Voltooiing Van Het Vliegmodel; A) Controleren Van De Werking Van Het Rolroer - Reely SKY Pitts Bedienungsanleitung



11. Voltooiing van het vliegmodel

Voordat u met de montage van het model begint is het goed om een geschikte ondergrond klaar te leggen. Om uitstekende vliegprestaties te verkrijgen, is uw
model van bijzonder licht gevormd schuimstof gemaakt. Het nadeel van dit materiaal is echter het gevoelige oppervlak. Kleine onoplettendheden bij de montage
van het model leiden heel snel tot lelijke deuken of zelfs gaten.

a) Controleren van de werking van het rolroer

Voor u het onderste draagvlak (1) monteert, controleert u de
dwarsroerfunctie. Leg daartoe de romp (2) en het onderste draagvlak
met de rolroerservo zo bij elkaar op het werkvlak, dat u de aansluitkabel
van de servo (3) zonder problemen op de uitgang 1 (op de afbeelding de
onderste aansluiting) van de ontvanger (4) kunt aansluiten.
Belangrijk!
Let op de juiste polariteit van de servostekker. U kunt zich daarbij
op de al aangesloten stekkers richten.
Neem aansluitend de zender in bedrijf. Open daarna op de onderzijde
van het model de vergrendeling van de voorste accugleuf (zie afb. 5a,
pos. 5) en klap het deksel open (zie afb. 5b).
Het achterste batterijvak (zie afb. 5a, pos. 6) is bedoeld voor NiMH-accu's,
die bij de standaard-Pitts met reductiemotor worden gebruikt. Bij de hier
geleverde brushless-versie wordt deze gleuf niet gebruikt, en moet steeds
goed afgesloten zijn.
Neem de tegen ompolen beveiligde aansluitstekker van de vliegregelaar
(7) en verbind hem met de 2-polige connector (8) van de vliegaccu (9).
De 4-polige balancer-aansluiting (10) van de accu wordt in het model
niet gebruikt.
Indien de stuurknuppel voor het motortoerental (zie afb. 2, pos. 10) in de
onderste stand (motor uit) staat, geeft de regelaar eerst 2 en daarna 5
korte piepjes.
Controleer nu de werking en de middenpositie van het rolroer. Als de
stuurknuppel (zie afb. 2, pos. 4) en de trimhefboom (zie afb. 2, pos. 5)
voor het rolroer niet worden bediend en in hun middelste stand staan,
moet de servohefboom (11) een hoek vormen van 90° met de beide
stuurstangen (12). Alleen op die manier is later een even grote beweging
van het rolroer in beide richtingen mogelijk.
Indien nodig kan de houdschroef van de servohendel uitgedraaid, de
servohendel naar boven weggenomen en "per inkeping" verdraaid in de
juiste positie weer geplaatst en vastgeschroefd worden. Doe deze
werkzaamheid echter alleen als de ontvanger uitgeschakeld is!
De eindlijsten van de rolroeren (13) moeten daarna precies op de
draagvlakeindlijsten (14) aansluiten. Mocht een roerklep te hoog of te
laag ingesteld zijn, dan licht u de desbetreffende gaffelkop (15) eruit en
stel door verdraaien van de gaffelkop de vereiste lengte van de stang in.
Zodra het instellen van het rolroer klaar is, koppelt u de vliegaccu los van
de vliegregelaar, en schakelt u aansluitend de zender uit.
86
Afb. 5a
Afb. 5b
Afb. 5c