− Gevaar van buitenaf:
Gebruik de machine nooit in de
regen of op een vochtige plaats.
Zorg ervoor dat er voldoende ver-
lichting is. Werk niet in de buurt van
(licht) ontvlambare vloeistoffen of
ontplofbare gassen.
− Gevaar voor andere personen op
de werkplek:
De zaagmachine mag slechts door
één persoon tegelijk bediend wor-
den.
Andere personen mogen uitsluitend
werkstukken aanreiken of afnemen,
en moeten op een afstand van de
machine blijven staan. Bij bediening
met twee personen moet de tweede
persoon aan het tafelverlengstuk
staan.
Let erop dat er zich geen onbe-
voegde, voornamelijk kinderen, in
de gevarenzone begeven.
− Gevaar door defect aan het toe-
stel:
Controleer de machine, de veilig-
heidsvoorzieningen en de accessoi-
res op beschadigingen, alvorens ze
in gebruik te nemen. Gebruik de
machine niet, wanneer een onder-
deel defect is. Defecte veiligheids-
voorzieningen
evenals
zaagbladen,
freeswerktuigen
schaafmessen dienen onmiddellijk
te worden vervangen.
− Gevaar door onzekere stand van
de machine:
Plaats aan beide zijden van de
machine geschikte werkstuksteunen
voor het zagen van lang werkstuk-
ken. Vermijd gevaarlijke lichaams-
houdingen. Zorg ervoor dat u op een
stevige ondergrond staat en let er
vooral op dat u altijd goed in even-
wicht bent.
− Gevaar door vreemde voorwer-
pen in de machine:
Controleer of er zich geen voorwer-
pen zoals bedieningswerktuigen in
de machine bevinden, voordat u de
machine aanzet.
− Gevaar meegetrokken te worden:
Zorg steeds voor een juiste houding
en plaats tijdens de werkzaamhe-
den.
Zorg ervoor dat tijdens het gebruik
geen lichaamsdelen of kledij door
de machine gegrepen en meege-
trokken kunnen worden (geen das-
sen, geen kledij met brede mouwen;
personen met lang haar zijn ver-
plicht een haarnetje te dragen).
− Gevaar door zaagsel:
Sommige soorten zaagsel (bijvoor-
beeld van eiken- of essenhout) kun-
nen bij inademing kankerverwek-
kend zijn. Werk uitsluitend met
aangesloten
afzuiginstallatie.
afzuiginstallatie moet voldoen aan
de volgende eisen:
− die op de buitendiameter van de
afzuigtuit past
− luchtvolume ≥ 550 m
− met een onderdruk in de afzuig-
tuit van de combinatiemachine
≥ 740 Pa;
− met een luchtsnelheid in de
afzuigtuit van de combinatiema-
chine ≥ 20 m/s.
− Gevaar door gebrekkige veilig-
heidsuitrusting:
Voor zaagwerkzaamheden:
− draag een stofmasker;
− draag oorbeschermers;
− draag een veiligheidsbril.
2.3
Symbolen in de handlei-
ding
Gevaar!
Waarschuwing
lichamelijke letsels of zware
materiële schade.
Gevaar voor elektrische schok!
Waarschuwing
lichamelijke letsels door elek-
trische schok.
Gevaar meegetrokken te wor-
versleten
den:
of
Waarschuwing
melijke
trekken van lichaamsdelen of
kledij.
Oppassen!
Waarschuwing voor materiële
schade.
Tip:
Aanvullende informatie.
3. Bijzondere product-
kenmerken
•
Eén machine – vier bedrijfsstanden:
− vlakschaafbank
− vandikteschaafbank
− tafelcirkelzaag
− tafelfreesmachine
•
uitgebreide accessoires.
•
State-of-the-art-techniek voor pre-
cieze werkresultaten.
4. Transport en opstelling
4.1
De machine transporte-
ren
De machine kan op twee manieren
getransporteerd worden:
− met een vorkheftruck of dergelijke
op een laadbord.
− met meerdere personen. Hierbij
wordt de machine aan het onderste
De
frame (1) gedragen.
3
/h;
voor
voor
voor
licha-
letsels
door
mee-
NEDERLANDS
Oppassen!
De machine mag niet aan de
tafel vervoerd worden, omdat de tafel
niet gebouwd is om het volle gewicht
van de combinatiemachine te dragen.
1
4.2
De machine opstellen
1.
Benodigde ruimte
− minstens 3 m x 4 m
Naargelang van de werkstukaf-
metingen
kan
de
ruimte aangepast worden.
− voldoende draagkracht
− horizontaal
− effen
− droog
− antislip.
2.
Voor optimale bedrijfsomstandighe-
den (stofontwikkeling, werkhoogte,
stabiliteit en mobiliteit) plaatst u de
machine op het verrijdbare onder-
stel met afzuiginstallatie (toebeho-
ren).
Gevaar voor verpletteren van
lichaamsdelen tussen combi-
natiemachine en onderstel!
4.3
Netaansluiting
Gevaar! Elektrische spanning
Gebruik de machine uitsluitend
in droge ruimten.
Sluit de machine enkel aan op een
stroombron die voldoet aan de onder-
staande voorwaarden (zie ook "Tech-
nische gegevens"):
− de stroomkring dient vakkundig
beveiligd te worden met een diffe-
rentieelschakelaar die aanslaat
bij een lekstroom van 30 mA,
− de stopcontacten zijn reglemen-
tair
geïnstalleerd,
goedgekeurd.
− driefasige stopcontacten moeten
een aansluiting voor een neutrale
vierde ader bezitten.
− bij
gebruik
van
selafzuiginstallatie
eveneens van een goedgekeurde
aarding voorzien zijn;
Het snoer moet zo gelegd worden dat
het zaagwerkzaamheden niet bemoei-
lijkt worden, en dat het snoer niet
beschadigd kan worden.
benodigde
geaard
en
een
zaag-
moet
deze
47