8. Na het meten koppelt u weer los van het circuit en verwijdert u de testkabels van
het gemeten voorwerp. Schakel de DMM uit.
12.6 Frequentie meten
De DMM kan worden gebruikt om de frequentie van een signaalspanning te meten
(frequenties van 10 Hz tot 10 MHz worden ondersteund). De maximale ingang is
20 Vrms. Deze modus is niet geschikt voor het maken van metingen op de netspan-
ning. Neem de ingangsspecificaties in de technische specificaties in acht.
Ga als volgt te werk om een frequentiemeting uit te voeren:
1. Schakel de DMM in en selecteer
de modus Hz. "Hz" verschijnt op de
display.
2. Steek de rode testkabel in de Hz-
meetingang en de zwarte testkabel in
de COM-meetingang).
3. Houd de twee meetsondes tegen het
object dat u wilt meten (bijv. genera-
tor of circuit).
De frequentie en de correspon-
Æ
derende eenheid zullen worden
weergegeven.
171