Herunterladen Diese Seite drucken

Truma Trumatic C 4002 Einbauanweisung Seite 24

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Trumatic C 4002:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 4
Wordt in een warme-
luchtleiding van de
Trumatic C 6002 een afsluit-
baar eindstuk EN (b.v. in de
badkamer) gemonteerd, dan
moet een tweede niet-af-
sluitbaar mondstuk in deze
warme-luchtleiding gemon-
teerd worden.
Trumatic C 4002:
Bij de Trumatic C 4002 kun-
nen alle vier of maar drie
uitlaatopeningen voor warme
lucht bezet worden (voor een
optimale verdeling van de
warme lucht adviseert Truma
altijd vier uitlaatopeningen
voor warme lucht te bezet-
ten!). De niet bezette uittre-
ding voor warmelucht wordt
met behulp van een sluitings-
deksel VD (art.-nr. 40353-01)
afgesloten.
Bij gebruik van 4 uitlaat-
openingen voor warme-
lucht mag in één warme-
luchtleiding van de Trumatic
C 4002 een afsluitbaar eind-
stuk EN gemonteerd worden.
Bij maar 3 uitlaatopeningen
voor warme lucht moet erop
gelet worden, dat bij gebruik
van een afsluitbaar eindstuk
(b.v. badkamer) een tweede
niet-afsluitbaar mondstuk
in de warme-luchtleiding
gemonteerd wordt.
Het warme-luchtsysteem is
voor elk voertuigtype afzon-
derlijk volgens een modulair
principe ontworpen. Er zijn
dan ook heel wat accessoires
beschikbaar (zie catalogus).
Schema's met de opti-
male inbouwsituaties voor
warme luchtinstallaties in alle
gangbare soorten caravans
en campers kunnen gratis
worden aangevraagd bij de
Truma Servicecentrale.
Bij gebruik van de buis
VR Ø 72 mm tot aan de
eerste luchtuitlaat blijft het
luchtgeraas tot een minimum
beperkt. Voor de aansluiting
van deze buis de reduceer-
moffen uit de luchtuitlaat-
mof verwijderen en de set
U-klemmen (art.-nr. 34000-
81800) gebruiken.
Recirculatie
De circulatielucht wordt van
het toestel weer aangezogen,
of direkt via een ca. 150 cm²
grote opening vanuit de
woonruimte naar de inbouw-
ruimte of via meerdere kleine
openingen met dezelfde
totale oppervlakte.
22
Gasaansluiting
De werkdruk van de
gasvoorziening 30 mbar
(of 50 mbar in oudere instal-
laties) moet overeenstemmen
met de werkdruk van het toe-
stel (zie fabrieksplaatje).
De gastoevoerbuis Ø 8 mm
moet met een snijringver-
binding op de aansluitstomp
aangesloten worden. Bij het
vastdraaien zorgvuldig tegen-
houden met een tweede
sleutel!
Het gasaansluitstuk op het
toestel mag niet worden
ingekort of verbogen.
Zorg ervoor dat bij het aan-
sluiten op de boiler de gaslei-
dingen vrij zijn van vuil,
splinters en dergelijke!
De buizen moeten zoda-
nig worden geplaatst dat
het toestel makkelijk kan
worden uitgebouwd voor
onderhouds werkzaamheden.
Het aantal koppelingen in
gasleidingen die gelegd zijn
in door personen gebruikte
ruimtes moet tot het tech-
nisch onvermijdelijke mini-
mum worden beperkt.
De gasinstallatie moet vol-
doen aan de technische en
administratieve voorschriften
van het betreffende land
van gebruik (in Europa b.v.
EN 1949 voor voertuigen of
EN ISO 10239 voor boten).
Nationale voorschriften en
regelingen (in Duitsland b.v.
het DVGW-werkblad G 607
voor voertuigen of G 608
voor boten) moeten in acht
genomen worden.
Wateraansluiting
U kunt voor de boiler alle
druk- en dompelpompen
van max. 2,8 bar gebruiken,
evenals alle mengkranen
met of zonder elektrische
schakelaar.
Afb. H: Bij gebruik van
dompelpompen moet een
terugslagklep (33 – niet tot
de levering behorend) tussen
pomp en de eerste aftakken
worden gemonteerd (pijl
wijst in stromingsrichting).
Afb. J: Bij het gebruik van
drukpompen met grote scha-
kelhysterese kan warm water
via de koudwaterkraan terug-
stromen. Ter voorkoming van
dit terugstromen adviseren
wij om tussen de uitgang
naar de koudwaterkraan en
de aftapklep een terugslag-
klep (34 – niet bij de levering
inbegrepen) te monteren.
Gebruik voor de aansluiting
op de boiler en de elektrische
veiligheids-/aftapklep alleen
druk- en heetwatervaste
slangen (bijv. Truma-boiler-
slang SBH voor consumptief
gebruik, drukvast tot 3,5 bar)
met een binnendoorsnee van
10 mm.
Voor een vast pijpleidingstel-
sel (b.v. John Guest System)
biedt Truma als speciaal toe-
behoren de wateraansluitin-
gen (42), de veiligheids-/
aftapklep (36) en een te-
rugslagklep (33 + 34) met
binnenaansluit Ø 12 mm aan.
Bij aansluiting op een cen-
trale watervoorziening (na-
tionaal of lokaal) moet een
waterdrukregelaar worden
gebruikt, om te voorkomen
dat hogere drukwaarden dan
2,8 bar in de boiler kunnen
ontstaan.
Alle slangverbindin gen (ook
koudwaterslangen) moeten
met slangklemmen worden
vastgezet! De verwarming
van het water veroorzaakt
uitzetting die tot een gasdruk
van maximaal 3,5 bar kan
leiden (ook mogelijk bij
dompelpompen) voordat
de veiligheidsklep wordt
geactiveerd.
Voor de bevestiging van slan-
gen aan wand of vloer raden
wij slangklemmen (art.-nr.
40712-01) aan. Als een gas-
kachel aanwezig is, kunnen
de waterklemmen met de
slangklemmen vorstvrij op
de buizen voor de verdeling
van warme lucht worden
aangebracht.
Om een gehele ontle-
diging van de waterin-
houd alsook een duurzame
dichtheid van de water-
slangen aan het toestel te
waarborgen, moet er steeds
gebruik gemaakt worden
van de ingesloten aansluit-
schroefverbindingen!
De haakse aansluiting
(met beluchtingsklep, afb. K)
wordt aangesloten op de bo-
venste warmwater aanslui-
ting en de tweede haakse
aansluiting op de onderste
koudwater-aansluiting.
Breng alle waterleidin-
gen in dalende lijn ten
opzichte van de veiligheids-/
aftapklep aan! U kunt in ge-
val van vorstschade geen
aanspraak maken op de
garantie!
De elektrische
veiligheids-/
aftapklep monteren
De elektrische veiligheids-/af-
tapklep moet in de onmiddel-
lijke nabijheid van het appa-
raat in de verwarmde ruimte
en op een voor de gebruiker
makkelijk toegankelijke plaats
worden gemonteerd.
Let er bij de plaatskeuze op
dat de veiligheids-/aftapklep
(36) niet in de buurt van
vreemde warmtebronnen
(bijv. op het lichtnet aange-
sloten toestellen) wordt
gemonteerd!
Afb. G: Boor een gat
Ø 18 mm in de bodem van
het voertuig. Plaats de aftap-
slang op het aftapaansluit-
stuk en steek beide door de
bo dem. Zet de kraan met
twee 2 schroeven vast. Laat
de waterafloop direct naar
buiten plaatsvinden op een
tegen spatwater beschermde
plaats (breng zo nodig een
spatscherm aan).
Waterleidingen
aanleggen
Afb. G: Sluit de koud-
watertoevoerleiding (35) aan
op de veiligheids-/aftapklep
(36). Hierbij hoeft u geen
aandacht te besteden aan
de stroomrichting.
Om een probleemloze wer-
king van de veiligheids-/
aftapklep te garanderen,
moeten de waterslangen
spanningsvrij worden
aangebracht!
De haakse aansluitschroef-
verbinding op de koudwater-
aansluitleiding (onderste pijp)
en haakse aansluiting met
geïntegreerde beluchtings-
klep op de warmwater-aan-
sluitleiding (bovenste pijp)
schroeven.
Afb. K: Schuif de moer (37),
spanring (38) en O-ring (39)
op hun plaats. Breng de
schroefkoppeling en de aan-
sluitbuis samen en trek deze
met de moer (37) vast.
Afb. H + J: Breng de slang-
verbinding (40) voor de
koudwater-toevoer tussen de
veiligheids-/aftapklep (36) en
het aansluitstuk van de boiler
tot stand.
Leg de warmwatertoevoer
(41) van de kniekoppeling
met geïntegreerd beluch-
tings-ventiel (42) naar de
warmwatertappunten.

Werbung

loading

Diese Anleitung auch für:

Trumatic c 6002