Looptraining; Reiniging; Onderhoud - Ottobock 7E9 Gebrauchsanweisung

Platkopbouten voor de ingietplaat (met binnen­
zeskant) 501S72=M10*
Platkopbouten voor de ingietplaat (met binnen­
zesrond) 501F9=M8*
Cilinderkopbout 501T39-M4* (basisplaat - tus­
senstuk - ingietplaat)
Stelbouten van de rotatieadapter
Alle andere stelbouten
Controleer tot slot bij het lopen met de afgewerkte prothese het gangbeeld nog een keer. Wan­
neer het gangbeeld wordt beïnvloed door de schuimstofovertrek, moeten de instellingen voor
deze factor worden gecorrigeerd.

6 Looptraining

De eigenschappen van het heupscharniersysteem kunnen alleen optimaal worden benut, wan­
neer de prothesedrager goed wordt geïnstrueerd en hij het lopen op de juiste manier traint. Een
looptraining is voor de patiënt absoluut noodzakelijk om goed met de prothese te leren omgaan.
De volgende aspecten zijn daarbij buitengewoon belangrijk:
► De prothesedrager zet zijn voet neer terwijl het heupscharnier gebogen is. Tijdens de standfa­
se wordt het scharnier gedempt gestrekt.
→ Anders dan bij conventionele heupscharnieren wordt de prothesedrager niet gedwongen
zijn bekken snel naar achteren te kantelen. De strekking van het heupscharnier kan gedu­
rende de gehele standfase worden gedempt en zorgt er daardoor voor dat het bekken bij
het overnemen van de belasting minder abrupt naar achteren kantelt. Dit is vooral voor
ervaren prothesedragers in het begin onwennig en moet bewust worden getraind.

7 Reiniging

LET OP
Gebruik van ongeschikte reinigingsmiddelen
Beschadiging van het product (bijv. lagers, afdichtingen en kunststofdelen) door bepaalde
bestanddelen van het reinigingsmiddel
► Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen.

8 Onderhoud

INFORMATIE
Bij gebruik van heupscharnieren als onderdeel van uitwendige prothesen kunnen zich als gevolg
van hydraulisch uitgevoerde besturingsfuncties bewegingsgeluiden ontwikkelen. Deze geluids­
ontwikkeling is normaal, onvermijdelijk en gewoonlijk volledig onproblematisch.
Indien het heupscharnier in de loop van de levenscyclus duidelijk meer geluid gaat maken, laat
het prothesescharnier dan onmiddellijk door een orthopedisch instrumentmaker controleren.
• Controleer het heupscharnier na een draagtijd van enkele weken en stel het zo nodig opnieuw
af. Na een bepaalde gewenningstijd wordt naar de ervaring leert een wat sterkere strekdem­
ping in de standfase door de prothesedrager positief gewaardeerd.
• Voer eens per jaar een veiligheidscontrole uit.
Bouten Aanhaalmoment
35 Nm (zeskantsleutel 6 mm)
25 Nm (bit T40 709Z11)
2 Nm (zeskantstiftsleutel 709S10=2.5)
10 Nm/aanhaalmoment boven de rotatieadap­
ter
15 Nm
121