Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

COMPANION 27812 Anleitungshandbuch Seite 13

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für 27812:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

1. Veiligheidsregels
Veilige bedieningsmethoden
voor zittrekkers
BELANGRIJK:
DEZE MAAIMACHINE KAN HANDEN EN VOETEN AMPUTEREN
EN VOORWERPEN WEGSLINGEREN.
HET NIET
OPVOLGEN VAN DEZE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
KAN ERNSTIG OF DOE)ELIJK LETSEL TOT GEVOLG HEBBEN.
@
I. TRAINING
Lees de instructies aandachtig.Zorg dat u vertreuwd bent
met de bedieningselementon en hat juiste gebruik van
de machine.
Laat kinderen of mensen die niet bekend zijn met de in-
structies, de maaimachine nietgebruiken. Het is mogelijk
dat plaatselijka voorschriften een beperking stellen aan
de leeftijd van de bestuurder,
Maai nooit terwijl mensen, vooral kinderen, of huisdieren
in de buurt zijn.
Bedenk dat de bestuurdar of gebruiker varantwoordalijk
is voor ongelukken of risicos die andere mensen of hun
eigondommen kunnen overkomen.
Geen passagiers vervoeren.
Alle bestuurdars dienen vakkundige instructies te ontvan-
gen. Bij dergelijke instructies dient de nadruk te worden
gelegd op:
de noodzaak voor aandacht en concentratie
bij het
werken met zittrekkero;
- een zittrekker die op een helling wogglijdt, kan niet
onder controle worden gehoudan door te remmen.
De hoofdredenen voor besturingsvarlies zijn:
a) onvoldoende houvast;
b) te snel rijden;
c) ontoereikond remmen;
d) het soort machine is niet geschikt voor de taak;
e) gebrek aan kennis van hat effect van bodemcondities,
vooral hellingen;
f) verkeerd vaotkoppelen en verkeerda vordaling van
de lading.
IL VOORBEREIDING
Draag tijdens bet maaien altijd stevige schoenen en een
lange brook. Gebruik de machine niet blootsvoets ofterwijl
u open sandalen draagt,
Inspecteer de plek waar do machine zal wordan gebruikt,
grendigen verwijder allevoorwerpen die door de machine
kunnen worden weggeslingerd.
WAARSCHUWING
- Benzine is licht ontvlambaar.
-
Bewaar brandstof in blikken die speciaal veer dat doel
zijn bestemd.
- Tank alleen buiten en rook niet tijdens hat tanken,
- Tank voordat u de motor start. Draai de dop nooit van
de benzinetank af oftank nooitterwijl de motor draait
of heat is.
-
AIs benzine is gemorst, probeer de motor dan niet te
starten maar haal de machine van de plaats vandaan
waar u benzine heefl gemorst en zorg dat u goen ont-
stekingsbron teweeg brengt totdat de benzinedampen
zijn verdreven.
- Draai de dop van alle brandstoftanks en -blikken weer
goed vast.
Vervang defecte geluiddempers.
Inspecteer v66r het gebruik altijd of de messen, mes-
bouten en maai-inrichting
niet versleten of beschadigd
zijn.Vervang versleten of beschadigde messen en bouten
in sets om het evenwicht in stand te houden.
Op machines met meerdore messen client u eraan te
denken dat het draaien van _en mes andere messen kan
doen draaien.
III. BEDIENING
Laat de motor niet draaien in con besloten ruimte waar
gevaarlijke koolmonoxydedampen zich kunnen verza-
melen.
Maai alleen bij daglicht of goed kunstlicht.
Voordat u de motor gaat starten, moot u alle meshulp-
stukkoppelingen
uitschakelen en naar de vrijloop schake-
len.
Gebruik de trekker niet op hellingen van meer dan 10°.
Denk eraan dater geen"veilige" hellingen bestaan. Bijhet
rijden op hellingen met gras dient men extra voorzichtig
te zijn. Zo zorgt u ervoor dat de trekker niet omslaat:
stop en start niet plotseling bij hat op- of afrijdan van
een helling.
- schakel de koppeling langzaam in, houd de machine
altijd in de versnelling, vooral bij het afrijden van een
heuvel;
-
de snelheid van de machine dient op heUingenen in
scherpe bochten laag te worden gehouden;
-
kijk uit voor bulten en kuilen en andere verborgen
gevaren;
-
maai nooit dwars op da helling tenzij de maaier voor
dit doel is ontworpen.
Wees voorzichtig bij het trekken van ladingen of het
gebruik van zwaar materieel.
-
Gebruik alleen goedgekeurde aanhaakpunten voor
een trekstang.
-
Beperk de lading tot hetgeen u veilig kunt hanteren.
- Maak geen scherpe bochten. Wees voorzichtig bij
achteruit rijden.
- Gebruik cont ragewicht(en) ofwielgewichton wannoer
dat in de handleiding wordt aangeraden.
Kijk uit voor het verkeer wanneer u de weg oversteeld of
zich nabij een weg bevindt.
Stop de messen voordat u andere oppervlakken dan gras
oversteekt.
Voer bij het gebruik van huipstukken het materiaal nooit
af in de richting van omstanders on laat niemand in de
buurt van de machine komen terwijl deze in bedrijf is.
Gebruik de maaimachine
nooit met defecte bescherm-
kappen en schermen of zonder beveiligingsinrichtingen
op hun plaats.
Verander de installing van de motorregelaar niet on laat
de motor niet met to hoge toeren draaien. AIs de motor
met te hoog toerental draait, kan het risico van lichamelijk
letsel groter worden.
Voordat u de bestuurdersstoel
vedaat:
-
de aftakas uitschakelen en de hulpstukken neerla-
ten;
naa rde vrijloop schakelen en de parkeerrem inschake-
Jen;
de motor stoppen en de sleutel verwijderen.
Schakel de aandrijving naar de hulpstukken uit, stop de
motor en maak de bougiekabel(s)
los of yerwijder het
contactsleuteltje,
voordat u opgehoopt materiaal weghaalt of een ver-
stopte afvoer leeg maakt;
voordat u de maaimachine controleert, schoonmaakt
of eraan werkt;
13

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis