Herunterladen Diese Seite drucken

Conrad 12 79 49 Bedienungsanleitung Seite 79

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

d) Verbind nu het andere eind van het zwarte meetsnoer (punt) met de
„massa" van de digitale schakeling = „-" (normaalgesproken).
e) Terwijl nu het zwarte meetsnoer met de massa verbonden blijft, raakt
u met het rode meetsnoer de betreffende testpunten aan.
Basismenu
TTL
F1
TTL
bij een druk op F1 vormt een TTL-niveau de basis voor het meet-
niveau.
3VCM bij het drukken op F2 bevindt u zich in de „3-V-logic", d.w.z.
3 V = 100% (30% = 1V, 70% = ca. 2,1 V; VCM = V CMOS).
5VCM bij het drukken op F3 bevindt u zich in de „5-V-logic", d.w.z.
5 V = 100% (30% is 1,5 V, 70% = ca. 3,5 V; VCM = V CMOS).
5.9 Gebruik van de GDM-703 als TTL-generator
In de Graphical Display meter GDM-703 bevindt zich een soort „functie-
generator", die aan de middelste meetbussen een gelimiteerde variabe-
le frequentie van 1 Hz tot 20 (19,99) kHz met een vaste spanning
(= amplitude) van 5 V levert.
Voor het afgeven van een TTL-niveau met gelimiteerde variabele
frequentie handelt u als volgt:
a) Zet de draaischakelaar op „SIG OUT".
b) Verbind het zwarte meetsnoer met de bus „COM" en het rode meets-
noer met de bus „-I(-•-I<-•-mA•SIG•AUX•LOGIC"
c)Verbind de punten van de meetsnoeren met het te meten object en
volg, indien nodig, de volgende toetsinvoer voor het instellen van de
beschikbare subfunctie's:
156
3VCM 5VCM
F2
F3
F4
Basismenu
met iedere druk op F1 verandert u de uitgangsfrequentie onder
20kHz met 1 kHz, onder 100 Hz met 10 Hz en onder 100 Hz met 1 Hz
omhoog.
met iedere druk op F2 verandert u de uitgangsfrequentie onder
20kHz met 1 kHz, onder 100 Hz met 10 Hz en onder 100 Hz met 1 Hz
omlaag.
OUT Bij het drukken op F3 schakelt u de uitgang van de „generator" in
(symbool knippert) of uit (symbool knippert niet).
Let op!
Sluit de uitgang van de meter („generatoruitgang") niet kort, omdat
hierdoor de meter vernield kan worden.
Sluit geen spanningen aan, omdat daardoor de meter eveneens be-
schadigd kan worden.
9.999
RS232
5.11 Auxiliary-ingang „AUX"
Let op!
Meet aan de adapteringang geen stromen of spanningen (alleen tijdens
de stroommeting, omdat de ingangsbussen dan dubbel belegd zijn), om
de meter niet te beschadigen/te vernielen.
Sluit alleen de aanbevolen adapters aan, om de meter niet te be-
schadigen.
Deze meetingang maakt het mogelijk, verschillende meetadapters aan
te sluiten voor verschillende metingen, zoals de temperatuurmeting (in
OUT
F1
F2
F3
F4
5.000
VDC
KHz
OUT
sig . out
157

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Kapitel

loading