Multifunctionele Indicatie Mic; Waarschuwings- En Controlelampjes; Multifunctionele Indicatie/Display Mic - Kärcher MIC 50 Handbuch

6.7

Multifunctionele indicatie MIC 50

Controlelampje parkeerlicht
1
Controlelampje groot licht
2
Niet bezet
3
Service-indicatie
4
Instructie
Brandt als het desbetreffende onderhoud moet worden
uitgevoerd
Waarschuwingslampje brandstofreserve
5
Waarschuwingslampje parkeerrem geactiveerd
6
Waarschuwingslampje laadcontrole accu
7
Niet bezet
8
Waarschuwingslampje rijaandrijving/foutindicator
9
Niet bezet
10
Waarschuwingslampje motoroliedruk
11
Waarschuwingslampje hydraulische olietemperatuur
12
(te laag/hoog)
Waarschuwingslampje luchtfilter
13
Waarschuwingslampje hydraulische oliefilter rijaandrij-
14
ving (hydraulische oliefilter verstopt)
Niet bezet
15
Controlelampje differentieelgrendel actief
16
Controlelampje knipperlicht
17
Controlelampje tempomaat geactiveerd
18
Bedrijfsurenteller
19
Motortoerental
20
Tankindicatie
21
Symbool: schildpad
22
Instructie
Indicatie bij transportmodus langzaam
Symbool: haas
23
Instructie
Indicatie bij transportmodus snel
Koelvloeistoftemperatuur motor
24

6.7.1 Waarschuwings- en controlelampjes

WAARSCHUWING
Beschadigingsgevaar van het voertuig
Brandt een rood waarschuwingslampje, dan moet u on-
middellijk maatregelen treffen voor het verhelpen van de
208
fout. Zoek de volgende mogelijkheid om zonder gevaar te
stoppen buiten het verkeer.
LET OP
Brandt er een geel waarschuwingslampje, dan moet u zo
snel maatregelen treffen voor het verhelpen van de fout.
Instructie
Groene en blauwe controlelampjes geven de actuele acti-
viteiten van het voertuig weer.
1. De betekenis van de waarschuwingslampjes die in het
geval van een storing branden, zijn in het hoofdstuk 14
Hulp bij storingen beschreven.
6.8

Multifunctionele indicatie/display MIC 70

De op het display vooraf ingestelde taal is Engels, de taal
kan via het menu instellingen worden gewijzigd, zie hoofd-
stuk 6.8.3 Taal instellen MIC 70.
Multifunctionele indicatie, in de hoogte verstelbaar
1
Display
2
Waarschuwings- en controlelampjes
3
Instructie
Terwijl het systeem opstart, branden gedurende korte
tijd alle waarschuwings- en controlelampjes. Dit kan ge-
bruikt worden om de functie van de lampen te controle-
ren.
Functietoetsen
4
Hendel voor de hoogteverstelling
5
De functietoetsen dienen voor de navigatie, het verande-
ren van de instellingen of van de directe keuze van een
menu. De indicatie gebeurt in de navigatie-indicatie op het
display.
Voor het in de hoogte verstellen van de multifunctionele in-
dicatie, de hendel openen en op de gewenste positie in-
stellen.
6.8.1 Waarschuwings- en controlelampjes
WAARSCHUWING
Beschadigingsgevaar van het voertuig
Brandt een rood waarschuwingslampje, dan moet u on-
middellijk maatregelen treffen voor het verhelpen van de
fout. Zoek de volgende mogelijkheid om zonder gevaar te
stoppen buiten het verkeer.
LET OP
Brandt er een geel waarschuwingslampje, dan moet u zo
snel maatregelen treffen voor het verhelpen van de fout.
Instructie
Groene en blauwe controlelampjes geven de actuele acti-
viteiten van het voertuig weer.
1. De betekenis van de waarschuwingslampjes die in het
geval van een storing branden, zijn in het hoofdstuk 14
Hulp bij storingen beschreven.
Nederlands