Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Panasonic WH-MDC05J3E5 Installationshandbuch Seite 7

Luft/wasser-wärmepumpe (kompaktgerät)
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für WH-MDC05J3E5:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 17
Installatiehandleiding
MONO-BLOC LUCHT-NAAR-WATER WARMTEPOMP
WH-MDC05J3E5, WH-MDC07J3E5, WH-MDC09J3E5
Benodigd gereedschap voor de Installatie
VOORZICHTIG
1
Kruiskopschroevendraaier
2
Waterpas
3
R32
Elektrische boormachine
4
Steeksleutel
5
Mes
6
Gaslekdetector
KOELMIDDEL
7
Rolmaat
Verklaring van de weergegeven symbolen op de binnen- of buitenunit.
Deze MONO-BLOC LUCHT-NAAR-WATER
WARMTEPOMP bevat en werkt met het
Dit symbool geeft aan dat deze apparatuur een
koelmiddel R32.
brandbaar koelmiddel gebruikt. Als er koelmiddel lekt
WAARSCHUWING
DIT PRODUCT MAG ALLEEN WORDEN GEÏNSTALLEERD OF
en er is een externe ontstekingsbron aanwezig, kan dit
ONDERHOUDEN DOOR VAKKUNDIG PERSONEEL.
leiden tot ontbranding.
Zie de Europese, nationale en lokale wet- en regelgeving en
VOORZICHTIG
Dit symbool geeft aan dat de installatiehandleiding
codes en installatie- en bedieningshandleidingen voordat dit
zorgvuldig moet worden gelezen.
product wordt geïnstalleerd en/of onderhoud wordt uitgevoerd.
Dit symbool geeft aan dat onderhoudspersoneel dit
VOORZICHTIG
apparaat moet behandelen zoals aangegeven in de
installatiehandleiding.
VOORZICHTIG
Dit symbool geeft aan dat er in de bedieningshandleiding
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
en/of de installatiehandleiding informatie is opgenomen.
Lees de volgende "VEILIGHEIDSMAATREGELEN" zorgvuldig, voordat u het (Mono-bloc) Lucht-naar-Water warmtepompsysteem (hierna genoemd de "Mono-bloc unit") installeert.
Werk voor elektrische installaties en waterinstallaties moet uitgevoerd worden door gediplomeerde elektriciens respectievelijk gediplomeerde loodgieters. Zorg ervoor dat het
juiste voltage en stroomcircuit worden gebruikt voor het te installeren model.
De genoemde maatregelen dienen in acht te worden genomen, daar deze belangrijk zijn in verband met de veiligheid. De betekenis van de gebruikte symbolen wordt
hieronder gegeven.
Onjuiste installatie als gevolg van het niet opvolgen of negeren van de instructies kan letsel of schade veroorzaken, de ernst daarvan wordt aangeduid met de volgende symbolen.
WAARSCHUWING
Dit symbool geeft de mogelijkheid aan van een ongeval met dodelijke afl oop of ernstig letsel.
VOORZICHTIG
Dit symbool geeft de mogelijkheid aan van letsel of beschadiging van eigendommen.
De te volgen maatregelen zijn aangeduid met de volgende symbolen:
Een symbool met een witte achtergrond verwijst naar een VERBODEN handeling.
Symbool met een donkere achtergrond verwijst naar een handeling die moet worden uitgevoerd.
Voer na installatie een test uit om te bevestigen dat zich geen onregelmatigheden voordoen. Leg vervolgens de werking, de verzorging en onderhoud uit aan de gebruiker,
zoals aangegeven in de handleiding. Herinner de gebruiker eraan de gebruiksaanwijzingen te bewaren voor verdere referentie.
Als er enige twijfel bestaat over de installatieprocedure of over de werking, neem dan altijd contact op met de offi ciële dealer en vraag om advies en informatie.
Het is niet de bedoeling dat dit apparaat toegankelijk is voor leken.
Laat na de installatie deze installatiehandleiding bij de gebruiker achter.
WAARSCHUWING
Gebruik geen hulpmiddelen om het ontdooiproces te versnellen en gebruik geen andere schoonmaakmiddelen dan door de fabrikant voorgeschreven. Elke
ondeugdelijke methode of gebruik van ongeschikt materiaal kan schade aan het product, barsten en ernstig letsel veroorzaken.
Installeer de Mono-bloc unit niet vlakbij de leuning van een balkon. Als een Mono-bloc unit op het balkon van een fl atgebouw wordt geïnstalleerd, kan een kind op
de Mono-bloc unit klimmen, over de leuning gaan en verongelukken.
Gebruik als voedingskabel geen kabel die niet is voorgeschreven, geen gemodifi ceerde kabel, geen gemeenschappelijke kabel en geen verlengkabel. Gebruik geen
stopcontact waarop ook andere elektrische apparaten zijn aangesloten. Slecht contact, slechte isolatie of te hoge stroom zal een elektrische schok of brand veroorzaken.
Bind de voedingskabel niet samen met een band. De temperatuur in de voedingskabel kan abnormaal hoog oplopen.
Steek geen vingers of andere voorwerpen in de unit, omdat de op hoge snelheid werkende ventilator letsel kan veroorzaken.
Ga niet op de unit zitten of staan, omdat u eraf zou kunnen vallen.
Houd plastic zakken (verpakkingsmateriaal) uit de buurt van kleine kinderen, daar deze op neus of mond kunnen blijven plakken wat de ademhaling kan belemmeren.
Schaf geen niet offi cieel goedgekeurde elektrische onderdelen aan voor installatie, service, onderhoud, enz. Zij zouden een elektrische schok of brand kunnen
veroorzaken.
Probeer het apparaat niet te doorboren of te verbranden omdat deze onder druk staat. Stel het apparaat niet bloot aan hitte, vlammen, vonken of andere
ontstekingsbronnen. Anders zou het kunnen exploderen en letsel of overlijden veroorzaken.
Deze Mono-bloc unit is een apparaat met meerdere voedingspunten. Alle circuits moeten worden losgekoppeld, voordat aan de aansluitingen van de unit wordt
gewerkt.
Wijzig de bedrading van de Mono-bloc unit niet voor de installatie van andere componenten (d.w.z. de verwarming, enz.). Overbelasting van bedrading of van
aansluitpunten van bedrading kan een elektrische schok of brand veroorzaken.
Voeg geen koelmiddel toe of vervang het niet, anders dan met het opgegeven type. Dit kan leiden tot schade aan het product, barsten en letsel et cetera.
Volg voor de elektrische installatie de nationale wet- en regelgeving en deze installatiehandleiding. Gebruik een aparte groep en een enkel stopcontact. Als de
capaciteit van het elektrisch circuit onvoldoende is, of wanneer er storingen worden aangetroffen in de elektrische installatie, kan dit elektrische schokken of
brand veroorzaken.
Houd u voor het installatiewerk van het watercircuit aan de geldende Europese en nationale voorschriften (waaronder EN61770) en de locale loodgieters- en
bouwvoorschriften.
Laat deze installatie uitvoeren door een erkende dealer of installateur. Als de gebruiker de installatie niet juist uitvoert, kan dit leiden tot lekkage van water,
elektrische schokken of brand.
Voor de installatie strikt uit volgens deze installatiehandleiding. Als de installatie niet goed is uitgevoerd, kan dat leiden tot lekkage van water, elektrische schokken
of brand.
Gebruik alleen de standaard meegeleverde of opgegeven installatie-onderdelen. Anders kan de Mono-bloc unit gaan trillen of vallen, en water lekkage, elektrische
schokken of brand veroorzaken.
Installeer de apparatuur op een vlakke, sterke en stevige plaats, die berekend is op het gewicht van de Mono-bloc unit. Als de plaats van installatie schuin loopt of
niet stevig genoeg is, kan de apparatuur vallen en letsel veroorzaken.
De draden dienen zodanig te worden aangebracht dat de afdekking van het regelpaneel goed sluit. Als de afdekking van het controlebord niet perfect is bevestigd,
kan dit brand of een elektrische schok veroorzaken.
Het is aanbevolen deze apparatuur te installeren met een plaatselijke aardlekautomaat volgens de nationaal geldende bedradingsvoorschriften of
veiligheidsmaatregelen met betrekking tot reststroom.
Het toestel is alleen bestemd voor gebruik in een gesloten watersysteem. Gebruik in een open watersysteem kan leiden tot overmatige corrosie van de waterleidingen
en het risico van het ontstaan van bacteriënkolonies in het water, met name Legionella.
Als er enige twijfel bestaat over de installatieprocedure of over de werking, neem dan altijd contact op met de offi ciële dealer en vraag om advies en informatie.
Selecteer een locatie waar in het geval van waterlekkage de lekkage geen schade kan veroorzaken aan andere eigendommen.
Wanneer u elektrische apparatuur installeert in een houten gebouw van metalen regelwerk of gaaswerk, is volgens de norm voor elektrische voorzieningen een
elektrisch contact tussen apparatuur en gebouw niet toegestaan. Er moet isolatie tussen worden geplaatst.
De installatie moet voldoen aan bouwtechnische goedkeuringen die van toepassing zijn in het betreffende land. Mogelijk moeten de plaatselijke autoriteiten worden
ingelicht, voordat de installatie wordt uitgevoerd.
Werk dat wordt uitgevoerd aan de Mono-bloc unit na verwijdering van elk paneel dat is vastgezet met schroeven, moet worden uitgevoerd onder toezicht van een
erkende dealer en een bevoegde installateur.
Let op dat koelmiddel wellicht geen geur heeft.
Deze apparatuur moet goed worden geaard. De aarddraad mag niet op een gasbuis, waterbuis, aard- of bliksemafl eider en telefoon worden aangesloten. Anders
kan dit een elektrische schok en brand veroorzaken als het apparaat stuk gaat of de isolatie stuk gaat.
VOORZICHTIG
Installeer de Mono-bloc unit niet op een plaats waar lekkage van brandbaar gas kan optreden. Als er gas lekt en zich verzamelt in de omgeving van de Mono-bloc
unit, kan dit brand veroorzaken.
Laat geen koelvloeistof ontsnappen tijdens het aansluiting van de leidingen bij installatie, herinstallatie en bij de reparatie van onderdelen van de koeling. Ga
voorzichtig om met het vloeibare koelmiddel, het kan bevriezingsverschijnselen veroorzaken.
Let er goed op dat de isolatie van de voedingskabel niet in contact komt met hete onderdelen (d.w.z. koelleidingen, waterleidingen) om te voorkomen dat de
isolatiemantel smelt.
Raak de scherpe aluminium vin niet aan, de scherpe delen kunnen letsel veroorzaken.
Oefen niet overmatig veel kracht uit op de waterleidingen omdat dat de leidingen zou kunnen beschadigen. Als er lekkage van water optreedt, zal dat
wateroverlast en beschadiging van andere eigendommen tot gevolg hebben.
Sluit de afvoerleiding aan zoals aangegeven in de installatie voorschriften. Als de afvoer niet perfect is, kan er lekkage optreden en dit kan schade aan de
eigendommen van de gebruiker veroorzaken.
Voordat de Mono-bloc unit wordt aangesloten, moet het leidingwerk worden gespoeld om vervuilingen te verwijderen. Vervuilingen kunnen de onderdelen van de
Mono-bloc unit beschadigen.
Kies voor de installatie een plaats, waar gemakkelijk onderhoud aan het apparaat kan worden uitgevoerd. Onjuiste installatie, onderhoud of reparatie van deze
Mono-bloc unit kan het risico op breuk vergroten en kan schade aan eigendommen of letsel tot gevolg hebben.
Zorg ervoor dat de juiste polariteit gehandhaafd blijft in het gehele bedradingssysteem. Anders kan dit elektrische schokken of brand veroorzaken.
Aansluiting stroomvoorziening naar Mono-bloc unit.
Het voedingspunt moet op een makkelijk toegankelijke plaats voor stroom uitschakeling zitten in geval van nood.
Moet zijn uitgevoerd volgens de lokale nationale bedradingsnorm en voorschriften en deze installatiehandleiding.
Het is sterk aangeraden een permanente aansluiting op een zekering te maken. Dit moet een 2-polige schakelaar zijn met een contactopening van minimaal 3,0 mm.
- Stroomvoorziening 1: Gebruik een goedgekeurde zekering van 30 A
- Stroomvoorziening 2: Gebruik een goedgekeurde zekering van 30 A
Zorg ervoor dat de juiste polariteit gehandhaafd blijft in het gehele bedradingssysteem. Anders kan dit elektrische schokken of brand veroorzaken.
Na de installatie moet de installateur controleren of de Mono bloc-unit goed werkt. Controleer de aansluitpunten op lekkages tijdens het proefdraaien. Als er lekkage
optreedt, zal dat beschadiging van andere eigendommen tot gevolg hebben.
Houd alle noodzakelijke ventilatieopeningen vrij van belemmeringen.
Installatiewerkzaamheden.
Er zijn minimaal vier personen nodig om de installatie uit te voeren. Het gewicht van de Mono-bloc unit kan letsel veroorzaken als deze door minder dan vier
personen wordt gedragen.
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR GEBRUIK VAN R32-KOELMIDDEL
De procedures voor de standaard installatiewerkzaamheden zijn hetzelfde als voor modellen met een conventioneel koelmiddel (R410A, R22).
Er moet echter zorgvuldig aandacht worden besteed aan de volgende punten:
Omdat de bedrijfsdruk hoger is dan bij modellen met R22-koelmiddel zijn er enkele speciale leidingen inclusief installatie en speciaal gereedschap nodig.
In het bijzonder als een model met R22-koelmiddel wordt vervangen door een nieuw model met R32-koelmiddel moeten de normale leidingen aan de zijde van de buitenunit door leidingen geschikt voor R32 en R410A
worden vervangen.
Voor R32 en R410A kunnen dezelfde leidingen worden gebruikt.
Mengen van verschillende koelmiddelen in één systeem is verboden. Modellen die R32- en R410A-koelmiddel gebruiken, hebben voor de veiligheid een andere schroefdraaddiameter van de vulpoort, zodat per
8
Megameter
ongeluk vullen met R22 wordt voorkomen.
9
Multimeter
Controleer daarom vooraf. [De schroefdraaddiameter van de vulpoort voor R32 en R410A is 12,7 mm (1/2 inch).]
10
Momentsleutel
Zorg er voor dat er geen verontreinigingen (olie, water, enz.) in de leidingen terecht komen.
117,6 N•m (11,6 kgf•m)
11
Vacuümpomp
Bediening, onderhoud, reparatie en terugwinning van koelmiddel moet worden uitgevoerd door personeel, opgeleid en gecertifi ceerd voor het gebruik van brandbare koelmiddelen, zoals aanbevolen door de
12
Manometerset
fabrikant. Alle personeel dat handelingen, service of onderhoud uitvoert aan een systeem of de bijbehorende onderdelen van de apparatuur, moet opgeleid en gecertifi ceerd zijn.
Elk onderdeel van het koelcircuit (verdampers, luchtkoelers, luchtbehandelingsunit, condensors of vloeistofvaten) of de leidingen mogen niet vlakbij warmtebronnen, open vuur, werkende gastoestellen of een werkende
elektrische verwarmer worden gesitueerd.
De gebruiker/eigenaar of hun bevoegde vertegenwoordiger moeten regelmatig maar ten minste eenmaal per jaar de alarmen, mechanische ventilatie en detectoren controleren, zoals in nationale verordeningen is
vereist om te zorgen dat deze goed blijven functioneren.
Er moet een logboek worden bijgehouden. Het resultaat van deze controles moet in het logboek worden vastgelegd.
Bij ventilatie in intensief gebruikte ruimten moet worden gecontroleerd dat en geen belemmeringen zijn.
Voordat een nieuw koelsysteem in gebruik wordt genomen, moet degene die voor ingebruikname verantwoordelijk is, ervoor zorgen dat opgeleid en gecertifi ceerd bedieningspersoneel worden geïnstrueerd. Hierbij
moet op basis van de gebruiksaanwijzing de uitvoering, het toezicht, de bediening en het onderhoud van het koelsysteem, zowel als de te nemen veiligheidsmaatregelen, en de eigenschappen en het omgaan met het
gebruikte koelmiddel worden uitgelegd.
De algemene eisen aan goed opgeleid en gecertifi ceerd personeel zijn hieronder aangegeven:
a) kennis van wet- en regelgeving en normen met betrekking tot brandbare koelmiddelen; en
b)  g edetailleerde kennis over en vaardigheden in het omgaan met brandbare koelmiddelen, persoonlijke beschermingsmiddelen, voorkoming van lekkage van koelmiddel, omgaan met cilinders, vullen, lekdetectie,
terugwinning en verwijdering; en
c) het kunnen begrijpen en in de praktijk toepassen van de eisen in de nationale wet- en regelgeving en normen; en
d) het doorlopend volgen van periodieke en uitgebreide opleidingen om deze expertise te behouden.
Bescherm het koelsysteem tegen toevallige breuk door het verschuiven van meubilair of verbouwingswerkzaamheden.
Om lekkages te voorkomen, moeten verbindingen in koelleidingen op dichtheid worden getest. De testmethode moet een gevoeligheid hebben van 5 gram koelmiddel per jaar of beter, bij een druk van tenminste 0,25
maal de maximaal toelaatbare druk (>1,04 MPa, max. 4,15 MPa). Er mag geen lekkage worden gedetecteerd.
1. Installatie (ruimte)
De installatie moet voldoen aan de nationale gasvoorschriften en lokale wet- en regelgeving. De betreffende autoriteiten moeten worden geïnformeerd conform alle van toepassing zijnde voorschriften.
Zorg ervoor dat mechanische verbindingen toegankelijk zijn voor onderhoud.
Daar waar mechanische ventilatie vereist is, moeten de ventilatieopeningen vrij worden gehouden van belemmeringen.
Volg de voorzorgsmaatregelen op van #12 en voldoe aan de nationale voorschriften als u het product verwijdert.
Neem altijd contact op met uw gemeente voor de juiste behandeling.
2. Onderhoud
2-1. Onderhoudspersoneel
Elke bevoegde persoon die werkt aan een koelcircuit of het openmaakt, moet een op dat moment geldig certifi caat hebben van een door de bedrijfstak goedgekeurde beoordelingsinstantie, die de deskundigheid
erkent veilig om te kunnen gaan met koelmiddelen conform een door de bedrijfstak goedgekeurde beoordelingsspecifi catie.
Onderhoud mag alleen worden uitgevoerd zoals door de fabrikant van de apparatuur is aanbevolen. Onderhoud en reparatie waarbij de hulp van ander deskundig personeel nodig is, moet worden uitgevoerd
onder toezicht van iemand die deskundig is in het werken met brandbare koelmiddelen.
Onderhoud mag alleen worden uitgevoerd zoals door de fabrikant is aanbevolen.
Het systeem wordt geïnspecteerd, periodiek bewaakt en onderhouden door opgeleid en gecertifi ceerd onderhoudspersoneel in dienst van de gebruiker of verantwoordelijke partij.
Zorg ervoor dat bij het vullen geen koelmiddel lekt.
2-2. Werkzaamheden
Voordat er begonnen wordt met werk aan systemen met brandbare koelmiddelen zijn er veiligheidscontroles nodig om het risico op ontbranding te minimaliseren.
Voor reparaties aan het koelsysteem moeten de voorzorgsmaatregelen in #2-2 tot #2-8 worden opgevolgd, voordat er werk aan het systeem wordt uitgevoerd.
Werk moet volgens een gecontroleerde procedure worden uitgevoerd om het risico te minimaliseren dat een brandbaar gas of damp aanwezig is, terwijl het werk wordt uitgevoerd.
Alle onderhoudspersoneel en anderen die in de buurt werken, moeten worden ingelicht over de aard van het werk dat wordt uitgevoerd en er moet toezicht worden gehouden.
Vermijd het werken in beperkte ruimten. Zorg er altijd voor dat er minimaal 2 meter veiligheidsruimte is vanaf de apparatuur of een vrije ruimte met een straal van tenminste 2 meter.
Draag de juiste beschermingsmiddelen inclusief ademhalingsbescherming als de omstandigheden dit vereisen.
Houd alle ontstekingsbronnen en hete metalen oppervlakken uit de buurt.
2-3. Controle op de aanwezigheid van koelmiddel
De ruimte moet voor en tijdens het werk worden gecontroleerd met een geschikte detector voor koelmiddel om ervoor te zorgen dat de monteur op de hoogte is van een mogelijk brandbare atmosfeer.
Zorg ervoor dat de gebruikte detectieapparatuur voor lekkages geschikt is voor gebruik met brandbare koelmiddelen, d.w.z. vonkvrij, goed afgedicht of intrinsiek veilig.
Als er lekkage is opgetreden, moet de ruimte onmiddellijk worden geventileerd en moet u aan de kant blijven waar de wind vandaan komt en uit de buurt van de lekkage.
Als er lekkage is opgetreden, moet u personen waarschuwen die zich bevinden aan de kant waar de wind naartoe gaat, het gevaarlijke gebied onmiddellijk afzetten en onbevoegd personeel uit de buurt houden.
2-4. Aanwezigheid van een brandblusser
Als er werk aan de koelapparatuur of bijbehorende onderdelen moet worden uitgevoerd waarbij warmte vrijkomt, moet er direct geschikt brandblusmateriaal beschikbaar zijn.
Er moet een poeder- of CO
-brandblusser aanwezig zijn in het gebied waar gevuld wordt.
2
2-5. Geen ontstekingsbronnen
Iemand die werk uitvoert aan een koelsysteem waarbij leidingwerk betrokken is dat brandbaar koelmiddel bevat of heeft bevat, mag niet op een zodanige manier ontstekingsbronnen gebruiken dat dit kan leiden
tot risico's op brand of explosie. Bij het uitvoeren van zulke werkzaamheden mag niet gerookt worden.
Alle mogelijke ontstekingsbronnen, inclusief roken, moeten voldoende ver weg blijven van de plaats van installatie, reparatie of verwijdering waarbij er brandbaar koelmiddel kan ontsnappen naar de omliggende ruimte.
Voordat het werk plaatsvindt, moet de ruimte rond de apparatuur worden onderzocht om zeker te zijn dat er geen brandgevaar of ontstekingsrisico's zijn.
Er moeten "Niet roken"-borden worden geplaatst.
2-6. Geventileerde ruimte
Zorg ervoor dat het gebied in de open lucht is of dat het voldoende geventileerd wordt voordat u het systeem openmaakt of werk uitvoert waarbij warmte vrijkomt.
Tijdens de periode dat het werk wordt uitgevoerd, moet voortdurend in zekere mate worden geventileerd.
De ventilatie moet eventueel vrijgekomen koelmiddel veilig verspreiden en het bij voorkeur naar buiten afvoeren in de buitenlucht.
2-7. Controles van de koelapparatuur
Als elektrische onderdelen worden uitgewisseld, moeten deze geschikt zijn voor hun doel en de juiste specifi catie hebben.
De onderhoudsrichtlijnen van de fabrikant moeten te allen tijde worden opgevolgd.
Bij twijfel kunt u contact opnemen met de technische dienst van de fabrikant voor hulp.
De volgende controles moeten worden uitgevoerd bij installaties die brandbare koelmiddelen gebruiken.
- De ventilatieapparatuur en uitlaten werken afdoende en zijn niet geblokkeerd.
- Markeringen op de apparatuur moeten zichtbaar en leesbaar blijven. Markeringen en aanduidingen die onleesbaar zijn moeten worden gecorrigeerd.
2-8. Controles van elektrische apparaten
Bij reparatie en onderhoud aan elektrische onderdelen moeten veiligheidscontroles en procedures voor inspectie van onderdelen worden uitgevoerd.
De eerste veiligheidscontroles houden onder andere in dat:
- De condensatoren ontladen zijn; dit moet op een zodanig veilige manier gebeuren dat er geen vonken ontstaan.
- Er geen elektrische onderdelen en bedrading zijn die onder spanning staan tijdens het vullen, terugwinnen of doorspoelen van het systeem.
- Er doorlopend verbinding met de aarde is.
De onderhoudsrichtlijnen van de fabrikant moeten te allen tijde worden opgevolgd.
Bij twijfel kunt u contact opnemen met de technische dienst van de fabrikant voor hulp.
Als er een storing is die de veiligheid in gevaar brengt, mag er geen elektrische voeding worden aangesloten op het circuit, totdat de storing voldoende is verholpen.
Als de storing niet onmiddellijk kan worden verholpen maar het nodig is dat de apparatuur blijft werken, moet er een afdoende tijdelijke oplossing worden gebruikt.
De eigenaar van de apparatuur moet worden ingelicht, zodat alle partijen hierover zijn geïnformeerd.
3. Reparatie aan afgedichte onderdelen
Tijdens reparaties aan afgedichte onderdelen moeten alle elektrische voedingen worden losgekoppeld van de apparatuur waaraan gewerkt wordt, voordat afdekkingen e.d. worden verwijderd.
Als het absoluut noodzakelijk is dat er tijdens het onderhoud een elektrische voeding is naar de apparatuur, dan moet er een doorlopend werkende vorm van lekdetectie worden aangebracht op het meest
kritische punt om te waarschuwen voor mogelijk gevaarlijke situaties.
In het bijzonder moet er aandacht worden besteed dat bij werkzaamheden aan elektrische onderdelen de behuizing niet zodanig wordt gewijzigd dat het beschermingsniveau wordt aangetast. Dit houdt ook in
schade aan kabels, overmatig aantal aansluitingen, niet originele aansluitklemmen, schade aan afdichtingen, onjuist aanbrengen van doorvoeringen, enz.
Zorg ervoor dat de apparatuur stevig gemonteerd is.
Zorg ervoor dat afdichtingen of afdichtingsmateriaal niet zodanig is verweerd dat ze niet langer geschikt zijn om het binnendringen van brandbare gassen te voorkomen.
Vervangende onderdelen moeten overeenkomen met de specifi caties van de fabrikant.
OPMERKING: Het gebruik van siliconenkit kan de effectiviteit van sommige typen detectieapparatuur voor lekkages negatief beïnvloeden.
Intrinsiek veilige onderdelen hoeven niet te worden afgeschermd voordat er aan gewerkt wordt.
4. Reparaties aan intrinsiek veilige onderdelen
Breng geen permanente inductieve belasting of belastingscapaciteit aan op het circuit zonder ervoor te zorgen dat deze niet de toelaatbare spanning en stroom voor de gebruikte apparatuur overschrijdt.
Intrinsiek veilige onderdelen zijn de enige waaraan gewerkt mag worden in de buurt van brandbare gassen, terwijl er spanning op staat.
De testapparatuur moet de juiste specifi caties hebben.
Vervang onderdelen alleen met onderdelen die door de fabrikant zijn voorgeschreven. Andere dan de door de fabrikant voorgeschreven onderdelen kunnen ontbranding veroorzaken van koelmiddel dat door een
lek in de lucht is terechtgekomen.
5. Bekabeling
Controleer dat de bekabeling niet wordt blootgesteld aan slijtage, corrosie, overmatige druk, trillingen, scherpe randen of andere negatieve effecten uit de omgeving.
De controle moet ook rekening houden met het effect van veroudering of doorlopende trillingen van bronnen zoals compressoren of ventilatoren.
6. Detectie van brandbare koelmiddelen
Onder geen enkele omstandigheid mogen mogelijke ontstekingbronnen worden gebruikt bij het zoeken naar of detecteren van lekkages van koelmiddel.
Een halogenide fakkel (of elke andere detector met een onafgeschermde vlam) mag niet worden gebruikt.
7. De volgende methodes voor lekdetectie zijn voor alle koelsystemen toegestaan.
Er mag geen lekkage worden gedetecteerd bij gebruik van testapparatuur met een gevoeligheid van 5 gram koelmiddel per jaar of beter, bij een druk van tenminste 0,25 maal de maximaal toelaatbare druk
(>1,04 MPa, max. 4,15 MPa). Bijvoorbeeld een standaard lekdetector.
Er kunnen elektronische lekdetectoren worden gebruikt voor het detecteren van brandbare koelmiddelen, maar het kan zijn dat de gevoeligheid niet afdoende is of opnieuw gekalibreerd moet worden.
(Detectieapparatuur moet worden gekalibreerd in een ruimte zonder koelmiddel.)
Zorg ervoor dat de detector geen mogelijke ontstekingsbron is en geschikt is voor het gebruikte koelmiddel.
Detectieapparatuur voor lekkages moet worden ingesteld op een percentage van de brandbaarheidsgrens-laag van het koelmiddel en moet worden gekalibreerd op het gebruikte koelmiddel met toepassing van
het juiste percentage gas (25% maximaal).
Vloeistoffen voor lekkagedetectie zijn ook geschikt om met de meeste koelmiddelen te gebruiken, bijvoorbeeld middelen voor de bellenmethode of de fl uorescentiemethode. Het gebruik van reinigingsmiddelen
met chloor moet worden vermeden omdat de chloor kan reageren met het koelmiddel en de koperen leidingen kan corroderen.
Als er een lek wordt vermoed, moeten alle onafgeschermde vlammen worden verwijderd/gedoofd.
Als er een lekkage van koelmiddel is ontdekt waarvoor soldeerwerk nodig is, moet alle koelmiddel uit het systeem worden verwijderd of afgescheiden (d.m.v. afsluitventielen) in een deel van het systeem dat van
het lek verwijderd is.
De voorzorgsmaatregelen in #8 moeten voor de verwijdering van het koelmiddel worden opgevolgd.
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
8. Verwijdering en leegmaken
Als het koelcircuit moet worden geopend voor reparaties – of voor andere doeleinden – moeten de gebruikelijke procedures worden gebruikt.
Het is echter belangrijk dat de beste methode wordt gebruikt omdat de brandbaarheid in overweging moet worden genomen.
De volgende procedure moet worden gevolgd:
• verwijder koelmiddel -> • spoel het circuit met inert gas -> • leegmaken -> • spoel met inert gas -> • open het circuit door zagen of solderen
De vulling van koelmiddel moet worden opgevangen in de juiste cilinders voor terugwinning.
Het systeem moet worden gespoeld met OFN om de unit veilig te maken. (opmerking: OFN = distikstof, een type inert gas)
Het kan zijn dat dit proces een paar keer moet worden herhaald.
Hiervoor mag geen perslucht of zuurstof worden gebruikt.
Het doorspoelen moet worden uitgevoerd door het vacuüm in het systeem met zuurstofvrije stikstof (OFN) op te heffen en door te gaan met vullen tot de bedrijfsdruk is bereikt, daarna naar de buitenlucht te
ventileren en tenslotte een vacuüm te trekken.
Dit proces moet worden herhaald tot er geen koelmiddel meer in het systeem is.
Als het systeem voor de laatste keer met OFN is gevuld, moet het worden doorgespoeld tot atmosferische druk, zodat de werkzaamheden plaats kunnen vinden.
Deze uitvoering is absoluut cruciaal als er gesoldeerd moet worden aan de leidingen.
Zorg ervoor dat de uitlaat van de vacuümpomp niet dichtbij een mogelijke ontstekingsbron is en dat er ventilatie aanwezig is.
9. Vulprocedures
In aanvulling op de normale vulprocedures moeten de volgende voorschriften worden opgevolgd.
- Zorg ervoor dat er bij gebruik van de vulapparatuur geen vervuiling van verschillende koelmiddelen optreedt.
- Slangen of leidingen moeten zo kort mogelijk zijn om de hoeveelheid koelmiddel die ze bevatten te minimaliseren.
- De cilinders moeten op de juiste positie worden gezet in overeenstemming met de instructies.
- Zorg ervoor dat het koelsysteem geaard is voordat het systeem met koelmiddel wordt gevuld.
- Breng labels aan op het systeem als het compleet gevuld is (tenzij ze reeds aanwezig zijn).
- Er moet heel goed voor worden gezorgd dat het koelsysteem niet te veel gevuld wordt.
Voordat het systeem opnieuw wordt gevuld, moet een druktest met OFN worden uitgevoerd (zie #7).
Het systeem moet na het vullen maar voor de inbedrijfstelling op lekkages worden getest.
Voordat de locatie wordt verlaten, moet er nog een vervolgtest op lekkage worden uitgevoerd.
Bij het vullen en aftappen van koelmiddel kan er een gevaarlijke situatie ontstaan door opbouw van elektrostatische lading.
Om brand of explosie te voorkomen moet vóór het vullen/aftappen statische elektriciteit tijdens de overdracht afgevoerd worden door aarding en verbinding van houders en apparatuur.
10. Buitenbedrijfstelling
Voordat deze procedure wordt uitgevoerd, is het essentieel dat de monteur volledig bekend is met de apparatuur en alle details.
Het is een aanbevolen goede werkwijze dat alle koelmiddelen veilig worden teruggewonnen.
Voordat de taak wordt uitgevoerd, moet er een monster van de olie en het koelmiddel worden genomen, indien er een analyse nodig is om het teruggewonnen koelmiddel te kunnen hergebruiken.
Het is essentieel dat er stroom beschikbaar is voordat de taak wordt uitgevoerd.
a) Zorg ervoor dat u bekend bent met de apparatuur en zijn werking.
f) Zorg ervoor dat de cilinder op de weegschaal staat, voordat de terugwinning plaatsvindt.
b) Isoleer het systeem elektrisch.
g) Start de machine voor terugwinning en werk volgens de instructies.
c) Voordat u de procedure gaat uitvoeren, moet u ervoor zorgen dat:
h) Vul de cilinders niet te veel. (Niet meer dan 80% volume gevuld met vloeistof.)
i) Overschrijd de maximale bedrijfsdruk van de cilinder niet, zelfs niet tijdelijk.
er zo nodig apparatuur voor mechanische bewerking aanwezig is voor het werken met
cilinders met koelmiddel;
j) Als de cilinders op de juiste manier zijn gevuld en het proces klaar is, moeten de cilinders en
apparatuur direct van de locatie worden afgevoerd en alle afsluitventielen op de apparatuur worden
alle persoonlijke beschermingsmiddelen aanwezig zijn en juist worden gebruikt;
gesloten.
het terugwinningsproces doorlopend door een deskundig persoon wordt bewaakt;
k) Teruggewonnen koelmiddel mag niet worden gebruikt voor vulling van een ander koelsysteem
de apparatuur en cilinders voor terugwinning voldoen aan de van toepassing zijnde normen.
voordat het is gereinigd en gecontroleerd.
d) Pomp het koelsysteem zo mogelijk leeg.
e) Als een vacuüm niet mogelijk is, moet er een verdeelleiding worden gemaakt, zodat het
koelmiddel uit de diverse onderdelen van het systeem kan worden verwijderd.
Bij het vullen of aftappen van koelmiddel kan er een gevaarlijke situatie ontstaan door opbouw van elektrostatische lading.
Om brand of explosie te voorkomen moet vóór het vullen/aftappen statische elektriciteit tijdens de overdracht afgevoerd worden door aarding en verbinding van houders en apparatuur.
11. Etikettering
De apparatuur moet worden voorzien van een label waarop staat dat deze buiten bedrijf is gesteld en dat het koelmiddel is verwijderd.
Het label moet worden gedateerd en ondertekend.
Zorg ervoor dat er op de apparatuur labels zitten die aangeven dat de apparatuur brandbaar koelmiddel bevat.
12. Terugwinning
Bij het verwijderen van koelmiddel uit een systeem hetzij voor onderhoud dan wel buitenbedrijfstelling, is een aanbevolen goede werkwijze dat alle koelmiddel veilig wordt verwijderd.
Bij het overbrengen van koelmiddel in de cilinders moet u ervoor zorgen dat alleen juiste cilinders voor teruggewonnen koelmiddel worden gebruikt.
Zorg ervoor dat het juiste aantal cilinders beschikbaar is voor het opvangen van de totale hoeveelheid in het systeem.
Alle gebruikte cilinders moeten geschikt zijn voor het teruggewonnen koelmiddel en worden voorzien van labels voor dat koelmiddel (d.w.z. speciale cilinders voor de terugwinning van koelmiddel).
Cilinders moeten in goede staat verkeren en voorzien zijn van overdrukklep en bijbehorende afsluitkleppen.
Cilinders voor terugwinning moeten leeg zijn gemaakt en zo mogelijk worden gekoeld voordat de terugwinning plaatsvindt.
De terugwinningsapparatuur moet in goede staat verkeren, een set instructies over de apparatuur moet beschikbaar zijn en de apparatuur moet geschikt zijn voor de terugwinning van brandbaar koelmiddel.
Daarnaast moet er een set geijkte weegschalen aanwezig zijn die in goede staat verkeren.
Slangen moeten compleet zijn met lekvrije verbindingskoppelingen en in een goede staat verkeren.
Voordat u de terugwinningsapparatuur gebruikt, moet worden gecontroleerd dat het in voldoende goede staat verkeert, juist onderhouden is en dat alle bijbehorende elektrische onderdelen zijn afgedicht om
ontbranding te voorkomen als er koelmiddel is vrijgekomen.
Neem bij twijfel contact op met de fabrikant.
Het teruggewonnen koelmiddel moet teruggestuurd worden naar de leverancier van het koelmiddel in de juiste cilinder en voorzien van het betreffende afvalverzendformulier.
Meng koelmiddelen niet in de terugwinningsunits en zeker niet in cilinders.
Als compressoren of compressorolie moet worden verwijderd, moet u ervoor zorgen dat ze op een acceptabel niveau leeg zijn gemaakt, zodat zeker is dat er geen brandbaar koelmiddel bij het smeermiddel aanwezig is.
Dit proces van leegmaken moet worden uitgevoerd voordat de compressor naar de leverancier wordt teruggezonden.
Om dit proces te versnellen mag alleen elektrische verwarming op de compressorbehuizing worden gebruikt.
Als de olie uit een systeem wordt afgetapt, moet dit veilig gebeuren.
Bijgeleverde hulpstukken
Accessoires levering derden (optioneel)
Nr.
Onderdeel
Nr.
Toebehoren
Aant.
Aandrijving met electromotor
i
2-wegklep set
2-poort klep
Afvoerbocht
1
1
Aandrijving met electromotor
ii
3-wegklep set
3-poort klep
Rubber kap
2
8
iii
Ruimtethermostaat
Draadloos
Afstandsbediening
iv
Mengklep
3
1
v
Pomp
vi
Sensor buffertank
vii
Buitensensor
Optionele accessoire
viii
Sensor waterzone
ix
Sensor ruimtezone
Nr.
Toebehoren
Aant.
x
Sensor zonnepanelen
4
Optionele print (CZ-NS4P)
1
 
Het wordt aanbevolen om de toebehoren te kopen die in bovenstaande tabel voor levering derden zijn opgenomen.
5
Onderplaat-verwarming (CZ-NE3P)
1
Verplaatsen van de Mono-bloc unit
6
Netwerkadapter (CZ-TAW1)
1
Een Mono-bloc unit is een groot en zwaar apparaat. De unit moet alleen worden verplaatst
7
Kabel netwerkadapter (CZ-TAW1-CBL)
1
door middel van hijsgereedschappen met stroppen. Deze stroppen kunnen door een huls
worden geleid van het onderframe van de unit.
Hoofdcomponenten
Overzicht afmetingen
1284
39
322
Vooraanzicht
Zijaanzicht
980
150
93
d
71
Onderaanzicht
Achteraanzicht
Naam onderdeel
1 Printplaat
2-1
Enkele fase aardlekautomaat (hoofdaansluiting)
2-2
Enkele fase aardlekautomaat (back-up verwarming)
3 Warmtewisselaar
4 Waterdrukmeter
5 Waterpomp
6 Bovenplaat van de behuizing
Leiding wateruitlaat
7 Expansievat
8 Stromingssensor
9 Verwarmingselement
Het is aanbevolen geen belemmering in meer dan 2 richtingen te hebben. Vraag voor betere
Leiding waterinlaat
ventilatie & installatie van meerdere buitenunits advies aan een erkende dealer/specialist.
Model
Specifi caties
Maker
SFA21/18
230 VAC
Siemens
VVI46/25
-
Siemens
SFA21/18
230 VAC
Siemens
VVI46/25
-
Siemens
Bedraad
PAW-A2W-RTWIRED
230 VAC
-
PAW-A2W-RTWIRELESS
-
167032
230 VAC
Caleffi
-
Yonos 25/6
230 VAC
Wilo
-
PAW-A2W-TSBU
-
-
-
PAW-A2W-TSOD
-
-
-
PAW-A2W-TSHC
-
-
-
PAW-A2W-TSRT
-
-
-
PAW-A2W-TSSO
-
-
6
a
b
7 8
1
9
2-2
A
b
2-1
3
a
5
4
c
0
g
f
e
DETAIL A
0 Overbelastingsbeveiliging (2 stuks)
Naam aansluiting
a Overdrukklep
a
Waterinlaat
b Ontluchtingsklep
b
Wateruitlaat
c Magnetische waterfi lterset
d Stekker (2 stuks)
e Invoerbus (7 stuks)
f Frontplaat van de behuizing
g Afdekkap (2 delen)
NEDERLANDS
ACXF60-38370-AA
7/34
PRINTED IN MALAYSIA

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Wh-mdc07j3e5Wh-mdc09j3e5

Inhaltsverzeichnis