Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Installatie Van De Opvoerinstallatie, Ondergronds - SFA SANIFOS 110 Montageanleitung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für SANIFOS 110:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

5.2 Installatie van de opvoerinstallatie, ondergronds

Voer een bodemanalyse wuit voordat u de opvoerinstallatie ondergronds installeert.
Deze analyse moet voldoen aan DTU-norm 64-1 en het besluit van 6 mei 1996.
PAS OP
RISICO OP BEVRIEZING
Installeer de opvoerinstallatie op een vorstvrije plaats.
Bij bevriezing kunnen de leidingen en pomp beschadigd raken.
Controleer hoe diep de vorst bij u in de regio in de grond kan doordringen.
WAARSCHUWING
Wanneer de opvoerinstallatie in een omgeving met temperaturen onder nul wordt geïnstalleerd, moet de installatie in
overeenstemming met de lokale aanbevelingen worden geïsoleerd.
Het vorstgevaar kan worden beperkt door de installatie dieper onder de grond te plaatsen. SFA levert ook 30 cm lange verleng-
bussen voor de SANIFOS
• De gegevens op de gegevensplaat zijn vergeleken met de gegevens op de bestelling en de installatie (voedingsspanning, frequentie).
• De constructie is voorbereid volgens de in het installatievoorbeeld en EN 752 aangegeven afmetingen.
• De afsluitkleppen (bij sommige apparaten meegeleverd) moeten zo dicht mogelijk bij de installatie op de inlaatopeningen en het ont-
luchtingskanaal worden geïnstalleerd.
NB: De externe kleppen en ventielen worden niet meegeleverd.
Let op:
• De opvoerinstallatie moet worden ontlucht.
• De weggepompte vloeistof is toegestaan en geschikt, zoals beschreven in dit document.
(zie paragraaf 3.9 bladzijde 5)
• Voor het wegpompen van afvalwater met vet moet een vetvanger worden gebruikt.
Ander afvalwater dan hierboven beschreven, bijvoorbeeld van industriële of ambachtelijke oorsprong, mag niet zonder voorafgaande behan-
deling door de leidingen worden afgevoerd.
Diegene die de opvoerinstallatie aanbeveelt en het installatiebedrijf moeten volledig op de hoogte zijn van de aard van de bodem, van de
aanwezigheid van een eventuele grondwaterspiegel om de civieltechnische kant van hun project en dus het type ondergrondse plaatsing van
het reservoir te kunnen bepalen.
Hoe moeten de SANIFOS-reservoirs worden ingegraven?
• Kies een geschikte locatie voor de installatie.
In principe moet de installatie lager op de grond worden geïnstalleerd dan de weggepompte elementen zodat de elementen door verval in de
installatie terechtkomen.
• Controleer of er geen ondergrondse kabels, leidingen of leidingen aanwezig zijn.
• Graaf de put.
De bodem van de put moet egaal en horizontaal zijn.
De put moet zo diep zijn dat de afvalwaterleidingen met een helling tussen de 1 en 3% de installatie kunnen binnenkomen.
• De uitgraving mag maximaal 500 mm dieper zijn dan de diepte of totale lengte van het reservoir
Als de uitgraving met de hand wordt uitgevoerd, moeten de zijkanten worden gestut om bodemdaling te voorkomen.
• De bodem van de uitgraving moet worden bedekt en verstevigd een schone ballast
van ongeveer 200 mm dik.
• Als de bodem van de put van beton is gemaakt, bevestig het reservoir dan aan de bodem door middel van verankeringspunten.
• Plaats de met de apparatuur uitgeruste opvoerinstallatie in de put.
• Vul de omtrek van de installatie op met een mengsel van zand en grind.
Compenseer de druk van de vulling om vervorming van de tank te voorkomen door deze met schoon water te vullen.
• Sluit de waterafvoerleidingen en ontluchting aan.
GEVAAR
250 en de SANIFOS
500.
®
®
PAS OP
WAARSCHUWING
GEVAAR
NL
101

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Sanifos 250Sanifos 500

Inhaltsverzeichnis