Proefdraaien; Proefdraaien Instellen; Onbelaste Proefdraaicyclus Met Complete Systeemdiagnose - Kohler 14/20RESA Betriebsanleitung

2.4 Proefdraaien

De RDC2 of DC2 controller kunnen worden ingesteld op het
elke week automatisch laten draaien van de generatorset op
dezelfde dag en tijd. Wekelijks, of om de week, proefdraaien
van de generatorset is vereist om de motor en de dynamo in
goede conditie te houden.
Er zijn drie proefdraaistanden beschikbaar: onbelaste cyclus,
onbelast topsnelheid en belast topsnelheid. Zie Sectie 2.4.2
tot en met 2.4.4 voor informatie over de proefdraaistanden. Er
kan alleen belast proefdraaien worden ingesteld bij de
RDC2--controller als er een transferschakelaar Model RXT is
aangesloten.
Let op: Met andere transferschakelaars dan Model RXT zijn
wee proefdraai--instellingen mogelijk (een onbelast
proefdraaien ingesteld bij de controller van de
generatorset en nog een proefdraaien ingesteld bij
de ATS--controller. Als de tijden van het proefdraaien
overlappen, heeft het ATS--proefdraaien voorrang.
Raadpleeg als een andere transferschakelaar dan model RXT
wordt gebruikt, de instructies die zijn meegeleverd met de
transferschakelaar om bij de ATS een belast proefdraaien in te
stellen, indien dat gewenst wordt.
2.4.1

Proefdraaien instellen

Als er stroom wordt toegevoerd naar de RDC2--controller (dat
wil zeggen: als de accu wordt aangesloten), wordt u gevraagd
de datum en tijd in te stellen en om vervolgens het
proefdraaien in te stellen.
De eerste instelling gaat knipperen. Druk op de knoppen met
de pijl omhoog en omlaag om de instelling te wijzigen. Druk op
Selecteren om de instelling op te slaan en verder te gaan met
de volgende. Zie Sectie 3.5 voor gedetailleerdere instructies
betreffende het wijzigen van instellingen op de RDC2. Zie
Sectie 3.6 voor gedetailleerdere instructies betreffende het
instellen van proefdraaien
proefdraai--instellingen.
De DC2--controller vraagt u niet om het instellen van het
proefdraaien. Zie Sectie 4.5 voor instructies betreffende het
instellen van het proefdraaien op de DC2.
2.4.2 Onbelaste proefdraaicyclus met
complete systeemdiagnose
Onbelast proefdraaien laat de generatorset draaien zonder de
transferschakelaar te signaleren dat de elektrische belasting
moet worden overgeschakeld van de stroomvoorziening van
het nutsbedrijf naar de generatorset. De onbelaste
proefdraaicyclus met
proefdraaimodus en is de standaard instelling voor het
proefdraaien.
De onbelaste proefdraaicyclus laat de motor 20 minuten
draaien in de cyclus die wordt weergegeven in Afbeelding 2-1
en hieronder wordt beschreven.
26 Sectie 2 Werking generatorset
of wijzigen van
diagnose is de aanbevolen
D Draait met verlaagde snelheid gedurende 10 minuten om
op te warmen en de motor te laten proefdraaien.
D Schakelt op en draait op topsnelheid gedurende 3 minuten.
Tijdens deze top-snelheidsfase van de cyclus wordt de
motordiagnose uitgevoerd hetgeen de beste test van de
backupcapaciteit
Diganosetests
problemen met de stroomuitvoer identificeren en de
bediener waarschuwen voordat een noodgeval plaatsvindt.
D Schakelt terug en draait met verlaagde snelheid gedurende
5 minuten om de motor te laten afkoelen voordat
automatisch uitgeschakeld wordt.
10 min.
Proefdraaien
motor
Afbeelding 2-1
Systeemdiagnose
Tijdens het onbelaste proefdraaien controleert de controller de
volgende gegevens. De display van de controller geeft aan dat
de generatorset draait, tenzij er een storing wordt
gedetecteerd zoals hieronder wordt beschreven.
D ATS- -verbinding.
interfacekaart van de ATS Model RXT is aangesloten.
de
D Accuspanning. De accuspanning wordt gecontroleerd
vóór het proefdraaien om er zeker van te zijn dat de motor
kan starten. De accuspanning is een indicatie van de
conditie van de accu. Als de controller een lage
accuspanning
weergegeven op de display.
D Tests integriteit communicatie. J1939, RBUS, Ethernet
en USB worden gecontroleerd op berichten die aangeven
dat de controller en de bedrading betrouwbaar zijn.
D Motortoerental. Het motortoerental wordt gemeten bij
verlaagde snelheid en bij topsnelheid. Een te hoog of te
laag toerental zal resulteren in een storing en uitschakeling.
D Uitgangsfrequentie en - -spanning generator. Als de
generator op topsnelheid werkt, kan de RDC2/DC2
--controller de uitgaande stroom controleren op de juiste
spanning, frequentie en stabiliteit. Als de motor op volle
snelheid werkt, controleert de controller of de spanning en
de frequentie binnen aanvaardbare grenzen vallen. Er
van de motor en
op topsnelheid kunnen
3 min.
1 min.
1 min.
Diagnose op
top-snelheid
Onbelaste proefdraaicyclus
De controller controleer
detecteert, wordt deze
TP-6804-NL 1/15
dynamo is.
potentiële
5 min.
Afkoelen
of de
conditie