c) Intrimmen van het model
Wanneer uw model bij een rechte vlucht telkens naar één kant trekt, corrigeer dan met behulp van de trimschuivers de
noodzakelijke neutrale positie van de betreffende roeren.
Vlieg enige ronden op veiligheidshoogte om aan de stuurgewoontes van het model te wennen.
Attentie!
Door de compacte bouwvorm moet u het model niet te ver weg laten vliegen en ook altijd op een
voldoende hoge vliegsnelheid letten.
d) De eerste landing
Laat de eerste vlucht niet te lang duren, probeer het model weer snel te landen. Zo heeft u voldoende tijd om meerdere
landingsvluchten uit te kunnen voeren, zonder dat u er rekening mee moet houden, dat de accu leeg is.
Om het model zo zacht mogelijk te laten landen, probeert u direct vóór het landen de vliegsnelheid zo ver mogelijk te
reduceren.
Attentie, belangrijk!
Controleer na de landing direct de accu- en de motortemperatuur. Zijn de temperaturen te hoog, dan
moeten eventueel extra aan- en afvoeropeningen voor lucht in de romp worden gemaakt, om de
luchtdoorstroming in de romp te verbeteren.
91