Alpina AS 51 Gebrauchsanweisung Seite 68

NL
3. Breng de choke (1:M) naar de stand gesloten
(naar rechts).
Nota: indien de motor warm is, dient men dit
commando niet te gebruiken.
4. Druk 2 of 3 maal op het rubberen commando van
de primer (1:L). Controleer of de opening bedekt
wordt wanneer het rubberen commando naar
binnen gedrukt wordt.
Nota: voer deze handeling niet uit wanneer de
motor warm is.
5. Trek langzaam aan de startknop (1:H) tot u weer-
stand voelt. Trek snel en krachtig om de motor op
te starten.
6. Open de choke helemaal zodra de motor opge-
start is.
6.5 VEILIGHEIDSTEST
Deze machine is voorzien van verschillende sys-
temen om de mechanische veiligheid te testen,
die ontworpen zijn om aan de bediener een totale
veiligheid te garanderen tijdens het gebruik van de
eenheid.
Na het opstarten en vòòr het gebruik van de
machine, is het noodzakelijk de veiligheidstest uit
te voeren die hierna beschreven is .
Test van de schroefworm
1. De motor moet in werking zijn.
2. Trek de hendel van de koppeling van de schroef-
worm tegen de handgreep om de schroefworm
te doen draaien.
3. Laat de hendel van de koppeling los. De schroef-
worm moet binnen de 5 seconden stoppen.
Indien de werking van de eenheid niet overeen-
stemt met wat beschreven is, mag men ze NIET ge-
bruiken. In dit geval, dient men een geautoriseerd
dienstcentrum te contacteren voor de herstelling.
6.6 "UIT"
1. Laat de hendel van de koppeling (1:K) los. Nota:
indien de schroefworm blijft draaien, zie (RUBR.
8.2).
2. Verwijder de inschakelsleutel (1:G).
6.7 WERKING
1. Stel de deflector van het uitlaatglijvlak af.
2. Start de motor zoals hiervoor beschreven is. Laat
de motor enkele minuten aan, om hem te laten
opwarmen voor het gebruik.
3. Richt het uitlaatglijvlak zodat de sneeuw, voor
zover mogelijk, met de wind mee weggespoten
wordt.
4. Schakel de schroefworm aan door de hendel van
de koppeling tegen de handgreep te drukken.
12
NEDERLANDS
5. Duw de sneeuwruimer vooruit en spuit de
sneeuw eruit.
6.8
1. Houd steeds een geschikte snelheid in functie
van de condities van de sneeuw.
2. De sneeuw wordt efficienter verwijdert wanneer
deze nog vers is.
3. Spuit de sneeuw, indien mogelijk, in de richting
van de wind.
4. Stel de snelheid zodanig af dat de sneeuw met
een constante stroom uitgespoten wordt.
6.9
1. Controleer of er geen onderdelen los of bescha-
digd zijn. Vervang de beschadigde onderdelen
indien nodig.
2. Draai schroeven en moeren die eventueel losge-
komen zijn tijdens het gebruik vast.
3. Reinig met een borstel alle sneeuw die op de
machine achtergebleven is.
4. Beweeg alle commando's meerdere malen
voor- en achteruit.
5. Draai de choke (1:M) naar de stand gesloten.
6. Maak de kabel van de bougie van de bougie zelf
los. Zie (RUBR. 5.11).
(Vertaling van de oorspronkelijke
Let goed op de beweging van de
schroefworm. Breng geen handen,
voeten, haar of brede kledij nabij de
bewegende organen van de machine.
SUGGESTIES VOOR HET GEBRUIK
De knalpot
naast worden
neer de motor aan is.
Risico op brandwonden.
Indien er sneeuw in de aflaat geblok-
keerd blijft, mag men niet trachten
deze te verwijderen zonder eerst:
- de hendel van de koppeling van de
schroefworm losgelaten te hebben.
- de motor uitgeschakeld te hebben.
- de inschakelsleutel verwijderd te
hebben.
- de kabel van de bougie van de
bougie zelf losgemaakt te hebben.
Steek de handen nooit in de uitlaat of
in de schroefworm.
NA HET GEBRUIK
Bedek de machine niet zolang de motor
en de knalpot nog warm zijn.
gebruiksaanwijzing)
en de delen er-
zeer heet wan-