Ianaloge Ingang En Pwm; Uitgangen; Aansluitingen Voor Gecombineerde Systemen; Start - DAB EVOPLUS V3.0 series Installationsanweisung Und Wartung

De conAfbeeldingtieparameters van de MODBUS-communicatie zijn beschikbaar in het
geavanceerde menu (zie Par.10). De EVOPLUS circulatiepompen hebben verder de mo-
gelijkheid om te communiceren op LON Bus via externe interfaceapparaten.
Verdere informatie en bijzonderheden over de MODBUS en LON bus-interface zijn be-
schikbaar en kunnen worden gedownload op de volgende link:
http://www.dabpumps.com/evoplus
6.2.3 Analoge ingang en PWM

Afbeelding 8: Uittrekbaar 13-polig klemmenbord: ingangen 0-10V en PWM

In Afbeelding 8 vindt u het aansluitschema van de externe signalen 0-10V en PWM.
Zoals op te maken valt uit de afbeelding, delen de 2 signalen dezelfde klemmen van het
klemmenbord en sluiten ze elkaar dus wederzijds uit. Als u een analoog stuursignaal
wilt gebruiken, moet het type van dit signaal worden ingesteld vanuit het menu (zie par.
10). Verdere informatie en bijzonderheden over de analogische ingang en de PWM zijn
beschikbaar op de volgende link: http://www.dabpumps.com/evoplus

6.2.4 Uitgangen

Afbeelding 9: Uittrekbaar 6-polig klemmenbord: aansluitvoorbeeld van de
uitgangen
Onder verwijzing naar Afbeelding 9 zijn de volgende digitale uitgangen beschikbaar:
Uitgang Klemnr Type contact
OUT1 1 NC
2 COM
3 NO
OUT2 4 NC
5 COM
6 NO

Tabel 4: Uitgangen OUT1 en OUT2

De uitgangen OUT1 en OUT2 zijn beschikbaar op het uittrekbare 6-polige klemmenbord,
zoals gespecificeerd in Tabel 4 waar ook het type contact wordt vermeld (NC = rustcon-
tact , COM = gemeenschappelijk , NO = arbeidscontact).
De elektrische kenmerken van de contacten zijn te vinden in Tabel 5.
In het voorbeeld van Afbeelding 8 gaat het licht L1 branden wanneer er een alarm in het
systeem aanwezig is, en gaat het uit wanneer er geen enkele storing wordt geconsta-
teerd. Het licht L2 gaat branden als de pomp in bedrijf is, en gaat uit wanneer de pomp
stilstaat.
Kenmerken van de uitgangscontacten
Max. getolereerde spanning [V]
Max. getolereerde stroom [A]
Max. aanvaardbare kabeldoorsnede [mm²]

Tabel 5: Kenmerken van de uitgangscontacten

6.3 Aansluitingen voor gecombineerde systemen

Voor een goede werking van het gecombineerde systeem is het noodza-
kelijk dat alle externe aansluitingen van het uittrekbare 13-polige klem-
menbord parallel worden aangesloten tussen de 2 EVOPLUS pompen,
volgens de nummering van de afzonderlijke klemmen.

7. START

Alle werkzaamheden voor het starten moeten worden verricht met het
deksel van het EVOPLUS bedieningspaneel gesloten!
Start het systeem alleen wanneer alle elektrische en hydraulische verbin-
dingen voltooid zijn. Laat de circulatiepomp niet werken als er geen water
in het systeem aanwezig is.
NEDERLANDS
Gekoppelde functie
Alarmen in het systeem aanwezig/afwezig
Pomp in bedrijf/ Pomp gestopt
250
5 Bij resistieve belasting
2,5 Bij inductieve belasting
2,5
NL
60