Beschrijving bedieningspaneel.
1.
Resetknop; druk op de resetknop in geval van alarm van de pomp wegens gebrek aan water; als
er bij alarm niet op de knop wordt gedrukt, wordt na bepaalde tijd het systeem automatisch
teruggesteld.
2.
Selectieknop werking; druk op de knop om over te gaan op automatische werking of "only" voor
alleen water uit de waterleiding, en omgekeerd.
3.
Druk op de resetknop alarm om het geluidsalarm uit te schakelen. Druk op de knop om het
geluidsalarm bij een alarmsituatie uit te schakelen.
4.
Knop handmatige instelling van de differentiaal van het aanzuigniveau vanuit het reservoir.
5.
Het oranje ledlampje gaat aan wanneer de pomp in werking is.
6.
Het rode ledlampje gaat aan wanneer de pomp in alarm is. Het lampje kan gaan branden als
gevolg van gebrek aan water, omdat de motor of de pomp geblokkeerd raakt, of als gevolg van
oververhitting van de motor.
7.
Wanneer het groene ledlampje knippert, geeft dit handmatige werking aan, dat wil zeggen het
water wordt uit de waterleiding aangezogen. Wanneer het lampje ononderbroken brandt geeft dit
automatische werking aan, dat wil zeggen wanneer er water in de opvangbak regenwater zit,
wordt het water daaruit gedistribueerd; wanneer de reserve op is gaat het systeem automatisch
over op distributie van water uit de waterleiding.
8.
Wanneer het groene ledlampje knippert, betekent dit dat het systeem in automatische werking
water uit de waterleiding afgeeft. Wanneer het lampje ononderbroken brandt, betekent dit dat het
systeem in handmatige functie water uit de waterleiding afgeeft.
9.
Wanneer het rode ledlampje ononderbroken brandt, betekent dit dat het geluidsalarm
uitgeschakeld is.
10. Wanneer het rode ledlampje ononderbroken brandt, betekent dit dat er lekkage is uit de
watervulregelaar; wanneer het lampje knippert, betekent dit dat de 3-wegsklep is geblokkeerd of
onregelmatig werkt (alleen voor systemen met controle van de werking van de driewegklep),
tegelijk met het gaan branden of knipperen van het lampje wordt er ook een geluidsalarm
geactiveerd.
11. Wanneer het groene ledlampje brandt betekent dit dat het apparaat onder spanning staat.
12. Peilaflezers water in het reservoir.
7. Onderhoud
Het systeem behoeft geen enkel periodiek onderhoud, eventuele abnormaliteiten worden op het
bedieningspaneel gesignaleerd. Indien u het systeem wilt inspecteren of de hieronder aangegeven
controles wilt uitvoeren, is het absoluut noodzakelijk dat er een correcte aanvoer en afvoer van
koellucht is.
!
LET OP
Voordat u onderdelen, aan de binnen- of buitenkant van het systeem, aanraakt dient u de stekker uit
het stopcontact te halen, de afsluitkleppen dicht te doen en te controleren dat niemand tijdens de
werkzaamheden de stekker weer in het stopcontact kan stoppen of de kleppen kan openen.
•
Kast, controleer dat deze schoon is, goed op de muur bevestigd is en het voordeel goed op het
achterdeel aansluit.
•
Vlotterklep, controleer dat de klep hermetisch sluit en dat de vlotter vrijelijk kan bewegen.
•
Bedieningspaneel, controleer dat de lampjes correct gaan branden in overeenstemming met de
functie van dat moment.
•
Pomp, controleer dat de juiste druk wordt afgegeven en dat de pomp geen mechanische
geluiden of gefluit laat horen.
•
Waterlekkage, controleer dat de aansluitingen geen lekkage vertonen.
•
Sensor, controleer wanneer u het opvangreservoir regenwater schoon maakt, of de sensor goed
werkt.
De hierboven beschreven werkzaamheden dienen elk half jaar / jaar uitgevoerd te worden.
67
NEDERLANDS