Veiligheid
Controleer periodiek de goede staat van de elektrische
installatie.
2.7.5
Hete oppervlakken
De elektromotor kan een temperatuur bereiken van maximaal
70 °C. Daardoor bestaat gevaar voor verbranding.
Raak de motor tijdens bedrijf niet aan.
Laat voor aanvang van werkzaamheden aan de
pomp/installatie de motor eerst afkoelen.
2.7.6
Gevaarlijke stoffen
Zorg dat lekkages van gevaarlijke vloeistoffen afgevoerd
worden zonder gevaar voor mens en milieu.
Pomp bij demontage volledig ontsmetten.
2.7.7
Aanzuiggevaar
Zorg dat aanzuigopeningen voldoen aan de actuele richtlijnen,
normen en brochures.
2.8
Storingen
Leg bij storingen de installatie direct stil en schakel deze uit.
Laat alle storingen onmiddellijk verhelpen.
Vastgelopen pomp
Wanneer een vastgelopen pomp meerdere keren na elkaar wordt
ingeschakeld, kan de motor beschadigen. Neem onderstaande
punten in acht:
Schakel de pomp/installatie nooit meerdere keren na elkaar
in.
Draai de motoras met de hand door. Zie hoofdstuk 6.1.3 op
bladzijde 28.
Reinig de pomp.
2.9
Voorkomen van materiële schade
2.9.1
Lekkage en leidingbreuk
Trillingen en warmte-uitzetting kunnen leidingbreuken
veroorzaken.
Installeer de pomp/installatie zo, dat trillingen en
geluidsgolven zo min mogelijk worden doorgegeven. Neem
de betreffende voorschriften in acht.
Bij te hoge krachten op de leidingen kunnen lekkages ontstaan
aan koppelingen en bij de pomp zelf.
Gebruik de pomp niet als steunpunt voor de leiding.
Sluit leidingen spanningsvrij aan en zorg voor een elastische
ondersteuning. Breng compensatoren aan.
12 NL
04|2019