Herunterladen Diese Seite drucken

Ego Power+ RM2000E Übersetzung Der Originalanleitung Seite 118

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 24
1. Belangrijkste componenten die voor installatie
nodig zijn
Een robotmaaier die het gazon automatisch maait.
Een laadstation met 2 functies:
– Om besturingssignalen langs de begrenzingsdraad te sturen,
zodat het product de draad naar specifiek afgelegen gebieden
in de tuin kan volgen en de weg terug naar het laadstation kan
vinden.
– Om het product op te laden.
Een stroomvoorziening, die is aangesloten op het laadstation en
NL
een 100-240 V stopcontact.
Lusdraad, die rond het werkgebied en rond voorwerpen en
planten wordt gelegd waar het product niet tegenaan mag rijden.
De lusdraad wordt gebruikt als begrenzingsdraad.
2. Voorbereiding
OPGELET: Een oneffen gazonoppervlak of gebieden met stilstaand
water kunnen het product beschadigen.
OPMERKING: Lees het hoofdstuk Installatie door voordat u met de
installatie begint. De manier waarop de installatie wordt uitgevoerd,
heeft invloed op de prestaties van het product. Het is aldus belangrijk
om de installatie zorgvuldig te plannen.
Maak een plattegrond van het werkgebied en neem alle
obstakels op.
Markeer op de plattegrond waar het laadstation en de
begrenzingsdraad moeten worden geplaatst.
Vul gaten in het gazon op.
Maai het gras voordat u het product installeert. Zorg ervoor dat
het gras maximaal 10 cm hoog is.
3. Vóór de installatie van de begrenzingsdraad
U kunt ervoor kiezen om de begrenzingsdraad met haringen te
installeren of deze te begraven. Beide benaderingen kunnen in
hetzelfde werkgebied worden gecombineerd.
OPGELET: Als u in het werkgebied een verticuteermachine gebruikt,
begraaf dan de begrenzingsdraad om schade te voorkomen.
3.1 Plaatsbepaling voor het laadstation
C-1
Voorkant van laadstation
C-2
Achterkant van laadstation
C-3
Linkerkant van laadstation
C-4
Rechterkant van laadstation
Houd een vrije ruimte van minstens 1,5 m vóór het laadstation en
40 cm achter het laadstation. Houd een vrije ruimte van minstens
35 cm vanaf de begrenzing. Houd een vrije ruimte van minstens
1,5 m op het werkgebied van het laadstation (Afb. C).
OPMERKING: De RECHTERKANT van het laadstation (C-4), zoals
weergegeven in Afb. C, moet binnen het maaigebied worden geplaatst.
Plaats het laadstation in de buurt van een stopcontact.
Plaats het laadstation op een vlakke ondergrond (Afb. D).
De basis van het laadstation mag niet krom zijn (Afb. D).
118
ROBOTMAAIER — RM4000E
Als het werkgebied uit twee delen bestaat, gescheiden door een
steile helling, raden wij aan om het laadstation in het onderste
deel te plaatsen.
Plaats het laadstation op een plek die tegen de zon is beschermd.
3.2 Plaatsbepaling voor de stroomvoorziening
WAARSCHUWING: Knip of verleng de laagspanningskabel niet. Er
bestaat een risico op een elektrische schok.
WAARSCHUWING: De stroomkabel en verlengkabel moeten
zich buiten het werkgebied bevinden om schade aan de kabels te
voorkomen.
OPMERKING: Gebruik slechts één laagspanningskabel. Meerdere
kabels gebruiken heeft invloed op de laadprestaties van het product.
OPGELET: Zorg ervoor dat de messen op het product de
laagspanningskabel niet doorsnijden.
OPGELET: Rol de laagspanningskabel niet op (Afb. E) of leg deze
niet onder de basis van het laadstation. De spoel veroorzaakt storing
met het signaal van het laadstation.
Plaats de stroomvoorziening in een ruimte met een dak en
beschermd tegen zon en regen.
Plaats de stroomvoorziening in een ruimte met een goede
luchtstroom.
Gebruik een aardlekschakelaar (RCD) met een uitschakelstroom
van maximaal 30 mA wanneer u de stekker van de
stroomvoorziening in het stopcontact steekt.
3,3 Plaatsbepaling van de begrenzingsdraad
OPGELET: Wanneer het werkgebied grenst aan watermassa's,
hellingen, afgronden of een openbare weg, moet de begrenzingsdraad
binnen een fysieke barrière worden gelegd. De barrière moet minstens
15 cm hoog zijn en er moet een afstand tussen de begrenzingsdraad
van 35 cm worden gehandhaafd.
OPGELET: Gebruik het product niet op grind.
OPGELET: Maak geen scherpe bochten wanneer u de
begrenzingsdraad installeert.
OPGELET: Voor een behoedzame werking isoleer alle obstakels
zoals bomen, wortels en stenen.
De begrenzingsdraad moet als een lus rond het werkgebied worden
gelegd. Sensoren in het product detecteren wanneer de robot de
begrenzingsdraad nadert, waarna de robot een andere richting kiest.
Alle delen van het werkgebied moeten zich op max. 40 m van de
begrenzingskabel bevinden.
Zorg ervoor dat alle hoeken die door de begrenzingsdraad
worden gevormd 90° of groter zijn.
Plaats de begrenzingsdraad rondom het hele werkgebied.
Houd de begrenzingsdraad schoon. Pas de afstand tussen de
begrenzingsdraad en obstakels aan (Afb. F).
Plaats de begrenzingsdraad op 35 cm (geval 1) van een obstakel
dat meer dan 5 cm hoog is (Afb. G1).
Plaats de begrenzingsdraad op 30 cm (geval 2) van een obstakel
dat 1-5 cm hoog is (Afb. G2).

Werbung

loading

Verwandte Produkte für Ego Power+ RM2000E