Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

In Bedrijf Stellen; Onderhoud En Service; Controle Van De Draairichting - Grundfos S1 Bedienungsanleitung

Ranges 34 and 42
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für S1:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 16

6. In bedrijf stellen

Vergewis u ervan dat er geen mensen aan het werk
zijn aan of bij de pomp, voordat u de pomp hand-
matig inschakelt of overzet naar automatisch bedrijf.
Handel als volgt:
1. Zet de hoofdschakelaar uit en verwijder de zekeringen.
2. Controleer het oliepeil in de oliekamer.
Zie hoofdstuk 7.1 Controleren en vervangen van de olie.
3. Controleer of de waaier vrij kan draaien.
4. Controleer de instellingen van de niveauschakelaars.
5. Vergewis u ervan dat de pomp in de vloeistof is ondergedom-
peld. Voor droge installaties moet er vloeistof aanwezig zijn in
de put.
Wees er zeker van dat het pomphuis moet altijd
gevuld zijn met de te verpompen vloeistof
Pompen in een droge installatie moet ontlucht wor-
den d.m.v. de ontluchtingsplug in het pomphuis.
6. Open, indien gemonteerd, de persafsluiter.
7. Controleer of het systeem gevuld en ontlucht is.
8. Controleer de instelling van de niveau regeling.
9. Start de pomp en controleer deze op abnormaal geluid en tril-
lingen.
Opm.: In het geval dat de pomp abnormaal trilt of geluid produ-
ceert of er een ander defect optreedt, dan moet de pomp onmid-
delijk worden gestopt. Probeer geen nieuwe opstart poging voor-
dat de oorzaak is vastgesteld en de fout is hersteld.
10.Na het opstarten van de pomp moet het huidige bedrijfspunt
zo nauwkeurig mogelijk worden ingesteld, zodat gecontroleerd
kan worden of de bedrijfscondities zoals ingesteld naar beho-
ren werkt.
Opm.: Om de draairichting te controleren kunt u de pomp heel
even laten draaien zonder dat deze in de vloeistof is onderge-
dompeld.
De conditie van de totale installatie dient middels periodieke con-
trole van de pomp, besturingssysteem en appendages vastge-
steld te worden.

6.1 Controle van de draairichting

Een pijl, die in het pomphuis gegoten is, geeft de correcte draai-
richting van de waaier aan. Gezien vanaf de zuigzijde van de
pomp dient de waaier tegen de klok in te draaien. Als de reactie
van de pomp, van bovenaf gezien, eveneens tegen de klok in is,
is de draairichting goed.
Een alternatieve manier om de draairichting te controleren is:
1. Start de pomp en kijk naar de capaciteit en/of persdruk.
2. Stop de pomp en verwissel 2 fasen van de elektrische voe-
ding.
3. Herstart de pomp en kijk wederom naar de capaciteit en/of
persdruk.
4. Stop de pomp.
5. Vergelijk de resultaten uit punt 1 en 3. De aansluiting welke de
hoogste capaciteit of persdruk geeft is de aansluiting met de
juiste draairichting.
Let op: Bij deze alternatieve manier moet de pomp stevig vast
gezet worden en mag de pomp slechts kortstondig draaien.

7. Onderhoud en service

Tijdens onderhoud en reparatie, incl. het transport naar
de werkplaats, dient de pomp altijd ondersteund te wor-
den d.m.v hijskettingen of plaatst u de pomp in horizon-
tale positie om stabiliteit te waarborgen.
Voordat er aan de pomp wordt gewerkt, schakel de
hoofdschakelaar uit en verwijder de zekeringen.
Wees er zeker van dat de spanning niet kan worden
ingeschakeld tijdens het werken aan de pomp.
Service en onderhoud dienen te worden uitgevoerd door speciaal
daartoe opgeleide personen.
De onderhouds- en service werkzaamheden aan
explosie-veilige pompen moeten worden uitgevoerd
door Grundfos personeel of door Grundfos geautori-
seerd personeel.
Voordat service en onderhoud plaatsvinden, dient de pomp zorg-
vuldig met schoon water te zijn schoongespoeld. De gedemon-
teerde onderdelen dienen afzonderlijk in schoon water te worden
schoongespoeld.
Pompen in normaal bedrijf dienen tenminste een keer paar jaar,
of na elke 2000 bedrijfsuren geïnspecteerd te worden. Inspecteer
de pomp steeds na 1000 uur of om het half jaar, als de gepompte
vloeistof modderig of zanderig is.
De volgende punten moeten gecontroleerd worden:
Stroomverbruik
Oliepeil en kwaliteit
Als de pomp nieuw is of de asafdichtingen vervangen zijn,
moet het oliepeil na een week in bedrijf gecontroleerd worden.
Olie, dat water bevat, is grijsachtig wit van kleur duidt op
beschadigde asafdichting. De olie moet vervangen worden als
het water bevat. Zie hoofdstuk 7.1 Controleren en vervangen
van de olie.
Opm.: Gebruikte olie dient in overeenstemming met de plaat-
selijke milieu wetgeving te worden verwijderd.
De oliekamer bevat afhankelijk van de pompgrootte 0,35 tot
0,9 liter SAE 10 W 30 motor olie.
Kabeldoorvoer
Controleer de kabeldoorvoer op beschadigen en vergewis u
ervan dat de kabels niet geknikt of afgekneld zijn.
Waaier speling
Controleer de waaier speling. Zie paragraaf 7.2 Inspectie en
aanpassingen van de ruimte tussen waaier en pomphuis.
Pomponderdelen
Controleer het pomphuis, waaier en slijtring op eventuele slij-
tage en vervuiling. Vervang beschadigde onderdelen.
Kogellagers
Een draaiende as moet soepel lopen en mag geen overmatig
geluid produceren. Controleer dit door de as met de hand te
draaien. Vervang defecte kogellagers.
In geval van defecte kogellagers of een slecht functionerende
motor dient de pomp doorgaans grondig te worden nagezien.
Dit dient door een Grundfos geautoriseerd bedrijf uitgevoerd
te worden.
De kogellagers moeten na 25.000 uur in bedrijf
worden vervangen.
Opm.: Overmatige vervuiling aan de buitenzijde van de pomp
dient i.v.m. koeling verwijderd te worden.
89

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

SvS serie

Inhaltsverzeichnis