Ottobock 3 R60 Vacuum Gebrauchsanweisung Seite 76

+ = verplaatsing naar voren / – = verplaatsing naar achteren (ten opzichte van de opbouwlijn)
Pos. zie afb. 1
Laat de patiënt als volgt op de L.A.S.A.R. Posture gaan staan om de belastingslijn te
bepalen:
prothesezijde op de krachtmeetplaat (voldoende belasten: > 35% van het
•
lichaamsgewicht);
• andere zijde op de hoogtecompensatieplaat.
Optimaliseer de statische opbouw uitsluitend door de plantairflexie aan te passen.
a–p-positionering van de voorste, onderste as van het prothesekniescharnier ten
opzichte van de belastingslijn:
-10 mm
5.4 Slangen monteren
Na afsluiting van de basisopbouw en de statische opbouw kunnen de slangen worden gemon­
teerd.
5.4.1 Aanzuigslang installeren
De aanzuigslang loopt van de zuigaansluiting van de vacuümpomp naar de vacuümaansluiting in
de prothesekoker. Het filter dat in de slang wordt gezet, beschermt de vacuümpomp tegen ver­
ontreinigingen.
Filter inzetten
1) Snijd de slang op een daarvoor geschikte plaats door (zie afb. 11).
2) Verbind het filter met de beide uiteinden van de slang (zie afb. 12).
Aanzuigslang installeren
1) Lijn de aanzuigslang uit in proximale richting en bevestig hem aan de zuigaansluiting van de
vacuümpomp (zie afb. 4).
2) INFORMATIE: Wanneer er een rotatieadapter wordt gebruikt, moet de aanzuigslang
wat langer zijn.
Leid de aanzuigslang naar de vacuümaansluiting van de prothesekoker en sluit hem aan (zie
afb. 5).
5.4.2 Afvoerslang installeren
VOORZICHTIG
Verkeerd installeren van de afvoerslang
Huidirritaties, ontstaan van eczeem of infecties door contaminatie met ziektekiemen
► Installeer de afvoerslang zo, dat de slangopening niet is gericht op lichaamsdelen of in de
richting van de cosmetische overtrek.
Door de afvoerslang worden de aangezogen lucht en vloeistof afgevoerd. De vloeistof mag niet
worden afgevoerd via metalen delen van de modulaire prothese. Hoe langer de afvoerslang is,
hoe sterker deze het geluidsniveau van de vacuümpomp verlaagt.
1) Lijn de afvoerslang uit in distale richting en bevestig hem aan de daarvoor bedoelde zuigaan­
sluiting van de vacuümpomp (zie afb. 6).
2) Optioneel: klem de afvoerslang in de slangklem van het prothesekniescharnier (zie afb. 7).
3) Wanneer er een cosmetische schuimovertrek wordt gebruikt: maak een opening in de
cosmetische schuimovertrek en monteer de uitstootflens 4Y483.
4) Wanneer er geen cosmetische overtrek wordt gebruikt: bevestig de afvoerslang op een
daarvoor geschikte plaats aan de prothese.
5) Snijd of knip het uitstekende gedeelte van de afvoerslang af.
76 | Ottobock
Schematisch overzicht van de statische opbouw