Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken
Inhaltsverzeichnis

Werbung

a.
De buitenmantel wordt gekoeld.
b.
De verbrandingslucht wordt voorgewarmd.
c.
De opbouw wordt door de dubbele mantel zeer bestendig tegen torsie en bijzonder stabiel.
Bij de materialen kan worden gekozen uit staalplaat, gepoedercoat, en edelstaal 1.4301.
2.4 Compressormotor en compressorwiel vormen een verdere component. (Pagina 15, pos. 21 en 25).
2.5 De verbrandingsruimte wordt gevormd door een diep in de vlamruimte stekende hoog hittebestendige buis.
2.6 De isolatieplaat, (pagina 15, pos. 9) van oxidekeramiek, verhindert het doorbranden van de verbrandingsruimte.
Deze absorbeert het condensaat. Bij het gebruik van de brander zal dit direct verdampen.
De isolatieplaat raakt bij dit proces niet beschadigt. Bij het vervangen van een verwarmingsslang dient deze eveneens te
worden vervangen.
2.7 De veiligheidsvoorziening bestaat uit:
Schakelkast met schakelelementen (p. 19-20), maximaalthermostaat (p. 19, pos.10)
Automatisch branderregelsysteem (p. 19, pos. 18), digitale thermostaat (p. 20 pos. 20), veiligheidsklep (p. 15 pos. 12),
Stromingsschakelaar (p. 15 pos. 13) en drukschakelaar (p. 15 pos. 11).
Deze zorgt voor het veilige gebruik van de brander en regelt de gewenste watertemperatuur met een geringe hysteresis.
2.8 De ontstekingstransformator (p. 15, pos. 32), zorgt met 30 mA/8kV secundaire stroom voor een hoger
ontstekingsvermogen en zodoende voor een veilige start, ook bij ongunstige omstandigheden. Hij wordt vanwege de
betere warmte-afvoer buiten de schakelkast, of aan de buitenmantel of aan de schakelkasthouder aangebracht.
2.9 Gasventiel (p. 15, pos. 43),
Het gasventiel-blok bevat de volgende componenten:
1 magneetventielen, 1 manostaat – instelbereik 4 – 20 mbar,
1 gas drukbewaking – instelbereik 2,5 – 50 mbar,
1 gasfilter
In geval van storingen kunnen de volgende componenten worden vervangen:
a) De magneetspoelkoker na het los draaien van de twee schroeven aan de bovenste afdekking en
Verwijderen van de beide aansluitstekkers.
b) De gasdrukbewaker, na het verwijderen van de stekkers en het los maken van de twee schroeven.
c) De filtermat na het verwijderen van de filterflens.
d) De complete multiblok na het los maken van de flensverbinding en het verwijderen van de aansluitstekkers.
2.10 Gasdrukbewaker
De rechts aan het gasventiel bevestigde drukbewaker registreert de gasdruk tussen gasfilter en gasdrukregelaar.
De juiste instelling bedraagt 10 mbar. Opgelet! Het maximale verwarmingsvermogen van de verbrandingsruimte kan
alleen bij een Debietdruk van 20 mbar worden bereikt. De gasmeter en reduceerventiel voor de voordruk dienen deze
debiet te waarborgen. Als de gasdruk onder 10 mbar daalt, wordt het gasventiel gesloten of de brander wordt niet gestart.
De drukmeting moet plaatsvinden bij nr. 1 van afbeelding 3 op pagina 11.
2.11 Luchtdrukbewaker
De luchtdrukbewaker bevindt zich rechtsboven in de schakelkast en is via een blauwe meetslang (pag. 15, pos. 7)
verbonden met het deksel van de verbrandingsruimte.
De juiste instelling bedraagt 2 mbar. Als de luchtdruk van de compressor onder 2 mbar daalt, wordt het gasventiel
gesloten. Het branderregelsysteem vergrendelt wat tot een storingsmelding leidt.
2.12 Stromingsschakelaar
De stromingsschakelaar (pag. 15, pos. 13) schakelt de brander bij een te geringe waterdebiet uit.
Het uitschakelpunt kan worden ingesteld tussen 4 en 10 liter/min.
De instelling mag niet onder 6 liter/min. liggen. Anders ontstaat er stoomvorming.
B R a n D e R B R 1 0 0 0 G - I n s t R u C t I e s e n Vo o R s C h R I f t e n    
2
DiBO 25
N L

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis