Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Storch Airless ST 850 Handbuch Seite 58

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
Probleem
Wat te controleren
Het spuittoestel
Controleer de omzet-
werkt helemaal niet
ter of de aansluitin-
EN
gen van de omzetter.
Scherm toont E=02
of
Het statuslampje van
de besturingskaart
knippert herhaaldelijk
2 keer.
Het spuittoestel
Controleer de omzet-
werkt helemaal niet
ter of de aansluitin-
EN
gen van de omzetter
Het scherm toont
(de besturingskaart
E=03
neemt geen druksi-
of
gnaal waar).
Het statuslampje van
de besturingskaart
knippert 3 keer
herhaaldelijk.
Het spuittoestel
Controleer de span-
werkt helemaal
ningstoevoer naar
niet EN Het scherm
het spuittoestel (de
toont E=04 of
besturingskaart
Het statuslampje van
detecteert meerdere
de besturingskaart
spanningspieken).
knippert 4 keer
herhaaldelijk.
Het spuittoestel
De besturing geeft de
werkt helemaal niet
motor opdracht om
EN
te werken, maar de
Het scherm toont
motoras draait niet.
E=05
De rotor is misschien
of
geblokkeerd, tussen
Het statuslampje van
motor en besturing is
de besturingskaart
een verbinding onder-
knippert herhaaldelijk
broken, er is een pro-
5 keer.
bleem met de motor
of de besturingskaart,
of de motor trekt
te veel stroom.
Vertaling van de originele handleiding
Hoe controleren
Zorg ervoor dat er geen druk in het systeem is (zie Drukontlastingspro-
cedure. Kijk de materiaalleiding na op verstoppingen, zoals een ver-
stopt filter. Gebruik een airless verfspuitslang zonder metalen vlecht-
mantel. Een kleinere slang of een slang met een metalen vlecht-
mantel kan hoge drukpieken veroorzaken. Zet de ON/OFF-schake-
laar op OFF en ontkoppel de stroomvoorziening van het spuittoestel.
Controleer de omzetter en de aansluitingen naar de besturingskaart.
Haal de stekker van de omzetter los van de aansluiting op de bestu-
ringskaart. Controleer of de contacten van de omzetter en de bestu-
ringskaart schoon zijn en goed vastzitten. Sluit de omzetter weer
aan op de connector op de besturingskaart. Sluit de stroom aan, zet
de ON/OFF-schakelaar op ON en draai de regelknop een halve slag
met de klok mee. Als het spuittoestel niet goed werkt, zet u de ON/
OFF-schakelaar op OFF en gaat u naar de volgende stap. Plaats een
nieuwe omvormer. Sluit de stroom aan, zet de ON/OFF-schakelaar op
ON en draai de regelknop een halve slag met de klok mee. Vervang
de besturingskaart als het spuittoestel niet naar behoren werkt.
Zet de ON/OFF-schakelaar op OFF en ontkoppel de stroomvoorzi-
ening van het spuittoestel. Controleer de omzetter en de aansluitingen
naar de besturingskaart. Haal de stekker van de omzetter los van de
aansluiting op de besturingskaart. Controleer of de contacten van de
omzetter en de besturingskaart schoon zijn en goed vastzitten. Sluit
de omzetter weer aan op de connector op de besturingskaart. Sluit de
stroom aan, zet de ON/OFF-schakelaar op ON en draai de regelknop
een halve slag met de klok mee. Als het spuittoestel niet werkt, zet
u de ON/OFF-schakelaar op OFF en gaat u naar de volgende stap.
Sluit een geteste, goed werkende omvormer aan op de connector op
de besturingskaart. Zet de ON/OFF-schakelaar op ON en de regelknop
een halve slag met de klok mee. Als het spuittoestel nu wel werkt,
moet u een nieuwe omvormer installeren. Vervang de besturingskaart
als het spuittoestel niet werkt.
Zet de ON/OFF-schakelaar op OFF en ontkoppel de stroomvoorziening
van het spuittoestel. Zoek een goede spanningstoevoer om schade
aan de elektronica te vermijden.
1.Verwijder de pomp en probeer om het spuittoestel te doen draaien.
Als de motor draait, controleert u op een vergrendelde of geblokke-
erde pomp of aandrijflijn. Als het spuittoestel niet werkt, gaat u door
naar stap 2.
2.Zet de ON/OFF-schakelaar op OFF en ontkoppel de stroomvoorzi-
ening van het spuittoestel.
3.Haal de motorconnector(en) los van de connectors op de besturings-
kaart. Controleer of contacten van de motorconnector de besturings-
kaart schoon zijn en goed vastzitten. Als de contacten schoon zijn en
goed vastzitten, gaat u naar stap 4.
4.Sluit een DC-voltmeter aan tussen de twee motordraden (rood en
zwart), draai de motorventilator rond en controleer of er spanning op
de meter wordt geregistreerd. Inspecteer de borstels als er geen span-
ning is. Vervang de motor als deze in orde zijn. Ga naar stap 5 als er
spanning is.
5.Voer een draaitest uit door een accu van 9 - 12 volt aan te sluiten
op de motordraden. De motordraden kunnen in stijl en afmetingen
variëren. Zoek de twee draden op die naar de
koolstofborstels lopen. Normaal gesproken zijn
deze rood en zwart. De motor moet draaien
wanneer de accu wordt aangesloten op de
motordraden.
58
zwart
rood
geel
Accu van 9 Volt

Werbung

Inhaltsverzeichnis

Fehlerbehebung

loading

Inhaltsverzeichnis