Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Kettler ST 2690-9 Anleitung Seite 19

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
NL
Functie
Begin met trappen. Alle geprogrammeerde waardes (behalve
polsslag) tellen terug, knipperen bij nul enkele seconden en tellen
dan vanaf de geprogrammeerde waarde weer op.
Stijgt uw polsslag over de geprogrammeerde polsslaggrens, knip-
pert ter waarschuwing de polsslag-waarde en klinkt er een piep-
toon.
5.0 Weergave tijdens de training
Als u begint met trainen, vindt er elke 5 seconden een automati-
sche wisseling van gegevens plaats SCAN (symbool 2 op de dis-
play). Met de Set-toets kunt u dit uitschakelen. Met de +/– toets
kunt u dan een weergaveveld vooruit of terug springen. Heeft u
de trapfrequentie programmering noten (12) op de display geac-
tiveerd, piept het in het geprogrammeerde ritme, om u te helpen
de trapfrequentie aan te houden.
Drukt u de +/– toetsen tegelijk in, schakelt u de akoestische
trapfrequentie uit – noten (12) worden niet meer getoond. Dat is
ook bij een trainingsonderbreking mogelijk.
Opmerking
Wordt een voorgeprogrammeerde waarde (uitgezonderd pols-
slag en trapfrequentie) bereikt, wordt deze direct op het grote
veld (9) overgenomen.
6.0 Weergave voor de training, bij trai-
ningsonderbreking, trainingseinde
Onderbreekt u het trappen, herkent de computer een trainingson-
derbreking. De automatische wisseling van gegevens stopt. Het
symbool SCAN verdwijnt, P wordt weergegeven en de polsslag-
weergave blijft in het grote veld staan. Gaat u dan binnen 4 mi-
nuten niet verder met trainen, wisselt de display naar kamertem-
peratuur (afb. 1). Daarbij wordt de afstand bij het totale aantal
kilometers opgeteld. Alle andere waardes worden niet opgesla-
gen.
Opmerking
Met de +/– toets kunt u een weergaveveld vooruit of terug sprin-
gen.
Met de set-toets komt u weer in de programmeermodus. Daarbij
worden alle eerdere trainingsgegevens en programmeringen ge-
wist.
7.0 Weergave bij voortzetting van de training
Start weer met uw training. De waardes tellen op.
8.0 Herstelpolsmeting
De trainingscomputer is met een herstelpols-functie uitgerust. Hier-
mee kunt u aan het einde van uw training uw herstelpolsslag me-
ten. Druk aan het einde van uw training op de herstelpolstoets. De
computer meet 60 seconden terugtellend uw polsslag (afbeelding
12). Daarna wordt een conditiecijfer met (F) weergegeven (af-
beelding 13). De berekening wordt onder 9.0 algemeen uitge-
legd. Wordt de polsslagmeting onderbroken, wordt i.p.v. een
waarde (P) en een foutmelding (E) getoond (afbeelding 14). Drukt
u op de recovery-toets, verschijnt weer het actuele trainingsveld.
Afb. 12
Afb. 14
Afb.12: Herstelpolsmeting met teruglopende tijd (0:60 – 0:00)
Afb.13: Conditiecijfer weergave
Afb.14: Geen polsslag herkenning (P) bij herstelpolsmeting
Opmerking
Wordt er geen polsslagwaarde weergegeven, wordt de herstel-
pols-functie niet uitgevoerd.
9.0 Algemeen
Berekening totale hoogte
1 trede geeft een hoogte van 0,19 meter.
Berekening calorieënverbruik
Uit sportmedisch oogpunt resulteert steppen in het volgende calo-
rieënverbruik: Bij 1 uur steppen wordt bij een stepfrequentie van
90 treden per minuten 2500 KJ verbruikt.
Bij 1000 treden wordt 465 Kilojoule verbruikt.
De berekening is op de middelste belasting gebaseerd en veran-
dert door variatie van de trapfrequentie.
Berekening conditiecijfer
De computer berekent en geeft een waarde aan het verschil tus-
sen belastingspolsslag en herstelpolsslag en uw hieruit voortko-
mende "conditiecijfer" volgens de volgende formule:
10 x ( P1 – P2 )
(
Cijfer ( F ) = 6 –
P1
P1 = belastingspolsslag
Cijfer 1 = zeer goed
De vergelijking van belastingspolsslag en herstelpolsslag is een
eenvoudige en snelle manier de lichamelijke conditie te controle-
ren. Het conditiecijfer is een oriënteringswaarde voor uw herstel-
vermogen na lichamelijke inspanning. Voor u de herstelpolstoets
indrukt en uw conditiecijfer opvraagt, dient u langere tijd, d.w.z.
minstens 10 minuten, in uw belastingsbereik te trainen. Bij regel-
matige training zult u vaststellen dat uw conditiecijfer beter wordt.
Aanwijzingen voor polsslagmeting
De polsslagmeting begint, als het hartsymbool op de display syn-
chroon met uw polsslag knippert.
Met oorclip
De polssensor werkt op infrarood licht en meet de veranderingen
Afb. 13
2
)
P2 = herstelpolsslag
cijfer 6 = onvoldoende

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis