik van dit instrument. Stryker Neurovascular aanvaardt
geen, en geeft niemand de bevoegdheid tot het in naam van Stryker Neurovascular aanvaarden van, andere of
aanvullende aansprakelijkheid of verantwoordelijkheid in verband met dit instrument. Stryker neurovascular
aanvaardt geen aansprakelijkheid voor instrumenten die opnieuw zijn gebruikt, verwerkt of gesteriliseerd
en biedt geen uitdrukkelijke dan wel impliciete garanties in verband met zulke instrumenten, met inbegrip
van, maar niet beperkt tot, garanties van verkoopbaarheid of geschiktheid voor een bepaald doel.
32
N

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis