c) Voor het starten
•
De bediening en het bedrijf van op afstand bedreven modelhelikopters moet aangeleerd worden.
•
Vraagt eventueel hulp aan een ervaren modelpiloot.
•
Geen risico's nemen!
•
Zich met de reacties van het model op de bevelen van de afstandsbediening vertrouwd maken.
•
Geduld hebben!
•
De afstandsbediening en het model op zichtbare beschadigingen evenals alle bevestigingen, schroef- en steek-
verbindingen controleren, omdat deze tijdens het transport, het vliegen en bij een harde landing zouden kunnen
loskomen.
•
Beschadigde rotorbladen moeten vervangen worden! Nooit proberen reparaties zelf uit te voeren!
•
De bevestigingsschroeven van de rotorbladen controleren. Deze mogen slechts zover aangetrokken worden dat
de rotorbladen tijdens het bedrijf zich 180° tot elkaar kunnen uitlijnen. De rotoras horizontaal houden, de rotor-
bladen moeten dan naar beneden klappen.
•
Verzekeren dat de vliegaccu stevig vast zit.
•
Ook verzekeren dat de vliegaccu en de zenderaccu (batterijen) volledig opgeladen zijn.
d) Vliegbedrijf
•
Alle bevestigingen, schroef- en steekverbindingen regelmatig controleren.
•
Zorg ervoor dat de zender- en ontvangeraccu´s volledig opgeladen zijn.
•
Het zwaartepunt van het model voor de vlucht controleren.
•
Ook verzekeren dat het model ingesteld is.
•
Vooraleer de motor te starten, het model tegen onvrijwillig wegvliegen beveiligen.
•
De inschakelvolgorde naleven:
•
Gas/Pitch-knuppel in positie onbelaste loop,
•
Roll Nick en Staart in de neutrale positie,
•
De afstandsbediening inschakelen
•
De vliegaccu inschakelen
•
De helikopter enkele seconden na inschakeling niet meer bewegen. In deze periode wordt het schakelcircuit van
de elektronische gyro automatisch gekalibreerd.
•
De afstandsbediening (zender) altijd ingeschakeld laten zolang het model in bedrijf is. Na de landing altijd eerst de
verbinding met de vliegaccu ontkoppelen. Pas daarna mag de zender uitgeschakeld worden.
•
Voldoende afstand tot de rotors aanhouden van zodra de accu aangesloten is.
•
Onafhankelijk van de schakelstatus van uw zender en ontvanger kan de motor door een stoorimpuls spontaan
aanlopen. De rotor kan zo ernstige letsels veroorzaken.
•
Zowel de motor, de elektronica-eenheid en de vliegaccu kunnen warm worden tijdens het gebruik. Pauzeer daa-
rom 10-15 minuten voordat u de vliegaccu oplaadt of met een reserve vliegaccu verder vliegt.
•
Laat de afstandsbediening (zender) steeds ingeschakeld zolang het model in gebruik is. Koppel na de landing
steeds eerst de vliegaccu los van de elektronica-eenheid. Pas daarna mag de zender uitgeschakeld worden.
•
U mag het model en de afstandsbediening niet gedurende langere tijd aan direct zonlicht of grote hitte/koude
blootstellen.
© REELY 1/08
85