STIEBEL ELTRON ACW 10 G Montageanweisung Seite 47

Nederlands
ACW 12/18/24 G
S1S2 Y O W2
Y R C N L
CU 12/18/24 G
Afb. 20 Elektrisch aansluitschema voor de typen ACW 12 G en CU 12 G
ACW 12/18/24 G
S1S2 Y O W2
Y OW2R C N L
CUR 12/18/24 G
Afb. 21 Elektrisch aansluitschema voor de typen ACW 12 G en CUR 12 G
N C L R
aansluiting
N C L R
aansluiting
- Het driewegventiel helemaal sluiten.
- Nadat de buisleiding is verwijderd,
stofafschermingen aan beide zijden van
de leidingen aanbrengen totdat het
apparaat weer wordt aangesloten.
Aansluitend moeten de splitleidingen en
het binnenapparaat worden geevacueerd,
zoals beschreven in 4.1.
5 Elektrische aansluiting
Installatiewerkzaamheden moeten worden
uitgevoerd door een erkende installateur.
Let op het typeplaatje! De aangegeven
spanning moet overeenkomen met de
netspanning. Kies een kabel met voldoende
Net- diameter. Groen-gele leidingsaders mogen
alleen als aardleiding en onder geen enkele
omstandigheid als stroomvoerende leiding
L
worden gebruikt. Bij een vaste aansluiting
moet het apparaat via een voorziening met
N
een scheidingsafstand van ten minste 3
PE
mm met alle polen van het net kunnen
worden gescheiden. Hiervoor kunnen
zekeringen of aardlekschakelaars worden
gebruikt.
Voor de elektrische aansluiting moeten op
het buitenapparaat de in afb. 18 getoonde
afschermingen worden verwijderd.
Belangrijk!
Op het binnenapparaat moet de
schakelaar (zie afb. 19) voor de des-
betreffende functie worden ingesteld. Stand
1 alleen koelfunctie (ACW gecombineerd
met CU of CUK) Stand 2 koel- en
verwarmingsfunctie (ACW gecombineerd
met CUR)
Bij de typen ACW 12 G met CUR 12 G
kan de stroomaansluiting naar keuze op
het binnen- of op het buitenapparaat
plaatsvinden (zie afb. 20 en 21). De
aardleidingverbinding wordt tot stand
gebracht via de splitleidingen. Bij de typen
ACW 12 G met de buitenapparaten CUK
212 ME en CUK 312 ME vindt de
stroomaansluiting plaats op het
buitenapparaat (zie afb. 22 en 23).
Net-
De elektrische verbindingsleiding tussen
het binnen- en buitenapparaat bestaat bij
koelapparaten van het type ACW 12 G
L
met CUK 212/312 ME uit een kabel met 4
N
aders, bij de andere typen is een kabel met
PE
3 aders voldoende. Bij koel- en
verwarmingsapparaten is er een kabel met
5 aders.
5.1 Systeeminstellingen
Voordat de klimaatinstallatie in bedrijf kan
worden genomen, moeten de volgende
parameter aan het binnentoestel en de
afstandsbediening worden ingesteld.
47