Toetsenbord Controller; Led--Lampjes - Kohler 14/20RESA Betriebsanleitung

3.2.1

Toetsenbord controller

De knoppen RUN, OFF en AUTO regelen de generatorset
zoals beschreven in Afbeelding 3-3.
Gebruik de knoppen Selecteren, Pijl omhoog en Pijl omlaag
om te navigeren door de menu's en instellingen te wijzigen als
dat nodig is. Zie Sectie 2.3 voor de bedieningsinstructies.
Knop Functie knop
RUN Start de generatorset. De starttijdvertraging van de motor wordt genegeerd.
OFF Stopt de generatorset. De afkoelvertraging wordt genegeerd.
Als tijdens de opstartcyclus van de motor op OFF wordt gedrukt, stopt de opstartcyclus.
Druk op OFF om storingen te wissen en de controller te resetten.
AUTO Druk hierop om de generatorset in de automatische stand (stand--by) te zetten.
Pijl omlaag
Gebruik deze knop om te navigeren door menu's en om instellingen te wijzigen. Deze handleiding bevat in-
Selecteren
structies voor het navigeren door de controller--menu's en het aanpassen van instellingen op de
RDC2--controller.
Pijl omhoog
Afbeelding 3-3 Werking drukknoppen RDC2--controller
LED
RUN
OFF
AUTO
Stroom nutsbedrijf beschikbaar *
Gebouw op stroom nutsbedrijf *
Stroom generator beschikbaar *
Gebouw op stroom generator *
* Deze LEDs werken alleen als een transferschakelaar Model RXT is aangesloten.
Afbeelding 3-4 Werking LEDs RDC2--controller
32 Sectie 3 Werking RDC2--controller
Werking LED
Gaat branden als de generatorset lokaal is gestart door op de knop RUN te drukken.
Start-- en stopopdrachten op afstand worden genegeerd.
Brandt 2 seconden, knippert dan om de 2 seconden als de generatorset en de controller
zijn uitgeschakeld. Start/stop--opdrachten op afstand hebben geen effect. De
proefdraaicyclus werkt niet.
In de stand AUTO, knippert de LED OFF snel om een storingsuitschakeling aan te
geven. Aandacht vereist. Identificeer en corrigeer de oorzaak van een
storingsuitschakeling voordat u de controller reset.
Gaat branden als de generatorset in de automatische stand (stand--by) staat. De
generatorset reageert op start-- en stopopdrachten voor de motor vanaf de controller
(bijvoorbeeld opdrachten voor het starten en stoppen van het proefdraaien) of een ATS.
Tijdvertragingen werken zoals beschreven in Sectie 2.3.
Gaat branden als de stroom van het nutsbedrijf beschikbaar is.
Gaat branden als de last van het gebouw is aangesloten op de stroom van het
nutsbedrijf via de transferschakelaar RXT.
Gaat branden als de stroom van de generator beschikbaar is.
Gaat branden als de last van het gebouw is aangesloten op de stroom van de generator
via de transferschakelaar RXT.
3.2.2 LED- -lampjes
LEDs boven de knoppen RUN, OFF en AUTO geven de
werkstand aan zoals wordt weergegeven in Afbeelding 3-4.
De LEDs van het stroomsysteem geven de status aan van de
stroom van het nutsbedrijf en de generatorset en geven aan
welke bron de stroom levert aan het gebouw ( op basis van de
positie van de RXT--transferschakelaar). Zie Afbeelding 3-2
en Afbeelding 3-4.
Let op: De LEDs van het stroomsysteem werken alleen als
een transferschakelaar Model RXT is aangesloten.
Ze werken niet als gebruik wordt gemaakt van een
transferschakelaar model RDT of RSB.
TP-6804-NL 1/15