24
25
6.9 Functiecontrole
Na de montage moeten de volgende punten worden gecontroleerd:
26
2) Zet de nylonkous met contactlijm vast aan
de binnenkant van de opening.
3) Druk de montagering voor de inductielader
(4X259) zo in de opening, dat deze zich in
één lijn bevindt met het schuim en de
nylonkous.
INFORMATIE: Neem de gebruiksaan
wijzing 647G1148 in acht.
4) Lijm de laadeenheid zo vast, dat deze één
lijn vormt met de buitenkant van het
schuim.
INFORMATIE: Neem de gebruiksaan
wijzing 647G1148 in acht.
1. Is de kabelbinder correct gemonteerd?
2. Sluiten het kniedeel en het functionele
onderbeen vlak op elkaar aan?
3. Zijn de assen en de clips correct vergren
deld?
4. Sluiten de uiteinden van de meeneembeu
gel vlak aan op het kniedeel?
5. Is de positie van de meeneembeugel cor
rect?
6. Zijn de feedbacksignalen voldoende hoor
baar?
145