Herunterladen Diese Seite drucken

Montage Van Het Bedieningspaneel Met Draaischakelaar; Montage Van Het Bedieningspaneel Met Schuifschakelaar; Montage Van De Elektronische Regeleenheid; Elektrische Aansluiting 12 V / 24 V - Truma Trumatic E 2400 Gebrauchsanweisung, Einbauanweisung

Im fahrzeug mitzuführen
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Trumatic E 2400:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 3
Let er bij de plaatskeuze op dat de bedieningspanelen niet
mogen zijn blootgesteld aan directe warmtestraling. Lengte
van de aansluitkabel 4 m of 10 m.
Als de montage alleen achter gordijnen of dergelijke plaatsen
met temperatuurschommelingen mogelijk is, moet er een
afstandsvoeler voor de ruimtetemperatuur worden gebruikt
(accessoires).
Montage van het bedieningspaneel met
draaischakelaar
Als inbouwmontage niet mogelijk is, levert Truma desge-
wenst een opbouwframe (1) als accessoire.
Boor een gat van Ø 55 mm.
Steek de kabel (2) van het bedieningspaneel op het bedienings-
paneel (3) en breng vervolgens het achterste afdekkapje (4) als
trekontlasting aan.
Steek de kabel door naar achteren en leg het naar de elektro-
nische regeleenheid.
Bevestig het bedieningspaneel met 4 schroefjes (5) en plaats
het afdekframe (6) erop.
Als optische afwerking van het afdekframe (6) levert Tru-
ma zijkapjes (7) als accessoire. Vraag uw dealer hiernaar.
5 5
2
Ø
1
Afbeelding 24
Montage van het bedieningspaneel met
schuifschakelaar
Voor voorhanden inbouwuitsparingen.
Verwijder het afdekplaatje uit de inbouwuitsparing.
Steek de kabel van het bedieningspaneel (10) op het bedie-
ningspaneel (8), leidt het door de inbouwuitsparing naar ach-
teren en leg het naar de elektronische regeleenheid.
Druk het bedieningspaneel (8) naar binnen tot het aan de
voorkant vlak aanligt.
Afbeelding 25
Als er geen inbouwuitsparing voorhanden is, kan het
bedieningspaneel met het bijgeleverde inbouwframe
worden gemonteerd.
Als inbouwmontage niet mogelijk is, levert Truma desgewenst
een opbouwframe als accessoire.
m
m
4
3
5
7
7 6

Montage van de elektronische regeleenheid

Schroef het deksel van de regeleenheid af.
De stekkers van de elektronische regeleenheid mogen
uitsluitend worden uitgetrokken of ingestoken als eerst
de voedingsspanning is onderbroken. Trek de stekkers er
recht uit!
Steek de stekker van de kabel van de bedieningseenheid (1) vol-
gens de afbeelding op de rode pinnenstrip van de regeleenheid.
Afbeelding 26
Als er een tijdschakelklok of een afstandsvoeler wordt
gemonteerd, moet de stekker daarvan op de zwarte
pinnenstrip worden gestoken. Bij gelijktijdig gebruik van
meerdere accessoires worden deze via de multicontactdoos
(accessoire) aangesloten.
Bevestig de montageplaat met twee schroeven op een goed
toegankelijke, tegen vocht beschermde plaats (mag niet war-
mer worden dan 65 °C).
Schroef het deksel van de regeleenheid erop.
Bij buiten het voertuig gemonteerde kachels moet de elek-
tronische regeleenheid in het interieur van het voertuig be-
schermd tegen vocht en beschadiging worden gemonteerd.
Boor in de bodem of in de wand een opening van Ø 25 mm,
trek de stekker (2) van de 20-polige kabel van de regeleenheid
eraf en leid hem door de opening. Afdichten met een kabel-
wartel. Breng de stekker weer aan.
In uitzonderingsgevallen kan de elektronische regeleenheid
met de beschermkast voor buiten gemonteerde elektronica
(accessoire art.-nr. 39950-00) buiten het voertuig worden
gemonteerd.

Elektrische aansluiting 12 V / 24 V

Elektrische leidingen en schakel- en regelapparatuur voor ka-
chels moeten in het voertuig zo zijn geplaatst dat de correcte
werking onder normale gebruiksomstandigheden niet nadelig
kan worden beïnvloed. Alle naar buiten lopende leidingen
moeten bij de doorvoer spatwaterdicht zijn uitgevoerd.
Alvorens te beginnen met werkzaamheden aan elektri-
sche onderdelen moet het apparaat van de stroomtoe-
voer worden gescheiden. Uitschakelen via het bedie-
ningspaneel is niet voldoende!
Bij elektrisch lassen aan de carrosserie moeten de aansluitin-
gen van het apparaat van het boordnet worden gescheiden.
Bij omkering van de aansluitingen bestaat er gevaar
voor kabelbrand. Bovendien vervalt elke aanspraak op
garantie of aansprakelijkheidsvordering!
De rode kabel is de plus, de blauwe de min!
Sluit het apparaat aan op het met een zekering beveiligde
boordnet (centrale elektronica 5 – 10 A) met kabel 2 x 1,5 mm²,
bij lengten van meer dan 6 m met kabel 2 x 2,5 mm². Sluit de
minkabel aan op de centrale massa. Bij directe aansluiting op
de accu moeten de plus- en de minkabel worden gezekerd. De
aansluitingen met Faston kabelschoentjes, volledig geïsoleerd
(auto-vlaksteekhulssysteem 6,3 mm) uitvoeren.
Er mogen geen verdere verbruikers op de toevoerleiding
worden aangesloten!
61

Quicklinks ausblenden:

Werbung

loading