Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Kärcher B 300 RI D Handbuch Seite 173

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
6.1.4
Gastoevoer openen (gasmotor)
6.1.5
Motor starten
LET OP
Controleer of de borstels zijn opgetild.
Alle 4 bedieningshendels moeten in het midden staan.
Gaspedaal tijdens het starten niet indrukken!
Op de chauffeursstoel plaatsnemen.
Parkeerrem bedienen.
Motortoerental instellen op ca. 75% van het maximale
toerental.
Contactsleutel in het contactslot steken.
Draai de contactsleutel op Ontsteking in (stand I).
Tip
Dieselmotor: Het controlelampje voorgloeien brandt.
Als het controlelampje voorgloeien dooft, de contact-
sleutel op Motor starten (positie II) draaien en vasthou-
den tot de motor gestart is (max. 10 seconden).
6.1.6
Rijden
GEVAAR
Ongevalgevaar, verwondingsgevaar!
Als tijdens het bedrijf de zijbezem draait, moet het
zwaailicht worden ingeschakeld.
GEVAAR
Ongevalgevaar!
Rijden met opgetild vuilreservoir is verboden!
VOORZICHTIG
Beschadigingsgevaar!
Laat de motor voor het vertrekken of belasten van het
voertuig voldoende warmdraaien.
Gaspedaal altijd voorzichtig en langzaam induwen.
Niet schokkend van achteruit- naar vooruitrijden om-
schakelen en omgekeerd.
Parkeerrem losmaken.
Langzaam op het gaspedaal drukken.
Rijrichting met het stuurwiel regelen.
6.1.6.1
Vooruit rijden
Gaspedaal "vooruit" langzaam indrukken.
6.1.6.2
Achteruit rijden
GEVAAR
Verwondingsgevaar!
Bij het achteruitrijden mag geen gevaar voor derden
bestaan, eventueel laten inwerken.
Gaspedaal "achteruit" langzaam indrukken.
6.1.6.3
Rijgedrag
De rijsnelheid wordt met het gaspedaal traploos gere-
geld.
Vermijd schokkende bewegingen met het pedaal aan-
gezien de hydraulische installatie beschadigd kan ra-
ken.
1 Gas-aftapventiel
Gas-aftapventiel openen door tegen de wijzers van de
klok te draaien.
Laat de contactsleutel los. De contactsleutel gaat naar
positie I.
Bij omgevingstemperaturen onder 0°C: Voordat met de
werkzaamheden wordt gestart, de motor met een laag
motortoerental warmdraaien.
Tip
Herhaal het startproces als de motor niet start.
6.1.6.4
Remmen / stoppen
Laat het gaspedaal los, het apparaat remt zelfstandig
en blijft staan.
Bedien het rempedaal voor een sterkere remwerking of
in geval van nood.
6.1.6.5
Over hindernissen heen rijden
LET OP
Er mag niet over voorwerpen of vrijstaande hindernissen
gereden worden; deze mogen ook niet verschoven wor-
den.
Vaste hindernissen mogen alleen met een geschikt
platform bereden worden.
15
-
NL
173

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis