Herunterladen Diese Seite drucken

Novoferm iso70-1 serie Montage-, Bedienungs- Und Wartungsanleitung Seite 27

Sektionaltore mit winkelzarge
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für iso70-1 serie:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 3
NL
NL
Bij het spannen/ontspannen van de veren moet een
geschikte persoonlijke veiligheidsuitrusting worden
gedragen. Het aantal spanomwentelingen staat op
het typeplaatje aangegeven.
Torsieveeras 35
pijlrichting spannen. De veer wordt altijd van
beneden naar boven gespannen [
Veerspankopschroeven
Torsieveeras 35
Beide
veren
omwentelingen gespannen worden.
spanomwentelingen kan aan de gespannen veer volgens
schets worden bepaald
Deurblad met waterpas controleren. Als het niet exact
horizontaal staat, kan het door losdraaien van de koppeling 38
en het draaien aan de torsieveerassen exact worden uitgelijnd
[1.60 d]. Vervolgens de koppeling 38 weer goed
vastschroeven S11.
Opgelet! Na het spannen van de veer de
veerstekker 97 met montagelip uittrekken om
veerbreukbeveiliging te ontgrendelen [1.60 ea, eb
[2.20
ga,gb]!!!
Belangrijk!
In gesloten toestand van de deur moeten op de
kabeltrommels
veiligheidswindingen
overblijven.
(22)
Bij deuren zonder deuraandrijving grendelplaat 93
monteren [1.65]
(22a) Deur van binnenuit sluiten en met schroefklem
vastzetten. Grendelplaat 93
tegen de grendelbout 79 houden en in de beide
rechthoekige gaten (achterste gatenrij) in het
hoekkozijn
bevestigingsplaat 82 vastschroeven [1.65a,b].
(22b) Vergrendeling
meerdere malen openen en sluiten. Bij het sluiten
moet de grendelbout 79 altijd helemaal in de
grendelplaat 93
door de grendelplaat 93
verschuiven. Borghoek 94 aan de grendelplaat 93
met S6 + S12 vastschroeven
93
L
(22c) Clips 95 voor veerspanbuizen aan het hoekkozijn 1
vastdrukken en spanbuizen 92 inklikken
(22d) Bij deuren zonder deuraandrijving kabelhouder 91
voor de handkabel 96 aan de onderste sectie
bevestigen met S10. De handkabel 96 door het
betreffende gat in de kabelhouder 91 voeren, met
een knoop borgen en in de verbindingsplaat 18
haken [1.65 e,f].
(22e) De deur handmatig openen en de eindpositie van de
bovenste looprol 90 / 105
vervolgens sluiten en de looprailklemmen 89 + S7 op
de gekenmerkte positie plaatsen en vastdraaien. De
afstand van het achterste punt tot aan het diepste
punt van de klem moet identiek zijn
(22f) Montage ingrijpbescherming:
Geldig voor alle uitvoeringen en types:
ingrijpbescherming
afgebeelde bereik plaatsen [1.65] [2.15a].
Bij een deuraandrijving mag de handkabel niet worden
gebruikt!!
Controle-instructie
Voor de functie, de houdbaarheid en de soepele werking van
de sectionaaldeur is het van essentieel belang dat alle delen
volgens de montagehandleiding worden gemonteerd. Indien de
sectionaaldeur desondanks niet correct werkt, moeten de
volgende punten gecontroleerd worden:
Deze montage-, bedienings- en onderhoudshandleiding moet tijdens de complete gebruiksduur van de deur veilig worden bewaard!!
met beide spanbuizen 92 in
R
1.60 b
S11
vast
analoog spannen.
L
moeten
met
hetzelfde
[1.60 c].
minstens
van
de
of 93
rechts of links
R
L
1
met houderplaat
81
R/L
controleren.
De
deur
of 93
grijpen, zo nodig instellen
R
L
of 93
R
L
1.65 c].
[
kenmerken. De deur
R/L
1.65g].
[
39
voorzichtig
in
(23)
Zijn de hoekkozijnen opzij, de kozijnpanelen en de
horizontale looprailparen horizontaal, verticaal en diagonaal
exact uitgelijnd en goed bevestigd?
(24)
Zijn alle schroefverbindingen vastgedraaid?
(25)
Zijn de verticale plafondverlagingen van de horizontale
looprailparen gemonteerd?
Werden de overgangen tussen de verticale looprails in het
]
[2.20
f].
(26)
aandraaien.
hoekkozijn en de 89°-bochten aangepast?
(27)
Zijn
aantal
gespannen? Trekveerspanning controleren: Deur tot halve
hoogte openen. De deur moet deze positie zelfstandig
Het
aantal
houden.
(27a) Als de deur zichtbaar naar beneden wegzakt, moet
(27b) Als de deur zichtbaar naar boven trekt, moet de
(28)
Liggen de draadkabels precies in de geleidingen op de
]
kabeltrommels?
veiligheidsomwikkelingen op de kabeltrommel?
(29)
Zijn de middenlagers exact uitgelijnd om het rondlopen van
de as te waarborgen?
(30)
Looprollen:
twee
gemakkelijk met de hand worden gedraaid?
draadkabels
(31)
Werd de bovenste looprol correct ingesteld?
(32)
Steken alle looprolassen bij geopende deur even ver uit de
houders?
(33)
Bij deuraandrijving: werd de vergrendeling gedemonteerd?
[1.50 c]
met S6
Demontagehandleiding voor sectionaaldeuren,
type iso70-1, met torsieveeras (voorliggend -VL-,
hiervoor
achterliggend -AL-)
- De demontage mag alléén worden uitgevoerd door
gekwalificeerde monteurs -
verticaal te
of
R
Vóór de demontage a.u.b. zorgvuldig doorlezen
Voor de demontage hebt u de volgende gereedschappen nodig:
R
1.65 b].
[
steek- of dopsleutel SW 7, 10 en 13, omschakelratel met
verlenging
kruiskopschroevendraaier
schroefklemmen, eventueel een hamer en een beitel
(34)
Ontspannen van de torsieveeras
Opgelet! Bij het ontspannen van de torsieveren moet
altijd een geschikte persoonsbescherming gedragen en
op een veilige stand gelet worden!
Het deurblad in de gesloten eindstand zetten. Veerspanbuis
in de spankop steken. Veerspanbuis vasthouden en de
schroeven van de veerspankop voorzichtig losdraaien.
Torsieveeras 35
pijlrichting in ontspannen. De veer wordt altijd van boven
naar beneden ontspannen.
het
hier
- 25 -
[1.30]
de
torsieveerassen
aan
de torsieveerspanning verhoogd worden.
torsieveerspanning verminderd worden. Werd het
blad van de sectionaaldeur middels de koppeling en
de torsieveeras exact volgens voorschrift gespannen
en de tweede veer als compensatie nagespannen?
Bevinden
zich
.
[1.35]
[2.15]
kunnen
de looprollen
en
steeksleutelinzetten
maat
2
met beide spanbuizen tegen de
R/L
[1.15]
beide
zijden
identiek
nog
minstens
2
bij
gesloten
deur
[1.55 b]
SW
7,
10
en
13,
en
3,
minstens
2

Werbung

loading