Bosch FWA 46xx + Originalbetriebsanleitung Seite 151

4.15 Velgslingeringscompensatie/
inmeetprocedure
!
Bij de velgslingeringscompensatie/inmeetprocedure
met de klem de volgende stappen aanhouden:
1. Borgkabel uit de velg hangen.
2. Velgslingeringscompensatie/inmeetprocedure uitvoe-
ren.
3. Borgkabel in de velg hangen.
!
Erop letten dat er 4 gelijke spanklemmen worden
gebruikt, alleen op die manier is een correcte meting
gegarandeerd (meetfouten).
!
Voertuig voor en achter beveiligen om te voorkomen
dat deze van het hefplatform of de werkkuil rolt.
!
Klemmen mogen pas na het oprijden op de meet-
plaats worden gemonteerd.
!
Bij het op- en afrijden op de draai- en schuifplaten
moeten de borgstiften zijn aangebracht!
i
Het voertuig moet op hetzelfde niveau worden be-
wogen. Dat betekent dat het loopvlak vlak moet zijn.
i
De velgslingeringscompensatie/inmeetprocedure
kan alleen worden uitgevoerd door het voertuig te
verrollen.
i
Tijdens de meting niet tussen de camera's en de
meetplaten staan.
!
De meetplaten moeten vóór de velgslingeringscom-
pensatie/inmeetprocedure worden genivelleerd (met
waterpassen worden uitgelijnd). Hierna mogen de
meetplaten niet meer worden genivelleerd door deze
in de klemmen te verdraaien.
i
Na afloop van de velgslingeringscompensatie/
inmeet procedure de remspanner monteren om
verdere metingen uit te voeren.
4.15.1 Bepalen van de rolweg
i
Erop letten dat voor en achter het midden van de
draaiplaat een toereikende en vlakke rolweg aan-
wezig moet zijn.
i
De rolweg bedraagt voor alle gangbare wiel- en
bandmaten max. 30° vooruit/achteruit. Dit komt
overeen met een rolweg van max. 250 mm vooruit/
achteruit.
Robert Bosch GmbH
Bediening | FWA 46xx + | 151
4.15.2 Velgslingeringscompensatie/inmeetprocedure
uitvoeren
1. Met <F3> verder gaan met het programma.
 Verlichting wordt aangepast.
 Volgende opdracht verschijnt:
"Voertuig achteruit rollen".
2. Voertuig een wieldraaiing van ca. 30° achteruit rollen
(tegen de rijrichting).
 Volgende melding verschijnt: "Rolweg OK".
3. Voertuig tot stilstand brengen.
 Volgende opdracht verschijnt:
"Voertuig vooruit rollen".
4. Het voertuig gelijkmatig en zonder onderbreking een
wieldraaiing van ca. 60° naar voren rollen
(in de rijrichting).
 Volgende melding verschijnt: "Rolweg OK".
5. Voertuig tot stilstand brengen.
 Volgende opdracht verschijnt:
"Voertuig naar uitgangspositie terugrollen".
6. Voertuig ca. 30° terugrollen tot de meetplaten weer
genivelleerd zijn en het voertuig in de uitgangsposi-
tie midden op de draaiplaten staat.
 Volgende opdracht verschijnt:
"Remvergrendelingen monteren", "vergrendeling-
stiften uittrekken en vulstukken verwijderen".
7. Remvergrendelingen monteren (zie 4.15), vergrende-
lingsstiften van de draaiplaten uittrekken en vulstuk-
ken verwijderen.
8. Met <F3> verder gaan met het programma.
"
Velgslingeringscompensatie/inmeetprocedure
uitgevoerd.
!
Als bij het achteruit rollen de foutmelding "Op en-
kele meetplaten zijn niet alle markeringen herkend."
verschijnt, moet het voertuig langzaam vooruit
worden gerold tot de melding "Rolweg OK" wordt
weergegeven.
Als bij het vooruit rollen de waarschuwing
"Geen melding aan het einde van de rol-
weg" verschijnt, moet het voertuig verder
vooruit worden gerold tot de rolweg van
60° is bereikt. Er zelf op letten dat de
rolweg niet wordt overschreden, aange-
zien de melding "Rolweg OK" niet wordt
weergegeven. Hierna wordt de opdracht
"Voertuig naar uitgangspositie terugrollen"
weergegeven.
i
Als het voertuig te langzaam is teruggerold, ver-
schijnt het beginscherm van de procedure en wordt
u gevraagd om de velgslingeringscompensatie/in-
meetprocedure van de uitgangspositie te herhalen.
nl
|
1 690 706 098 2017-11-27