Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Novoferm iso70-1 TW Montage- Und Betriebsanleitung Seite 52

Sektionaltore mit torsionsfederwelle
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 3
Afb.
g
Voor het verankeren van het kozijn in de vloer
de schroeven (S8) in combinatie met de ring (U1) ge-
bruiken.
Afb.
h
Plaats in de eerste stap de bout  (S6) in het
onderste gat van het kozijnprofiel  (1L/1R) en deze
met de moer  (S12) vastschroeven. Daarna met de
schroeven en pluggen  (S6, S12) telkens een steun-
hoekprofiel LS (51) op het kozijnprofiel (1L/1R) mon-
teren.
LET OP
Kozijnprofielen (1R) en (1L) niet
verdraaien!
Zorg bij het vastschroeven van de ko-
zijnprofielen dat ze niet kromtrekken of
verdraaien. De kozijnprofielen indien
nodig ondervullen met geschikt materi-
aal. De hiervoor geschikte onderlegha-
ken zijn verkrijgbaar bij Novoferm.
4.4.4 Voormontage van de horizontale
looprailparen
Afb.
a
, Pagina A6. Verbind het horizontale loop-
railpaar  (14R/14L) met het vormeindstuk  (16R/16L),
door het gebruik van de bout (S15).
Afb.
b
Monteer de verbindingsplaat (18). Zorg hierbij
dat de boutkoppen (S6) t.o.v. de looprail naar binnen
zijn gemonteerd!
Afb.
d
Bevestig de looprailophangprofielen  (19),
door ze ongeveer in het midden op het looprail-
paar  (14R/14L) te plaatsen en ze in positie te draai-
en.
Afb.
e
Monteer de hoekverbindingsprofielen (20) op
het looprailpaar (14R/14L).
4.4.5 Montage van de horizontale looprailparen
op het frame
Afb.
a
,
Pagina
paar (14R/14L) op het kozijnprofiel (1L/1R), door het
losvast
vastschroeven
stuk  (16L/16R) op het kozijnprofiel  (1L/1R). Het later
omhoog klappen moet nog mogelijk zijn.
Ga hierbij als volgt te werk:
Afb.
b
Bij een aanslagbreedte groter dan 120  mm,
de bout (S5) eerst door het kopprofiel van het kozijn
steken en daarna door de rechthoekige stansopening
in het vormeindstuk  (16R/16L). Deze losvast vast-
schroeven met de moer (S12).
Afb.
c
Bij kleinere aanslagbreedten: Mocht de
bout  (S5) al zijn voorgemonteerd, zie ook hoofdstuk:
4.4.2 - Montage van de muurankers (Afb.
4.4.6 Afhangen van de horizontale looprailparen
De horizontale looprailparen (14R/14L) omhoog klap-
pen en beveiligen tegen neerklappen.
Afb.
a
, Pagina A8. Monteer de looprailbochtstuk-
ken (30) op de kozijnprofielen, evenals met de verbin-
dingsplaten (18), door ze met de bouten (S17 + S12)
vast te schroeven.
52 - NL
A7.
Verbind
het
looprail-
van
het
vormeind-
c
).
LET OP
Mogelijke rolblokkades bij de
overgangen van de looprails.
Zorg voor een vloeiende overgang tus-
sen de looprailprofielen, indien nodig de
bochtuiteinden iets aan te passen.
Afb.
b
Het vormeindstuk  (16) met de bout (S11) op
het kopprofiel vastschroeven.
Het afhangen van het looprailpaar  (14R/14L) achter
gebeurt, afhankelijk van de bouwkundige omstandig-
heden, in twee montagevarianten.
Procedure bij wandmontage, evenals een garagebin-
nenbreedte tot max. BRB + 1030 mm bij deurinbouw
in het midden:
Afb.
c
In de eerste stap een ankerrail (27) voorberei-
den, de benodigde lengte afmeten en de anker-
rail (27) op basis hiervan afkorten. Zorg hierbij dat bij
de benodigde maat ca. 200  mm wordt opgeteld, die
later in de looprailverbinders  (6) moeten blijven en
zorgen voor de nodige stabiliteit. Monteer in de vol-
gende stap aan een uiteinde een klemplaat  (29) op
de ankerrail  (27). Zorg bij het opschroeven dat deze
nog kan worden bewogen. Monteer daarna aan het
andere uiteinde het aansluitprofiel (28). Gebruik voor
de montage de betreffende bouten en moeren (S6 +
S12). Aan de zijde van de wandmontage de voorge-
monteerde ankerrail (27) volledig in de looprailverbin-
der (6) schuiven.
Afb.
d
Monteer de looprailverbinder  (6) met twee
bouten en moeren  (S6 + S12) op de hoekverbin-
dingsprofielen
(20)
ren  (14R/14L). Gebruik voor het vastschroeven bij
voorkeur de bovenste gatpositie. Uitzondering: De
aandrijving vereist montage in de onderste.
Afb.
e
Trek de voorgemonteerde ankerrail (27) uit de
looprailverbinder  (6) naar voren en schroef de voor-
gemonteerde ankerrail  (27) op de garagewand met
de schroeven en pluggen (S8, S9). De klemplaat (29)
slechts licht aanhalen, het verschuiven van de anker-
rail (27) moet nog mogelijk zijn voor de aansluitende
diagonale uitlijning.
Procedure bij plafondmontage, evenals een garage-
binnenbreedte tot groter dan BRB  +  1030  mm bij
deurinbouw in het midden:
Afb.
d
Monteer de looprailverbinder  (6) met twee
bouten en moeren  (S6 + S12) op de hoekverbin-
dingsprofielen  (20)
ren  (14R/14L). Gebruik voor het vastschroeven bij
voorkeur de bovenste gatpositie. Uitzondering: De
aandrijving vereist montage in de onderste.
Afb.
f
De op maat afgekorte plafondophanging, be-
staande uit de ankerrail  (27), aansluitprofiel  (28) en
de bouten en moeren  (S6 + S12) voormonteren. De
bouten slechts licht aanhalen, om het aansluitend uit-
lijnen mogelijk te maken. Met de twee bouten en
moeren  (S6 + S12) de voorgemonteerde plafondop-
hanging op de hoekverbindingsprofielen  (20) vast-
schroeven.
van
de
beide
looprailpa-
van
de
beide
looprailpa-

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis