Herunterladen Diese Seite drucken

Kärcher MIC 26C Bedienungsanleitung Seite 149

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
2
Informatie over het voertuig
2.1
Reglementair gebruik
Gebruik dit apparaat uitsluitend volgens de gegevens in
deze gebruiksaanwijzing.
Deze machine (apparatuurdrager) is voor de inzet op op-
pervlakken, voor het onderhoud van plantsoenen en voor
de winterdienst ontwikkeld.
– Het apparaat MIC 26C is er in de uitvoering met be-
stuurderscabine en in de uitvoering met beschermbeu-
gel. De beschermbeugel kan bijvoorbeeld bij het
maaien onder bomen naar achteren worden geklapt.
Het apparaat met beschermbeugel mag om veilig-
heidsredenen (wegslingerende stenen, stof enz. bij het
vegen) niet worden gebruikt voor werkzaamheden met
het veegsysteem!
– Het apparaat is alleen met de aanbouwset StVZO (op-
tioneel vanaf fabriek) voor het gebruik op openbare we-
gen te gebruiken.
– Verscheidene hulpstukken (niet bij de levering inbegre-
pen) kunnen aan de machine zowel van voren als van
achteren aangebracht worden. Hulpstukken, die de vei-
ligheid of stabiliteit van de machine in gevaar brengen,
mogen niet gebruikt worden.
– BELANGRIJK! Alvorens hulpstukken aan te brengen,
die niet speciaal voor deze machine gemaakt zijn, dient
u contact op te nemen met uw bevoegde handelaar,
om te controleren hoe deze apparaten aangebracht en
gebruikt worden. Dat is belangrijk voor de veiligheid
van bestuurder en machine, alsook voor eventuele ga-
rantieaanspraken.
– Deze machine (apparatuurdrager) is bij levering be-
drijfsklaar. Juiste behandeling en juist onderhoud ver-
hogen de bedrijfszekerheid en levensduur van de
machine.
– De machine kan ook als trekker gebruikt worden (aan-
hangwagenkoppeling is optioneel verkrijgbaar).
– Het apparaat mag niet in gesloten ruimtes gebruikt wor-
den.
– Over het algemeen geldt: Licht ontvlambare stoffen uit de
buurt van het apparaat houden (explosie-/brandgevaar).
– Wanneer aan de achterzijde van het apparaat geen
werkinstallatie is bevestigd, moet het compenserende
gewicht zeker aan de achterzijde aangebracht zijn.
3
Algemene aanwijzingen
Als u bij het uitpakken transportschade constateert, neem
dan contact op met uw distributeur.
– Gebruiksaanwijzing en veiligheidsinstructies van de op
het apparaat aangebrachten werkinstallaties lezen en
in acht nemen.
– De op het apparaat aangebrachte waarschuwings- en
aanwijzingsborden geven aanwijzingen voor gebruik
zonder gevaar.
– Naast de aanwijzingen in de gebruiksaanwijzingen
moeten de algemene veiligheidsvoorschriften en voor-
schriften ter vermijding van ongevallen van de wetge-
ver in acht genomen worden.
– In deze gebruiksaanwijzing hebben de begrippen ap-
paraat, apparaathouder, machine of voertuig dezelfde
betekenis.
– Er mag alleen gereden worden op de door de onderne-
mer of diens gemachtigde voor het machinegebruik
vrijgegeven oppervlakken.
2.1.1
Voorzienbaar verkeerd gebruik
Elk niet-reglementair gebruik is verboden. De gebruiker is
zelf aansprakelijk voor gevaren die ontstaan door niet-ge-
autoriseerd gebruik.
Het gebruik voor andere dan in deze gebruiksaanwijzing
beschreven doeleinden is verboden.
Het vervoeren van personen op het voertuig, het laadop-
pervlak of de aanbouwapparaten is niet toegestaan.
Er mogen geen veranderingen van het voertuig uitgevoerd
worden.
Het verblijf in de gevarenzone is verboden. Niet gebruiken
in ruimtes met ontploffingsgevaar.
2.2
Zwaartepunt
Positie zwaartepunt zonder gemonteerde aanbouwtoe-
stellen.
 Opstellingen aan de achterkant van het voertuig en de
laadtoestand beïnvloeden het zwaartepunt van het
voertuig en dus ook het rijgedrag.
 Wanneer aan de achterzijde van het apparaat geen
werkinstallatie is bevestigd, moet het compenserende
gewicht zeker aan de achterzijde aangebracht zijn.
3.1
Milieubescherming, REACH en
afdanking van het oude voertuig
3.1.1
Milieubescherming
Het verpakkingsmateriaal is herbruikbaar. De-
poneer het verpakkingsmateriaal niet bij het
huishoudelijk afval, maar bied het aan voor her-
gebruik.
Batterijen, olie, brandstof en gelijkaardige stof-
fen mogen niet in het milieu terechtkomen. Die
stoffen moeten via geschikte inzamelsystemen
afgevoerd worden.
2
-
NL
149

Werbung

loading