Herunterladen Diese Seite drucken

DAB SS6 Installationsanweisung Und Wartung Seite 40

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 27
7. INBEDRIJFSTELLING EN START
7.1 Start
Om na te gaan of de draairichting juist is, moet
de pomp worden gestart met halfgeopende
schuif. Als het water begint te stromen moet de
schuif verder worden gesloten en moet worden
gecontroleerd of de drukwaarde hoger is dan
die vermeld staat op de typeplaat. Gebeurt dit
niet, dan draait de motor in tegengestelde
richting.
Om de juiste draairichting te krijgen moeten
twee fasen op het paneel worden verwisseld.
Laat de pomp niet langer dan 3 minuten in
tegengestelde
richting
vervolgens de opening van de klep tot ongeveer
de helft van de maximale opening, en laat de
pomp een minuut draaien. Stop de pomp vijf
minuten om luchtbellen, indien aanwezig, te
laten verdwijnen. Deze zouden de smering van
de as kunnen beletten.
Laat de pomp starten en open de persklep
geleidelijk aan, totdat er geen zand meer in het
water te zien is of ten minste gedaald is tot een
zeer laag percentage (40 g/m³).
Alvorens de elektropomp definitief in bedrijf te
stellen moeten de zekeringen worden weggehaald
uit de starter en moet met een ohmmeter de
continuïteit
van
nagegaan, om vast te stellen of er beschadigingen
zijn ontstaan bij het in de put laten zakken van de
pomp. In het tegengestelde geval moet de groep
worden opgehesen voor een controle.
Voor driefasige apparaten moet de elektrische
weerstand ongeveer gelijk zijn op de 3 fasen.
Controleer de isolatieweerstand naar aarde, d.w.z.
tussen de klem van de kabel en de afvoerpijp, met
behulp
van
minimumwaarde naar aarde in een nieuwe pomp
bedraagt 10 Megaohm bij koude motor.
Als u denkt dat de pomp afwijkend functioneert bij
het starten, moet de pomp worden gestopt en
moeten de oorzaken van het probleem worden
opgezocht.
Controleer tijdens de werking of de pomp binnen
zijn
prestatiebereik
stroomwaarde naar het bedieningspaneel niet
hoger is dan de nominale waarde van de motor.
Sluit de schuif indien nodig gedeeltelijk of regel het
interval van eventuele drukschakelaars.
Alvorens de pomp in werking te stellen
moet de installatie op elektrisch en
mechanisch gebied correct voltooid
zijn.
Controleer
veiligheidssystemen actief zijn.
De pomp mag niet langer dan 3
minuten
schuif, om oververhitting van de groep
te vermijden.
draaien.
Verklein
het
schakelcircuit
een
megaohmmeter.
functioneert
en
bovendien
of
functioneren
met
gesloten
NEDERLANDS
7.2 Werking
Het maximale aantal starts per uur is ondergeschikt
aan het type starter en het motorvermogen.
Tot 100 pk
Tot 200 pk
Boven 200 pk 5 starts/uur
Als de elektropomp niet "lostrekt", mogen er
geen herhaalde startpogingen worden gedaan
zonder eerst de oorzaak van de storing te hebben
opgespoord.
Alle motoren kunnen een afwijking van de
voedingsspanning verdragen van +/- 5% van de
nominale spanningswaarde.
7.3 Tests
Bij onregelmatige werking van de pomp moeten de
volgende tests worden uitgevoerd om mogelijke
oorzaken op te sporen:
1e TEST
Sluit de klep volledig,
noteer de opname bij de start van de eenheid,
noteer de opname voor continu bedrijf,
noteer de druk die wordt aangegeven op de
manometer op het persverbindingsstuk,
noteer de verticale afstand tussen het waterpeil
en het midden van de manometerplaat.
De volgende gevallen kunnen zich voordoen:
worden
Druk en vermogen ongewijzigd:
Als de manometer een waarde aangeeft die
substantieel identiek is aan de oorspronkelijke
waarde, zijn de rotoren niet versleten en draait
de motor in de juiste richting.
Als de
oorspronkelijke waarde, is de wrijving in de
pomp en in de motor niet verhoogd en
De
bovendien schaadt het zand dat eventueel in
het water aanwezig is de pomp niet.
Verlaging van de druk:
Een drukverlaging wijst erop dat de rotoren
versleten zijn, of dat de voedingsspanning laag
is.
Verhoging van de stroomopname:
Een verhoging van de stroomopname wijst op
of
de
een verhoging van de wrijving bij de pennen
van de lagers, te wijten aan vaste delen die
aanwezig zijn in het water.
2e TEST
Open de klep volledig,
noteer de stroomopname,
noteer de druk die wordt aangegeven door de
manometer,
alle
noteer het pompdebiet dat wordt aangegeven
op de stromingsmeter.
Het volgende geval kan zich voordoen:
Als het pompdebiet erg laag is ten opzichte van
het debiet dat gegeven wordt door de fabriek,
kan dat afhangen van afzettingen, van de klep
38
10 starts/uur
8 starts/uur
stroomopname
gelijk
is aan de

Werbung

loading

Diese Anleitung auch für:

Ss7Ss8Ss10