Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Mogelijke Accessoires Monteren; Inbedrijfstelling; Werking Van De Handzender - EINHELL EFA 1200 Montage- Und Betriebsanleitung

2-flügeltorantrieb
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1

10. Mogelijke accessoires monteren

10.1 Montage van het knipperlicht (fig. 15)
Het standaard knipperlicht dient op een goed zichtbare plaats, b.v. op een
poortkolom te worden aangebracht. Te dien einde verwijdert u de schroef
aan de achterkant van het huis en trekt u de sokkel naar beneden weg. De
sokkel kan dan worden bevestigd (het bevestigingsmateriaal is niet bij de
leveringsomvang begrepen). Voor de elektrische aansluiting wordt verwe-
zen naar het aansluitschema (fig. 13).
10.2. Montage van optionele bedieningselementen
(niet bij de leveringsomvang begrepen)
Sleutelschakelaar, binnenschakelaar of codeerslot aanbrengen zodat u
goed zicht hebt op het bewegingsgebied van de poort.
Breng de binnenschakelaar buiten bereik van kinderen op een hoogte van
minstens 1,6 m aan. De binnenschakelaar mag niet openbaar toegankelijk
zijn. Voor de elektrische aansluiting wordt verwezen naar het aansluitsche-
ma (fig. 13).
10.3. Aansluiting van lichtgordijnen
Het is aan te raden lichtgordijnen voor of achter de poort op een hoogte
van 40 cm buiten het bewegingsgebied van de poort te monteren. Als er
zich een voorwerp binnen het detectiegebied bevindt, wordt het sluit- of
openingsproces niet uitgevoerd. Beweegt een hindernis tijdens het bedrijf
tussen het lichtgordijn stopt de aandrijving automatisch.
Voor de elektrische aansluiting wordt verwezen naar het aansluitschema
(fig. 13).
Aanwijzing: u kan elk in de handel verkrijgbare 24 V ~ lichtgordijn gebrui-
ken!
10.4 Montage van een staafantenne
Op de klemmen GND/ANT (fig. 13+14) kan de staafantenne i.p.v. de voor-
gemonteerde draadantenne worden aangesloten. De aansluitkabel van de
staafantenne wordt via één van de kabeldoorgangsbussen de besturings-
module in geleid.
Belangrijke aanwijzing! Wordt de besturingsmodule binnen het gebouw
aangebracht, is het nuttig een staafantenne buiten het gebouw te monte-
ren.
11. Inbedrijfstelling (fig. 14)
Aanwijzing: bij een foutieve werkwijze maakt u de poortaandrijving kort
spanningsloos en herhaalt u de inbedrijfstelling vanaf het begin.
11.1 Installatiemodus
Voorzichtig:
In de installatiemodus draaien de aandrijvingen met maximale kracht zo-
lang u de overeenkomstige toetsen "OPEN" en "CLOSE/START" (dicht)
blijft indrukken (fig. 14).
Let op! De besturing herkent in deze modus geen eindpositie van de aan-
drijvingen. Motor 1 wordt aangebracht op de poortvleugel die als eerste
moet dichtgaan. Voor deze poortvleugel wordt een aanslaglijst aanbevolen
(fig. 12, pos. 6).
Voor schade die in de installatiemodus wordt veroorzaakt is de fa-
brikant niet aansprakelijk!
Aanwijzing: in de installatiemodus is het mogelijk de aandrijfeenheden
manueel te verstellen zodat de mechanische installatie op de poortkolom-
men en op de poort gemakkelijk kan worden uitgevoerd.
Mocht er zich tijdens de installatiemodus een probleem voordoen, b.v. met
de mechanische koppeling van de aandrijvingen, dient dit onmiddellijk te
worden verholpen voordat u doorgaat met de installatiemodus.
Aanwijzing: voor het beëindigen van de installatiemodus moeten beide
poortvleugels geopend zijn om later met de afstellingen van de eindposi-
ties te kunnen beginnen.
Om in de installatiemodus te geraken gaat u als volgt te werk
(fig. 14):
1. Stroom inschakelen, netstekker het stopcontact in steken.
2. Op de LEER-toets (29) blijven drukken en tegelijkertijd de RESET-
toets (33) indrukken tot de LED (35) brandt.
3. Toetsen loslaten.
4. Met de toetsen "OPEN" (32) en "CLOSE/START" (dicht) (31) kan de
spilmoer van de aandrijving naar de gewenste positie worden ge-
bracht. Zodra u de toets "OPEN" (32) of "CLOSE/START" (31) loslaat,
stopt de aandrijving. Als u motor 1 hebt afgesteld zodat hij de vleugel-
poort probleemloos opent en sluit, kan u overschakelen naar motor 2
door kort op de LEER-toets (29) te drukken.
5. U kan dan motor 2 afstellen, zoals hierboven beschreven, en eventueel
nog wijzigingen bij de mechaniek aanbrengen.
6. Daarna blijft u op de LEER-toets (29) drukken tot de LED knippert en u
duidelijk een akoestisch signaal hoort. Daarmee is de installatiemodus
beëindigd en automatisch het leerproces voor de eindposities geacti-
veerd.
Aanwijzingen:
daarna moet altijd het leerproces worden uitgevoerd. Wordt de
stroom uitgeschakeld voordat het leerproces is begonnen of beëin-
digd, wordt het leerproces na het herinschakelen van de stroom au-
tomatisch geactiveerd.
Fixeer (indien nog niet gebeurd) nu de bevestigingen definitief op de
poortvleugels of de poortkolommen.
11.2 Leerproces ter bepaling van de eindposities van de poortvleu-
gels
Aanwijzingen:
Het leerproces is na het beëindigen van de installatiemodus altijd ge-
activeerd (de rode LED naast de leertoets knippert), daarom kan in dit
geval de volgende alinea A wegvallen.
De eindposities blijven opgeslagen ook al valt de stroom uit.
Tijdens het leerproces wordt de kracht nodig voor het openen of sluiten
van de poort automatisch gedetecteerd. Deze functie dient uw veilig-
heid en voorkomt lichamelijk gevaar en materiële schade.
Als er wijzigingen op de poort worden aangebracht of de buitentempe-
ratuur (winter) verandert kan de nodige kracht veranderen. Wordt de
tolerantie voor de nodige kracht overschreden, stopt de aandrijving
vanzelf en verandert van bewegingsrichting.
Aanwijzing: in dit geval is een nieuw leerproces met verhoogde be-
drijfsbelasting noodzakelijk (grotere weerstand tegen de bewegings-
richting).
A) Positie van de poortvleugels afstellen (fig. 14):
1. Stroom inschakelen.
2. Het leerproces wordt gestart door kort op de LEER-toets (29) te druk-
ken. LED (35) knippert en u hoort duidelijk een akoestisch signaal.
B) Afstellen van de eindpositie: Eerste aandrijving (fig. 14):
1. Toets "CLOSE / START" (31) blijven indrukken tot de gewenste eind-
stand "DICHT" is bereikt.
2. Ca. 2 seconden op de LEER-toets (29) drukken.
3. LED (35) gaat kort branden terwijl het akoestisch signaal ophoudt. Ver-
volgens knippert de LED (35) en klinkt het akoestisch signaal opnieuw.
4. Toets "OPEN" (32) blijven indrukken tot de gewenste eindstand
"OPEN" is bereikt.
5. Ca. 2 seconden op de LEER-toets (29) drukken.
6. LED (35) gaat kort branden terwijl het akoestisch signaal ophoudt. Ver-
volgens knippert de LED (35) en klinkt het akoestisch signaal opnieuw.
C) Afstellen van de eindpositie: Tweede aandrijving (fig. 14):
1. Herhaal de stappen in de volgorde zoals beschreven onder B) 1 – 4.
2. Druk ca. 2 seconden op de "LEER"-toets (1) tot de LED (5) uit gaat en
het akoestisch signaal ophoudt. Een mogelijk zich voordoend licht naf-
likkeren van de LED is normaal en geen fout. Het aanleerproces van
de poortpositie is beëindigd, de aandrijving is gereed.
12. Werking van de handzender (fig. 16)
12.1 Beschrijving
Let op! De batterijen (bij de leveringsomvang begrepen) dienen te worden
geïnstalleerd voordat u de handzender voor het eerst in gebruik neemt (zie
onder 12.2 "Verwisselen van batterijen").
Elke handzender heeft een eigen zendcode die door de aandrijving kan
worden aangeleerd. De zendcode blijft in de aandrijving opgeslagen tot
een nieuwe code wordt geprogrammeerd. Mocht de netspanning uitvallen
gaat de zendcode niet verloren.
De zender heeft 2 functietoetsen (1/2), waarmee telkens 3 kanalen (zend-
codes) kunnen worden bediend (6-kanaal-zender). D.w.z. u kan met één
handzender 6 verschillende poorten aansturen.
Het kanaal (zendcode) dat overgedragen wordt wordt telkens door de 3-
kleuren LED (groen - rood - oranje) gesignaleerd. Door één van de beide
functietoetsen (1/2) kort opeenvolgend te bedienen kiest u het over te dra-
gen kanaal.
NL
31

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis